De Vlaamse klimaatblokkade: hoe Zuhal Demir precies doet wat Jan Jambon frustreert

Zuhal Demir en Jan Jambon © BelgaImage
Kamiel Vermeylen

Zuhal Demir, de Vlaamse N-VA-minister van Omgeving, wil de Europese klimaatambities niet volgen en vindt dat de andere gewesten en de federale overheid mee moeten opdraaien voor de kosten – ook al willen die wel wat Europa vraagt. En dat is precies wat Demirs partijgenoot en Vlaams minister-president Jan Jambon in andere dossiers hekelt.

In april liet Jan Jambon (N-VA), de Vlaamse minister-president, het jaarlijkse Vlaamse economische hervormingsprogramma in het Engels vertalen. Voor Jambon was de maat vol. In tegenstelling tot Brussel, Wallonië en de federale overheid levert Vlaanderen wél de begrotingsinspanningen die Europa verwacht. Daarom stuurde de minister-president de Engelse vertaling naar Commissievoorzitter Ursula von der Leyen. Of ze Vlaanderen zo veel mogelijk apart kon beoordelen, en niet op een hoopje zou zwieren met de rest van België, vroeg hij nadrukkelijk. Want dat Europa België voor zijn slechte begrotingsbeleid kan straffen, is oneerlijk voor Vlaanderen, aldus Jambon eind juni in het Vlaams Parlement.

Vier maanden later is voor de N-VA het omgekeerde waar. Vlaams Minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) wil de Europese klimaatafspraken niet nakomen, en voor de Europese kosten mogen ook de andere gewesten en de federale overheid opdraaien. Het gaat over de zogenaamde Effort Sharing Regulation, die in het voorjaar door de Europese lidstaten en het Europees Parlement werd goedgekeurd. Die verordening verplicht de lidstaten om tegen 2030 de uitstoot van gebouwen, landbouw, kleine industrie, afval en binnenlands vervoer (uitgezonderd luchtvaart) te verminderen. Concreet: België moet tegen 2030 47 procent minder uitstoten dan in 2005 – achttien lidstaten moeten minder doen dan ons land, acht meer.

Als alle gewesten en de federale overheid elk 47 procent minder uitstoten, dan behaalt België binnen ruim zeven jaar eenvoudigweg zijn klimaatdoelstellingen. Maar dat is dus buiten de Vlaamse regering en minister Demir gerekend. Zij liet al in 2021 optekenen dat Vlaanderen tegen 2030 slechts 40 procent minder zou uitstoten. Nóg meer inspanningen, aldus Demir, zouden Vlaanderen overmatig belasten. Dat was een louter politieke uitspraak, want de Vlaamse regering heeft daarover geen enkele haalbaarheidsstudie laten maken. Er speelden vooral politieke belangen: de CD&V wilde de landbouw ontzien, de N-VA een kilometerheffing vermijden en de Open VLD geen extra verplichtingen over bijvoorbeeld warmtepompen.

‘Wij zijn hier nooit mee akkoord gegaan. Het is de federale regering die op het groene knopje heeft gedrukt, de Ecolo-ministers op kop’, liet Demir vrijdagochtend op Radio 1 weten, nu België voor de tweede keer op rij de deadline heeft gemist om zijn nationaal energie- en klimaatplan bij de Europese Commissie in te dienen. Dat is maar de halve waarheid.

Wanneer de lidstaten zich in het voorjaar over het dossier bogen, moest België zich onthouden – precies omdat Vlaanderen niet akkoord ging. Kortom: ook al wilden de federale regering en de andere gewesten inderdaad voor de verordening stemmen, niemand heeft uiteindelijk voor België op het groene knopje gedrukt. Ook de Ecolo-ministers niet.

Europees geldt enkel België

Vlaanderen ging niet akkoord met de drempel van 47 procent, dat klopt wel. Maar de Europese verdragen stellen dat de lidstaten op sommige beleidsdomeinen nu eenmaal met gekwalificeerde meerderheid stemmen. En zodra een Europese verordening wordt goedgekeurd, is ze bindend voor alle lidstaten – gekwalificeerde meerderheid of niet. Demir mag er dan over klagen, juridisch gezien maakt het helemaal niet uit dat Vlaanderen niet akkoord ging. Precies daarom veroordeelde het Europees Hof van Justitie in 2020 Hongarije, Polen en Tsjechië: zij wilden het spreidingsplan voor migranten niet uitvoeren en ook dat plan werd in 2015 met gekwalificeerde meerderheid goedgekeurd.

Nu is Vlaanderen in tegenstelling tot Hongarije, Polen en Tsjechië geen onafhankelijke Europese lidstaat. En dus zal België in zijn geheel afgerekend worden als het de verplichte Europese uitstootafspraken niet nakomt. Als Vlaanderen vasthoudt aan de 40 procent ten opzichte van 2005, dan ligt de totale reductie van België maar op 43 procent – en dat is 4 procentpunt te weinig.

Volgens de Sociaal-Economische Raad Vlaanderen (SERV) moet België dan emissierechten bijkopen voor een bedrag dat in 2032 kan oplopen tot maar liefst 2,8 miljard euro. Alleen wil minister Demir dus niet dat Vlaanderen alleen voor die kosten moet opdraaien. Op die manier stelt ze de entiteiten die wél hun werk doen voor voldongen feiten. En dat is precies wat minister-president Jambon eerder dit jaar niet vond kunnen in het begrotingsdossier.

Ook opvallend is de houding van de Open VLD en de CD&V in het debat over de uitstootreductie. In het Europees Parlement stemden Cindy Franssen (CD&V) en Hilde Vautmans (Open VLD) namelijk vóór de Effort Sharing Regulation – Guy Verhofstadt en Tom Vandenkendelaere waren bij de bewuste stemming afwezig. De drie N-VA-Europarlementsleden stemden wel tegen, in lijn met hun Vlaamse partijgenoten. Ook op federaal niveau toonden beide partijen zich een voorzichtige voorstander van wat op tafel lag.

Toch vinden Bart Somers (Open VLD) en Hilde Crevits (CD&V), beide viceminister-president van de Vlaamse regering, het in tegenstelling tot hun partijgenoten aanvaardbaar om bij 40 procent te blijven en de kosten af te wentelen op onder meer het federale niveau.

Vlaanderen, Brussel én Wallonnië laten federaal betalen

Het geschil herinnert aan de zogenaamde Europese plastic-heffing die sinds 2021 bestaat. Hoewel de Raad van State twee jaar geleden oordeelde dat die heffing gewestbevoegdheid is, betaalt de Wetstraat daarvoor momenteel jaarlijks een kleine 200 miljoen euro aan het Schumanplein. Dus niet alleen Vlaanderen, maar ook Brussel en Wallonië schuiven de kosten naar de federale overheid door. Dat veroorzaakte al een heleboel misnoegde brieven tussen onder meer Demir en CD&V-minister van Financiën Vincent Van Peteghem. Een oplossing is er niet meteen, en de federale overheid staat vrij machteloos.

Maar verrassen doen die recente incidenten niet: als in België de bevoegdheden steeds meer worden gesplitst terwijl ze in Europa almaar meer worden samengepakt, dan ontstaat er vrijwel onvermijdelijk spanning. Zeker als je ook een Vlaams-nationalistische partij hebt die in Vlaanderen mee regeert, maar federaal in de oppositie zit.

Op 8 maart is het dertig jaar geleden dat de Gewesten en de federale overheid een akkoord sloten over de manier waarop ze met betrekking tot Europa willen samenwerken. In die dertig jaar vonden er drie Europese verdragswijzigingen en twee staatshervormingen plaats – of hoe de overeenkomst uit 1994 nog altijd geldt, maar allang niet meer actueel is.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content