Lieven Buysse

‘Lange leve Charles III? Dit zijn de uitdagingen voor een overgangskoning’

Lieven Buysse Lieven Buysse is professor Engelse taalkunde en Britse cultuur aan de KU Leuven Campus Brussel.

‘De nieuwe vorst kan niet op dezelfde vanzelfsprekendheid rekenen en zal aanzienlijke inspanningen moeten leveren om in een recordtijd eenzelfde impact te hebben op de Britse bevolking als zijn voorgangster’, schrijft Lieven Buysse. ‘Hoewel moeilijk te voorspellen valt hoe lang Charles op de troon zal zitten, moet hij al meteen aan zijn opvolging denken.’

De koningin is dood. Lang leve de koning. Het overlijden van een 96-jarige komt zelden als een schok, maar als een koningin met zeventig jaar dienst het leven laat, heeft dat een wezenlijke impact op een heel land.

Queen Elizabeth II heeft geen nood aan een hagiografie. Niemand is onfeilbaar en zelf zag ze haar lange staat van dienst niet meteen als een verdienste maar als een roeping en een plicht. Toch valt weinig af te dingen op de manier waarop ze haar rol vervulde in een land en een wereld die tijdens haar regeerperiode radicaal veranderde.

De Queen begreep al snel dat discretie en terughoudendheid haar ordewoorden zouden moeten zijn. Anders dan de Belgische Boudewijn begin jaren 90 gaf ze in 1967 zonder morren haar goedkeuring aan een van de eerste en nog altijd een van de meest vooruitstrevende abortuswetten ter wereld. Dat de ontmanteling van het Britse Rijk relatief vredevol is verlopen en dat de monarchie overeind bleef in landen als Australië en Canada, is in niet geringe mate de verdienste van de manier waarop zij haar functie vervulde. Zelfs aanslagen tegen haar familie maakten haar niet wrokkig tegen Noord-Ierse republikeinen; integendeel, ze stak letterlijk de hand uit naar een voormalig kopstuk van het IRA.

Doorheen de afgelopen zeventig jaar heeft ze telkens met kleine tikjes tegen het roer van de tanker die de monarchie is, de koers licht gewijzigd zonder vloedgolven te veroorzaken. Dat heeft de monarchie gemoderniseerd en zo in leven gehouden, terwijl ze het mysterie en het sprookje van de monarchie in stand hield. Het is een erfenis waar haar opvolger dankbaar om mag zijn.

Die opvolger wacht een zware taak. Al bijna 74 jaar zit hij in de wachtkamer. Het Verenigd Koninkrijk krijgt daarmee een koning die het klappen van de zweep al behoorlijk goed kent. Tegelijk draagt hij zijn verleden mee, en daarin heeft hij vaak net geen blijk gegeven van de terughoudendheid die bij het ambt van de monarch hoort. Talloze politici (niet zelden ministers) ontvingen prinselijke brieven die hen aanmaanden meer aandacht te hebben voor bepaalde dossiers. Zelf zei Charles daar een tijd geleden over dat een troonopvolger zich anders mag gedragen dan een koning(in). Toch valt af te wachten of hij zijn eigen temperament zal kunnen intomen.

Een van de voornaamste eigenschappen van de Britse monarchie is de stabiliteit die ze biedt in tegenstelling tot de wispelturigheid van de politiek. De monarchie blijft een constant baken, een geruststellend referentiepunt in turbulente tijden. Zelfs als er een nieuwe vorst komt, blijft de continuïteit een heel stuk groter dan bij een regeringswissel. Doordat Elizabeth zo lang regeerde, is de persoon bijna volledig vergroeid geraakt met het instituut. De nieuwe vorst kan niet op dezelfde vanzelfsprekendheid rekenen en zal aanzienlijke inspanningen moeten leveren om in een recordtijd eenzelfde impact te hebben op de Britse bevolking als zijn voorgangster.

Op z’n minst een deel van die bevolking heeft daar nood aan. Het Verenigd Koninkrijk verkeert in een zware economische crisis, de nieuwe premier is geen garantie voor politieke stabiliteit, de brexit blijft een moeilijk verhaal met ernstige repercussies voor Noord-Ierland, de nationalistische gevoelens in Schotland lijken niet meteen te zullen wegebben, … Aan uitdagingen en onzekerheid geen gebrek. Nogal wat Britten zagen, al dan niet bewust, Elizabeth als een stabiliserende en verenigende factor. De tot nu toe aanzienlijk minder populaire Charles zal wellicht niet dezelfde sentimenten oproepen, en dat kan indirect politieke gevolgen hebben.

Wellicht de belangrijkste uitdaging van Charles III ligt echter buiten het Verenigd Koninkrijk. De Britse monarch is nog altijd staatshoofd van veertien andere landen, van Canada tot Tuvalu. In sommige van die Commonwealth Realms klinkt al langer een roep om komaf te maken met dat relict uit een imperiaal verleden, maar die werd sterk gedempt precies door de figuur van Elizabeth. In andere landen kwam de kwestie nauwelijks ter sprake, maar de monarchie trekt nu zelf de aandacht naar zich toe. Enkel als Charles meteen stevig de hand reikt naar zijn onderdanen in die staten en dat doet vanuit een oprecht respect en een houding van gelijkwaardigheid die wezenlijk contrasteert met het paternalisme van weleer, zal hij hun harten kunnen winnen.

Hoewel moeilijk te voorspellen valt hoe lang Charles op de troon zal zitten, moet hij al meteen aan zijn opvolging denken. Zijn troonopvolger William meteen inschakelen in de koninklijke activiteiten zou alvast een prima zet zijn, op voorwaarde natuurlijk dat Charles zich niet bedreigd voelt door de duidelijk sterkere populariteit van zijn oudste zoon. Het Verenigd Koninkrijk en de veertien andere soevereine staten moeten erop hopen dat hun nieuwe vorst even schrander met de relativiteit van zijn macht omgaat en eenzelfde wendbaarheid aan de dag legt om nieuwe maatschappelijke uitdagingen het hoofd te bieden.

Lieven Buysse is hoogleraar Engelse taalkunde en Britse cultuur aan de KU Leuven Campus Brussel.

Partner Content