Knack-enquête: 1 miljoen Vlamingen zijn tegen de politiek, justitie én de media

© National
Ewald Pironet

Hoe kijken Belgen naar de democratie? Het ongenoegen is erg groot, blijkt uit een exclusieve Knack-enquête. 1 miljoen Vlamingen zijn anti-systeem.

Hoe kijken Belgen naar de democratie? Op verzoek van Knack en Le Vif hield onderzoeksbureau Kantar een online enquête bij 1012 Belgen van 18 jaar of ouder. De resultaten zijn bij momenten alarmerend.

Laten we maar met de deur in huis vallen: bijna één derde van de Belgen vindt dat we niet in een democratie leven. Bij Franstaligen leeft dat gevoel iets sterker dan bij Nederlandstaligen, maar het valt vooral op dat dit sterker leeft bij jongeren: 37% van de 18- tot 35-jarigen vindt België geen democratie, tegenover 24% van de 65-plussers.

Het kan nog erger: bijna 40% van de ondervraagden oordeelt dat de Europese Unie geen democratie is. Maar opvallend, de jongeren zijn hierover positiever gestemd dan de ouderen: 36% van de jongeren zegt dat de EU geen democratie is, tegen 43% van de ouderen. De Belgische democratie heeft het dus vooral verkorven bij jongeren, de EU-democratie eerder bij ouderen.

© BELGA IMAGE

Zo’n 38% van de Belgen vindt dat een coalitie van verschillende partijen de beste manier is om een land te besturen, 16% opteert een regering met één partij. Als we dieper in de cijfers duiken, merken we dat ouderen duidelijk enthousiaster zijn over coalitieregeringen dan jongeren. Nog opmerkelijk: in Vlaanderen is 43% ervan overtuigd dat coalitieregeringen het beste zijn, in Wallonië slechts 28%.

Een regering gevormd door experts of een burgerpanel, een kleine vaste groep inwoners die geregeld wordt bevraagd over bepaalde onderwerpen, wordt telkens door 14% genoemd als de efficiëntste manier om het land te besturen.

Maar hier zien we toch grote verschillen. Terwijl in het zuiden van het land 23% gelooft dat een burgerpanel de beste bestuursvorm is, vindt dat maar bij 8% van de mensen in het noorden weerklank. Ook het houden van referenda scoort onder de taalgrens met 22% beter dan de 14% boven de taalgrens. Maar in Vlaanderen meent dan weer 18% dat een regering met experts de beste bestuursvorm is, tegenover 9% in Wallonië. Vlaanderen neigt meer naar deskundigen, Wallonië meer naar de mening van de bevolking als het gaat over efficiënt besturen.

Het idee dat verkozenen door lottrekking moeten worden aangeduid, zoals bijvoorbeeld auteur David Van Reybrouck bepleit om alvast de Senaat te bevolken, wordt door een ruime meerderheid afgewezen: 65% van de Nederlandstaligen ziet dat niet zitten, tegenover 58% van de Franstaligen.

Bijna de helft van de Belgen, 46%, vindt dat de regering samen met het parlement de meeste macht heeft in ons land. Zo’n 35% oordeelt dat de politieke partijen hier de macht uitoefenen, op de voet gevolgd door de rijkste mensen, financiële markten en banken. Voor 15% van de landgenoten zit de meeste macht in ons land in handen van de vakbonden.

Volgens 56% van de ondervraagden is onze democratie in gevaar. In Wallonië en bij jongeren leeft dat oordeel sterker, rond de 65%. Degenen die vinden dat onze democratie bedreigd wordt, wijzen vooral migratie, desinformatie en extreemrechts als de grootste gevaren aan. Ook hier zijn er enkele regionale verschillen: 45% van de Nederlandstaligen noemt migratie een bedreiging, tegen 33% van de Franstaligen. En omgekeerd ziet 45% van de Franstaligen extreemrechts als bedreiging, tegen 31% van de Nederlandstaligen. Maar ze vinden elkaar als het gaat over extreemlinks: telkens 30% bestempelt dat als een bedreiging voor onze democratie.

Iets meer dan een kwart van de Belgen beschouwt religie als een bedreiging voor onze democratie. Doorgevraagd over welke religies het dan gaat, duidt 82% de islam aan. In Vlaanderen (89%) ligt dat duidelijk hoger dan in Wallonië (75%), bij ouderen (89%) ligt het hoger dan bij jongeren (79%). De andere religies scoren heel wat lager: 22% noemt het christendom een gevaar, 15% het jodendom, 11% het boeddhisme en 7% het hindoeïsme.

Zowat de helft van de Belgen vindt dat zijn of haar stem niet telt. Dat gevoel geldt in gelijke mate voor mannen en vrouwen, Nederlands- en Franstaligen, jong en oud, en ook hoe lang men heeft gestudeerd maakt geen verschil: welke bevolkingsgroep je ook bekijkt, de helft vindt dat hij/zij niet meetelt.

De enquête peilde ook naar wie of wat een essentiële tegenmacht moet vormen om de democratie te waarborgen. De politieke oppositie komt dan met 39% het vaakst uit de bus, gevolgd door de burgerbeweging (33%), vakbonden (28%), burgerpanels (27%), de media (25%) en sociale media (16%). Ook hier schatten de Franstaligen de burgerbeweging en -panels hoger in, samen met de vakbonden. De Nederlandstaligen hechten wat meer waarde aan de media en sociale media.

(Lees verder onder de afbeelding.)

Op de vraag wat nuttig is om je stem te laten horen en de democratie te bevorderen, antwoordt 64% ‘gaan stemmen’. Verder noemt men een petitie ondertekenen (35%) en vreedzaam manifesteren (29%) ook nuttig. Voor zo’n 10% mag dat zelfs niet-vreedzaam manifesteren zijn of burgerlijke ongehoorzaamheid. Als vorm van burgerlijke ongehoorzaamheid vindt 25% dat het geoorloofd is om bedrijven te boycotten en 23% om openbare ruimte te bezetten. Opvallend is dat slechts 6% het toegelaten vindt om zich vast te kleven of te ketenen, een actievorm die de laatste tijd in trek is.

Er zijn regionaal wel grote verschillen als het gaat over de tolerantie voor burgerlijke ongehoorzaamheid: 59% van de Nederlandstaligen zegt dat geen enkele vorm van burgerlijke ongehoorzaamheid toegelaten is, tegen 27% van de Franstaligen. Ook hier is er een groot verschil tussen jongeren en ouderen: van de 18- tot 35-jarigen verwerpt 25% burgerlijke ongehoorzaamheid, bij de 65-plussers is dat 63%.

Slechts 3% van de Nederlandstaligen vindt dat een burgerbeweging de wet mag overtreden, tegenover 8% van de Franstaligen. Zo’n 10% van de jongeren vindt dat men zich niet aan de wet hoeft te houden, bij de ouderen is dat minder dan 1%. Nederlandstaligen en ouderen willen duidelijk minder weten van burgerlijke ongehoorzaamheid dan Franstaligen en jongeren.

Meer dan de helft van de Belgen, zo’n 56%, voelt zich niet vertegenwoordigd door de federale staat. Regionaal zit er een licht verschil op: 58% van de Nederlandstaligen vindt zich niet gerepresenteerd door de Belgische overheid, tegen 54% van de Franstaligen. En bij ouderen ligt het cijfer ook hoger dan bij jongeren (60 tegen 53%). Meer mensen die alleen een diploma lager secundair hebben, voelen zich in vergelijking met de landgenoten met een diploma hoger (universitair) onderwijs minder vertegenwoordigd (62 tegen 52%).

Evenveel burgers, 55%, voelen zich niet vertegenwoordigd door het Vlaams, Brussels of Waals Gewest. We zien hier dezelfde kleine verschillen als bij de vraag over de federale overheid: 56% van de ondervraagden uit het Vlaams Gewest voelt zich niet vertegenwoordigd door het Vlaams Gewest, dat geldt voor evenveel Brusselaars ten opzichte van het Brussels Gewest en voor 51% van de inwoners van Wallonië voor het Waals Gewest. Ouderen en mensen met een lager diploma voelen zich niet alleen minder gerepresenteerd door de federale overheid, maar ook door hun regionale overheid.

Bijzonder interessant wordt het als de uitkomsten op beide vragen aan elkaar worden gekoppeld. Dan blijkt dat het grotendeels dezelfde mensen zijn die zich niet vertegenwoordigd voelen door de nationale regering én de regionale regering. Zo’n 45% van de Belgen voelt zich noch door de federale overheid, noch door de regionale overheid vertegenwoordigd. En 70% van de mensen die vinden dat hun stem niet meetelt, voelt zich door niets vertegenwoordigd.

Liefst 70% van de ondervraagden zegt dat de politici in België hun eigen belangen boven die van het volk stellen. Die overtuiging wordt breed gedragen door alle bevolkingsgroepen, al zien we het iets meer bij Nederlandstaligen en ouderen, maar ook bij de anderen gaat het steeds om zo’n 65%.

Drie op de vier Belgen zijn er voorstander van om de inkomsten van politici te plafonneren op het gemiddelde loon. Dat idee wordt opnieuw door velen gedeeld, welke positie ze ook bekleden in de samenleving. Zo’n 70% vindt dat het cumuleren van openbare ambten onder alle omstandigheden moet worden verboden. Vooral Franstaligen, ouderen en hoger opgeleiden zijn die mening toegedaan.

Iets meer dan de helft van de ondervraagden, 54%, vindt dat de meeste Belgische politici incompetent zijn. Zowat de helft van de Belgen vindt zelfs dat de meeste politici corrupt zijn. Terwijl de uitspraak dat politici ‘incompetent’ zijn door zowat alle lagen van de bevolking evenveel wordt uitgesproken, ligt dat voor ‘corrupt’ lichtjes anders: bij Franstaligen, jongeren en mensen met een lager diploma ligt dat aandeel iets hoger.

Van de Belgen die vinden dat de meeste politici corrupt zijn, verwerpt de helft een coalitieregering als de efficiëntste manier van besturen. De grootste voorkeur van die groep mensen gaat uit naar een regering met één partij (69%) of naar het organiseren van referenda (66%). Een regering van experts (55%) of een burgerpanel (51%) vinden wat minder instemming. Een op de drie onder hen zegt dat een dictatuur het beste zou zijn.

Van de mensen die vinden dat hun stem niet meetelt, oordeelt 72% dat de meeste politici in België corrupt zijn.

Twee op de drie Belgen vindt een democratie het meest efficiënte politieke systeem. Opnieuw is dat een overtuiging waarin veel Nederlandstaligen en Franstaligen, mannen en vrouwen, jong en oud, kort en lang opgeleid zich kunnen vinden. Het grootste deel van die mensen, 75%, is ervan overtuigd dat een coalitieregering de beste bestuursvorm is, en veel beter dan bijvoorbeeld een regering gevormd door één partij of door experts.

Maar een derde van onze landgenoten vindt dat de macht moet worden uitgeoefend door een sterke leider, zonder invloed van het parlement. Die overtuiging is iets groter bij de Franstaligen (36%) dan bij de Nederlandstaligen (30%), wat misschien verwondering kan opwekken omdat in het noorden van het land een partij als het Vlaams Belang hoog scoort. Opmerkelijk is ook dat heel wat jongeren (43%) voor zo’n sterke leider zijn in tegenstelling tot de 65-plussers (25%). Een vergelijkbare breuk zien we bij lager opgeleiden (46%) en mensen met een hogere studie (24%).

Van de Belgen die voor een sterke leider zijn zonder inspraak van het parlement denkt 52% dat een dictatuur de efficiëntste bestuursvorm is voor ons land, voor 50% mag het ook een burgerpanel zijn en voor zowat evenveel landgenoten een regering gevormd door één partij. Voor bijna 40% kan ook een regering gevormd door experts zorgen voor doortastend beleid.

In België geldt de stemplicht voor iedereen van 18 jaar of ouder, maar voor de lokale verkiezingen in oktober 2024 is de opkomstplicht afgeschaft. Benieuwd hoeveel mensen dan zullen opdagen aan het stembureau. In elk geval wil zo’n 43% van de Belgen dat de stemplicht helemaal wordt afgeschaft en 32% zou niet gaan stemmen als het niet verplicht was. Vooral bij de jongeren leeft dat sterk: 45% van hen zou dan niet meer opdagen. Dat hoge cijfer is opmerkelijk omdat jongeren van 16 tot 18 jaar volgend jaar voor het eerst mogen stemmen (niet verplicht) voor het Europees Parlement.

Ook interessant: de helft van de ondervraagden vindt dat een blanco stem moet worden weerspiegeld in lege zetels in het parlement. En een op de drie zegt dat migranten dezelfde rechten moeten hebben als autochtonen, inclusief stemrecht. Zo’n 54% is daartegen, en daarbij zien we geen verschil tussen Nederlandstaligen als Franstaligen: in beide groepen is iets meer dan de helft tegen gelijke rechten inclusief het stemrecht voor migranten. Dat druist in tegen de vaak gehoorde overtuiging dat Vlamingen het minder begrepen zouden hebben op migranten en ‘racistischer’ zouden zijn dan Franstaligen.

Er is dus niet zoveel animo voor een opkomstplicht, wél voor referenda: 70% van de Belgen wil dat zeker over de belangrijke vraagstukken in onze samenleving telkens een volksraadpleging wordt gehouden. Ouderen (78%) zijn meer te vinden voor referenda dan jongeren (57%). Zo’n 17% van de landgenoten vindt referenda de efficiëntste manier om een land te besturen. In Wallonië staat men daar met 22% iets positiever tegenover dan in de rest van België.

Pakweg 38% van de Belgen vindt een cordon sanitaire, waarbij geen politieke akkoorden of afspraken gemaakt zouden worden met een extremistische partij zoals het Vlaams Belang, essentieel voor onze democratie. Hier zien we een groot verschil onder de bevolking: 22% van de Nederlandstaligen staat achter een cordon sanitaire, tegenover 57% van de Franstaligen. Omgekeerd vindt 57% van de Vlamingen een cordon sanitaire niet essentieel voor de democratie, tegen 18% van de Franstaligen. Ouderen en lager opgeleiden tonen zich grotere tegenstanders van het cordon.

Een derde van de Belgen vindt dat het cordon sanitaire het best wordt uitgebreid naar extreemlinkse partijen. Ook hier zijn Franstaligen (42%) grotere voorstanders dan Nederlandstaligen (25%). Ook jongeren en hoger opgeleiden zijn het idee iets meer genegen. Samenvattend zijn vooral Franstaligen, jongeren en hoger opgeleiden gewonnen voor een cordon sanitaire, zowel tegen extreemlinks als extreemrechts.

© ID

Zo’n 54% vindt dat de media extremistische partijen aan het woord moeten laten. In Franstalig België bestaat een cordon médiatique tegen het Vlaams Belang, maar 49% van de Franstaligen is het daar niet mee eens, 35% is voorstander van zo’n cordon médiatique en de rest heeft er geen mening over. Onder Nederlandstaligen vindt 57% dat de media ook extreme partijen aan bod moeten laten komen, 29% vindt van niet en de rest heeft geen mening.

Iets meer dan 40% van de Belgen zegt dat onze rechtbanken niet onafhankelijk zijn. Iets meer dan de helft vindt dat onze rechters geen voeling hebben met de realiteit. Vooral ouderen (58%) en lager opgeleiden (54%) delen die mening, Nederlandstaligen en Franstaligen verschillen daarover nauwelijks van overtuiging. Wat duidelijk blijkt: het gaat vooral op voor mensen die vinden dat hun stem niet meetelt. 70% van hen vindt rechters wereldvreemd.

Velen vinden ook de media niet onafhankelijk. Iets meer dan de helft van de Belgen oordeelt dat de media en de politiek elkaar indekken. Die conclusie wordt door zowat alle bevolkingsgroepen in onze samenleving evenveel gedragen, maar toch vooral opnieuw bij mensen die vinden dat hun stem niet meetelt: 68% van hen vindt dat de media en de politiek onder één hoedje spelen.

Conclusie

De conclusie na dit onderzoek is ontluisterend. Een wel érg grote groep mensen lijkt alle geloof in de samenleving kwijt te zijn. Een vijfde van de Belgen (19% Nederlandstaligen, 21% Franstaligen met een betrouwbaarheidsmarge voor deze combinatievraag van 2,5%) is ervan overtuigd dat zijn stem niet meetelt, dat hij niet vertegenwoordigd wordt, dat de meeste politici corrupt zijn, dat rechters wereldvreemd zijn, en dat de media en de politiek elkaar indekken.

Dat betekent dat zo’n 1,8 miljoen Belgen, onder wie 1 miljoen Vlamingen, zich niet alleen afkeert van de politiek maar ook de juridische wereld en de traditionele media. Kortom: van het hele systeem.

Dit onderzoek werd online uitgevoerd door Kantar van 4 september tot 8 september 2023, in opdracht van Knack en Le Vif, bij 1012 Belgen van 18 jaar of ouder, met een foutenmarge van 3,1%.

Partner Content