De Leraarskamer van Knack: ‘Waarom geven die pedagogen nooit eens toe dat ze ernaast zaten?’

Jan Toremans: ‘Ik verwacht veel van het nieuwe kenniscentrum Leer.’ © Rebecca Fertinel
Ann Peuteman

Tijdens een live editie van De Leraarskamer van Knack bogen onze leerkrachten zich over de grote uitdagingen waar het Vlaamse onderwijs vandaag voor staat. ‘De impact van allerlei onverkozen onderwijsexperts is ontzettend groot’, klinkt het.

In september trad de eerste Leraarskamer van Knack aan. Uit honderden inzendingen selecteerden we vijftien leerkrachten die het hele schooljaar lang hun mening geven over alle mogelijke aspecten van het Vlaamse onderwijs. Vorige week kwamen ze voor het eerst fysiek samen op de redactie van Knack. Tijdens een levendig en strijdvaardig rondetafelgesprek wisselden ze ervaringen uit en deden ze de problemen waarmee ze in de klas worden geconfronteerd uit de doeken. Vandaag leest u wat twee ervaren leden van ons onderwijspanel, Trudo Herman en Jan Toremans, te zeggen hebben over de invloed van allerlei onderwijsexperts.

Jan Toremans (leerkracht klassieke talen): Er zijn ontzettend veel pedagogen en andere academici die onophoudelijk hun mening over ons onderwijs geven. Zowel in de media als daarbuiten. Hun uitspraken zijn vaak ongenuanceerd en ze spreken elkaar ook de hele tijd tegen. Het grootste probleem is dat er nooit eens iemand is die achteraf toegeeft dat hij er helemaal naast zat, want dat zou funest zijn voor zijn reputatie. Het is dus wachten tot zo’n expert met emeritaat gaat voor zijn ideeën sneuvelen. Met alle gevolgen van dien voor het onderwijs.

Trudo Herman (leerkracht zesde leerjaar): Dirk Van Damme, de pedagoog die het kabinet van Frank Vandenbroucke (Vooruit) leidde toen die minister van Onderwijs was, is ondertussen wel van gedacht veranderd. Zo heeft hij onder meer zijn mening over het gelijkekansenbeleid in het Vlaamse onderwijs bijgesteld. Maar dat gebeurt inderdaad niet vaak.

Toremans: Wanneer invloedrijke academici op een gegeven moment op een kabinet aan de slag gaan, kunnen ze hun ideeën rechtstreeks in beleid omzetten. Dan krijgen ze natuurlijk nog veel meer invloed en dat vaak voor heel heel lange tijd. Georges Monard, die aan de wieg van verschillende onderwijshervormingen stond, was in de jaren tachtig al kabinetschef van toenmalig minister van Onderwijs Daniël Coens. Daarna is hij nog decennialang – al dan niet achter de schermen – blijven verder werken. Zulke experts drukken een heel zware stempel op ons onderwijs, maar in tegenstelling tot ministers hoeven ze daar op geen enkel moment verantwoording voor af te leggen.

Trudo Herman (links): ‘Sommige ideeën groeien uit tot echte dogma’s.'
Trudo Herman (links): ‘Sommige ideeën groeien uit tot echte dogma’s.’ © Rebecca Fertinel

Herman: Sommige van hun ideeën groeien op den duur tot echte dogma’s uit. Nochtans gaat het vaak om principes die zijn gebaseerd op onbestemde onderzoek-wijst-uittheorieën, inclusief mythes, hypes en do’s-and-don’ts. De inhoud blijft doorgaans vaag, maar men is wel heel concreet over de manier waarop haast altijd en overal les moet worden gegeven.

Toremans: Rond 2000 had iedereen het plots over zelfsturend leren met de leraar als coach. In Nederland hadden ze daar al ervaringen mee die faliekant waren afgelopen, maar toch moesten wij met dat concept aan de slag. Tot op vandaag zijn er experts die het concept van zelfsturend leren blijven verdedigen. Blijkbaar is men in de academische wereld echt niet in staat om uit fouten te leren.

Herman: Het uitgangspunt van zelfsturend leren is dat leerlingen worden aangespoord tot zelfregulatie. Ze moeten als het waren ‘eigenaar worden van hun eigen leerproces’ om hun persoonlijkheid optimaal te kunnen ontplooien. De ervaring leert nochtans dat goed onderwijs ook moet wijzen op dingen waar de leerling niet naar heeft gevraagd. Willen we dat elk Vlaams kind aan het eind van de lagere school een geloofwaardig getuigschrift behaalt, dan volstaat zelfsturend onderwijs simpelweg niet. Ik zeg niet dat er geen positieve kanten aan zitten, maar men mag het hele onderwijs niet op die manier organiseren. Het is onmogelijk om één pedagogisch project naar voren te schuiven dat in alle onderwijsvormen en onderwijsniveaus werkt. Toch blijven sommige pedagogen al meer dan dertig jaar lang zweren bij dat zelfsturend leren.

Toremans: Wat ik heel hoopgevend vind, is dat er nu een onafhankelijk kenniscentrum voor het onderwijs is opgericht. Het is bedoeling dat Leer, dat wordt geleid door Pedro De Bruyckere, scholen en leerkrachten wetenschappelijk onderbouwde inzichten aanreikt. Als het centrum daar inderdaad in slaagt, zou het wel eens meer objectiviteit in het onderwijsdebat kunnen brengen. En dat is precies wat we nodig hebben.

Meer over De Leraarskamer van Knack Live op Knack.be/Leraarskamer

Partner Content