Carl Devos: ‘De verschillen tussen de N-VA en Vlaams Belang zijn veel groter dan het lijkt’

© ID Photo Agency
Walter Pauli

Zelfs als de N-VA en Vlaams Belang samen een meerderheid zouden behalen in het Vlaams Parlement, denkt de Gentse politoloog Carl Devos, zullen de politieke verschillen tussen de twee Vlaams-nationalistische partijen nog veel te groot zijn om samen te regeren.

Er zou ongetwijfeld veel druk komen vanuit de Vlaamse Beweging als het mogelijk zou worden dat een meerderheid van het Vlaams Parlement de Vlaamse onafhankelijkheid uitroept. Ook al gaat het daar in de verkiezingscampagne helemaal niet over.

Carl Devos: De N-VA wil dat ook niet. Oké, in het eerste artikel van de beginselverklaring staat inderdaad dat de N-VA voor een ‘onafhankelijk Vlaanderen’ is, als ‘lidstaat van de Europese Unie’. Maar vandaag dringt de N-VA daar veel minder op aan dan bij haar grote doorbraak in 2010. De partij zegt al een tijd dat het confederalisme het middel is, de opstap naar de gedroomde onafhankelijkheid, maar ik heb de indruk dat het middel stilaan het doel is: de N-VA zou al zeer tevreden zijn met de realisatie van een ‘confederaal’ België, waarin de deelstaten de zaken runnen en het federale niveau alleen nog moeilijk te splitsen bevoegdheden zoals defensie behoudt. Dat is eigenlijk geen confederalisme maar een sterk gedecentraliseerd federalisme. Dat ligt anders bij het Vlaams Belang. In het verkiezingsprogramma van die partij staat zwart op wit dat een ‘soevereiniteitsverklaring’ volstaat om de onafhankelijkheid uit te roepen. In het verleden hebben verschillende kopstukken van de N-VA al te kennen gegeven die revolutionaire weg niet te willen bewandelen. Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA) heeft verklaard dat er op dit moment geen draagvlak voor Vlaamse onafhankelijkheid is en hij die de Vlamingen niet door de strot wil rammen. De bedrijfswereld zit ook niet op zo’n avontuur te wachten.

Toch kiezen het Vlaams Belang en de N-VA allebei voor een model waarbij Vlaanderen meer dan ooit zelf de zaken in handen neemt: ze willen minder Europa – rond migratie eventueel een opt-out naar het Deens model – en ze willen af van (sommige) internationale verdragen.

Devos: Opnieuw, de N-VA formuleert een paar voorstellen in die zin, het Vlaams Belang achterna. Maar het Vlaams Belang legt een hele blauwdruk op tafel die vertrekt vanuit onhaalbare premissen: we maken Vlaanderen zo snel mogelijk onafhankelijk en dan bouwen we een muur rond Vlaanderen zodat er geen nieuwe migranten meer in kunnen. Samen met de Vlaamse werkgevers van VOKA begrijpt de N-VA maar al te goed dat onze economie niet zonder buitenlandse werkkrachten kan. Voor het Vlaams Belang maakt het niet uit of zijn plannen realistisch zijn of niet, het wil disruptief klinken: met ons zal het een heel ander bestuur worden.

Voor de N-VA is het debat over woke een ideeënstrijd, voor het Vlaams Belang dient het om politieke tegenstanders uit te schakelen.

Speelt de N-VA dan niet met vuur door voortdurend standpunten in te nemen die klinken als de softe variant van de hardere strijdpunten van het Vlaams Belang?

Devos: Ja, dat is niet slim, want je kunt toch niet op tegen het Vlaams Belang. De N-VA geeft inderdaad soms de indruk een culturele oorlog te willen voeren, denk aan de antiwokecampagne van Bart De Wever. Hij heeft die via een boek en lezingenreeks zelf op gang getrokken. Maar als je alle teksten en uitspraken in detail analyseert, dan zie je dat het Vlaams Belang veel verder wil gaan dan de N-VA. Ze is echt een extreme partij. De N-VA verdedigt het pluralisme en universalisme, voor haar is het debat over woke een ideeënstrijd. Voor het Vlaams Belang dient het antiwokebeleid om politieke tegenstanders uit te schakelen en politiek revanche te nemen. Als het Vlaams Belang de Vlaamse minister van Onderwijs zou leveren, dan maakt die meteen werk van de installatie van klikpunten om linkse leraars aan te geven. Het Vlaams Belang is werkelijk bijzonder gesloten van geest wat cultuur, religie en onderwijs betreft. Er is een zekere overlap met bepaalde opvattingen van Theo Francken (N-VA), maar Francken wil een fatsoenlijke bestuurder zijn. En ik zie niet in hoe iemand als Zuhal Demir (N-VA) ooit samen met Vlaams Belangers in een Vlaamse regering zou kunnen samenwerken. In de praktijk zijn de verschillen tussen de N-VA en het Vlaams Belang veel groter dan het lijkt. Vergeet niet dat de N-VA een conservatieve partij is, in de ideologische betekenis van het woord, met ook aandacht voor compassionate conservatism, terwijl het Vlaams Belang een radicale antisysteempartij is.

Partijvoorzitter Tom Van Grieken wordt her en der geprezen omdat hij ‘de stijl’ van het Vlaams Belang fundamenteel heeft veranderd.

Devos: Van Grieken waagt zelfs de gok om in volle campagne de toon zo rustig mogelijk te houden en zich als een beleidspartij op te stellen. Maar hoelang kan hij dat volhouden, en vooral: zullen zijn partijgenoten dat kunnen? De N-VA heeft er tien jaar over gedaan om in te zien dat je niet ergens halfweg kunt blijven zitten. Vandaag spreken de N-VA’ers de taal van bestuurders in maatpak en schuiven ze graag aan bij zakenlunches en dergelijke. Als Vlaams Belangers dat ook gaan doen, verraden ze hun radicale plannen en achterban.

Kan het Vlaams Belang dat niet?

Devos: De partij zal zich allicht op veel terreinen pragmatisch opstellen, opportunistisch zelf, om toch maar een regeringscoalitie te kunnen vormen met de N-VA. Ze is slim: ze haalt de banden aan met het bedrijfsleven, de ambtenarij en de academische wereld. Ze leidt mensen beter op en rekruteert gericht met het oog op regeringsdeelname.

Als het tot coalitiegesprekken komt, zal ze zich op verschillende domeinen zo redelijk mogelijk moeten opstellen – kijk naar Geert Wilders in Nederland. Maar ze zal ook haar revolutionaire beloftes moeten waarmaken. Dat zal toch niet op ruimtelijke ordening, digitalisering of zeevisserij zijn? En zal ze die gematigde taal en toon ook vijf jaar lang kunnen en willen volhouden? Ook in de regering zal het Vlaams Belang zich voldoende moeten profileren als de partij die hoe dan ook gekant blijft tegen ‘het systeem’. Dat zet sowieso spanning op de coalitie, als die er al zou komen.

Zeker als Van Grieken zijn Vlaamse onafhankelijkheid niet heeft gekregen, zal hij toch ergens de grote meerwaarde van zijn partij moeten tonen? De gemakkelijkste weg is dan om het Vlaams Belang te profileren als dé partij van het antipluralisme en de antidiversiteit. Dus zal ze proberen te scoren op migratie, integratie, taalvereisten, inburgeringscursussen, de sluiting van moskeeën. Alleen zie ik de N-VA daar niet zover in meegaan als het Vlaams Belang zou willen. Het Vlaams Belang fulmineert tegen de leugenachtige media, de linkse indoctrinatie in het onderwijs en de ‘subsidieslurpende’ culturele elite. Vijftien jaar geleden zou de N-VA dat ook nog gedaan hebben – en een bepaald deel van de N-VA-achterban is ongetwijfeld nog altijd vatbaar voor dat discours. Maar de partijtop heeft dat al lang afgeleerd, en omgekeerd heeft ook de culturele wereld leren leven met de N-VA.

Met een Vlaams Belanger op onderwijs of als voogdijminister van de VRT krijg je het ene oorlogje na het andere.

In het begin van deze regeerperiode werd Jan Jambon nog getrakteerd op boegeroep en tomaten, nu reikt hij zonder incident de Boon Literatuurprijs voor Ilja Leonard Pfeijffer uit in de Warande van Turnhout. De banden met het culturele establishment zijn beter dan ze waren?

Devos: De N-VA-top is niet uit op culturele conflicten, wel integendeel. Maar denkt u zich maar eens in dat een Vlaams Belanger op onderwijs of cultuur zou komen, of als voogdijminister van de VRT. Dan krijg je het ene oorlogje na het andere. Dat zou ook de hele Vlaamse coalitie op termijn onder onhoudbare druk zetten. En iedereen zal naar de N-VA kijken: dat hebben jullie gewild.

Zouden het Vlaams Belang en de N-VA elkaar niet kunnen vinden om vanuit de Vlaamse regering het Belgische overlegmodel een stok in het wiel te steken?

Devos: Dat kan. Maar hoelang zou het duren voor Bart De Wever een telefoontje zou krijgen van het VOKA: ‘Wat u doet, dreigt bijzonder schadelijk te worden voor onze bedrijven’? Dat zie ik dus niet gebeuren. Wel integendeel, juist daarom doet De Wever zo veel moeite om de N-VA in de federale regering te loodsen. En ik durf te voorspellen: zodra de N-VA de Rubicon heeft overgestoken en in een federale regering stapt, zou dat wel eens voor meerdere regeerperiodes kunnen zijn. Want de N-VA blijft wellicht nog enige tijd incontournable voor de vorming van een federale regering met enige stabiliteit. Achter de schermen wordt er meer gesproken over een klassieke tripartite plus N-VA dan over Vivaldi II.

‘Als Van Grieken zijn Vlaamse onafhankelijkheid niet krijgt, zal hij proberen te scoren op migratie en de sluiting van moskeeën. Alleen zie ik de N-VA daar niet zover in meegaan.’

Bart De Wever is bang van Vivaldi II: als die coalitie mogelijk is, zal hij minder zwaar kunnen wegen. Hij wil die optie vermijden door zelf groot genoeg te blijven. Maar hij vreest dat het niet zal lukken, vandaar zijn wanhopige dreigementen tegenover de andere partijvoorzitters op het Grote Voorzittersdebat van Knack, Trends en Kanaal Z: ‘Eén keer het mes in de rug, maar geen twee keer.’ PS-voorzitter Paul Magnette wierp het balletje natuurlijk meteen terug: ‘Vorm dan maar een Vlaamse regering met het Vlaams Belang.’ Maar hij en andere voorzitters weten heel goed dat wat er straks zal gebeuren, ook hun zaak is. Zij zullen natuurlijk niet beslissen of de N-VA al dan niet met het Vlaams Belang een Vlaamse regering zal proberen te vormen. Maar ze weten deksels goed dat ze mee de omstandigheden creëren waarin de N-VA in de verleiding kan komen om die sprong te maken. Als ze de N-VA opnieuw federaal uitsluiten, beseffen ze ook wel dat ze het de N-VA-achterban moeilijk maken om zich in Vlaanderen níét tot het Vlaams Belang te wenden.

Zeker omdat het Vlaams Belang in dat geval wellicht een bijzonder grote overwinning behaald heeft.

Devos: Ook veel Vlaamse kiezers zullen dan geneigd zijn te zeggen: ‘Ik heb wel voor geen van die twee partijen gestemd, maar is het niet fair om ze toch maar eens te laten proberen?’ Is dat waarop alle andere partijen zitten te wachten? Ik denk het niet.’

Partner Content