Helft Vlamingen vindt cordon sanitaire niet essentieel voor democratie

Vlaams Belangers Tom Van Grieken en Filip Dewinter © Getty
Ewald Pironet

Volgens de laatste peilingen behaalt het Vlaams Belang 25 procent van de stemmen. Maar het cordon sanitaire sluit de partij uit van deelname aan het bestuur, ook al vindt de helft van de Vlamingen dat cordon niet essentieel voor de democratie. ‘De verkiezingen van volgend jaar worden een referendum over het cordon sanitaire’, meent de Leuvense politoloog Bart Maddens.

Pakweg 38 procent van de Belgen vindt een cordon sanitaire, waarbij geen politieke akkoorden of afspraken gemaakt worden met een extreme partij als het Vlaams Belang, essentieel voor onze democratie. Dat blijkt uit een peiling van Knack over onze democratie. Er is wel een groot verschil onder de Belgen: 22 procent van de Nederlandstaligen staat achter een cordon sanitaire, tegenover 57 procent van de Franstaligen. Omgekeerd verwerpt 53 procent van de Vlamingen een cordon sanitaire, tegen 18 procent van de Franstaligen. Ouderen en lageropgeleiden tonen zich grotere tegenstanders van het cordon. 

Die resultaten zijn belangrijker dan ooit, nu het Vlaams Belang volgens de recentste peiling van VTM en Het Laatste Nieuws 25 procent van de stemmen behaalt. ‘Het Vlaams Belang komt samen met de N-VA, die volgens de peiling 20 procent zou scoren, op het randje van een absolute meerderheid in het Vlaams Parlement’, zegt de Leuvense politoloog Bart Maddens. ‘De verkiezingen van volgend jaar worden dan ook een referendum over het cordon sanitaire. Het thema zal de verkiezingscampagne domineren. De N-VA krijgt nu al voortdurend de vraag of ze zal regeren met het Vlaams Belang of niet. De partij slaagt er maar niet in om daar een duidelijk antwoord op te formuleren, ze zit gesandwicht tussen de voor- en tegenstanders.’

De rode lijn

Jos Geysels, ex-Groen-parlementslid en ‘vader van het cordon’, ziet ‘met vreugde dat het Vlaams Belang tot nu toe op geen enkel niveau deelneemt aan het bestuur, ook al wordt extreemrechts niet minder populair in Vlaanderen en in Europa. Het cordon sanitaire is een afspraak en een uitspraak. Het is geen wet of decreet maar een afspraak tussen democratische partijen om niet met het Belang te regeren. En het is ook een uitspraak, het is een ijkpunt van de democratie: wij regeren niet met een partij die de mensenrechten niet respecteert. En dat doet het Vlaams Belang nog altijd niet. Zowel in zijn partijprogramma als in zijn politieke praktijk, boodschappen en berichten van parlementsleden op sociale media, blijkt dat duidelijk.’

‘Ach, dat electorale discours van het Vlaams Belang’, zegt Maddens. ‘Zoals alle partijen overdrijft het VB daarin ook weleens. Ik vind dat je moet kijken naar het beleid. Voor mij ligt daar de rode lijn die niet mag worden overschreden: wil het Belang zich voegen naar de grondwettelijke rechten en vrijheden in België? Ik kan me voorstellen dat als een partij met het Vlaams Belang in zee zou gaan ze daarover vooraf staalharde garanties zou eisen in het regeerakkoord. Als het VB dan vasthoudt aan zijn radicale standpunten, sluit het zichzelf uit van regeringsdeelname. Als de partij voldoende water in de wijn doet, is dat misschien wel mogelijk.’

Maddens vraagt zich trouwens af of de kiezers wel  een regering met het Vlaams Belang willen als ze voor die partij stemmen: ‘Net het cordon sanitaire doet daar twijfels over rijzen. Doordat het Vlaams Belang bij voorbaat wordt uitgesloten, kan de kiezer vrijblijvend voor de partij kan stemmen bij wijze van “signaal”. Het is niet nodig om het partijprogramma van zo’n partij grondig te bekijken. Of om na te denken over de implicaties die de realisatie daarvan zou hebben. Want de kans dat die partij mee bestuurt en zo haar programma deels realiseert, is toch zo goed als nihil, dankzij het cordon. De afschaffing van het cordon sanitaire zou de kiezer dus voor zijn of haar verantwoordelijkheid plaatsen. Stem je voor een uiterst rechtse partij? Fijn, maar weet dat je dan ook een uiterst rechts beleid kunt krijgen.’

Geysels begrijpt dat mensen uit onvrede op het Vlaams Belang stemmen om een ‘signaal’ te geven. ‘Maar we moeten hen erop blijven wijzen: we nemen jullie onbehagen ernstig, jullie kreet is terecht, maar de partijpolitieke vertolking is niet juist. Je kunt niet stemmen voor een partij die het niet ernstig meent met de mensenrechten.’

Maddens vindt trouwens dat dezelfde redenering ook opgaat voor uiterst links, zoals hij al schreef in een opiniebijdrage voor Knack.be: ‘Een stem voor de PVDA zou de kans moeten vergroten op een radicaal links beleid, ook in Vlaanderen. Dat is overigens minder uit de lucht gegrepen dan je zou denken. In 2019 behaalden de drie linkse partijen samen iets meer dan 26,2 procent, vandaag zou dat volgens sommige peilingen al bijna 35 procent zijn, door de forse groei van Vooruit en de PVDA. Als die tendens zich doorzet dan komt een radicaal linkse Vlaamse regering dichterbij, zeker als je er ook een door Beweging.net gedomineerd CD&V zou bijtellen. Het zou voor de Vlaamse democratie een goede zaak zijn als men zo’n coalitie niet op voorhand zou uitsluiten. Dan is het aan de kiezer om die al dan niet mogelijk te maken.’

Een op de drie Belgen vindt dat het cordon sanitaire uitgebreid moet worden naar extreemlinkse partijen, zo blijkt uit de Knack-enquête. Ook hier zijn Franstaligen (42 procent) grotere voorstanders van dan Nederlandstaligen (25 procent). Ook jongeren en hoger opgeleiden zijn daar iets grotere aanhangers van. 

‘Ik vind niet dat het moet worden uitgebreid naar extreemlinks, zeg maar de PVDA-PTB’, zegt Geysels. ‘Want om het nog eens duidelijk te zeggen: ik ben niet voor een cordon sanitaire tegen het Vlaams Belang omdat dat een radicale partij is. Het Vlaams Belang heeft het recht om radicaal te zijn. Ik ben wel voor een cordon sanitaire rond die partij omdat ze standpunten inneemt die in strijd zijn met de Rechten van de Mens. Dat kun je van de PVDA-PTB niet zeggen. Wél van zijn voorloper Amada – die zou dus voor mij wél onder een cordon sanitaire vallen.’

Cordon médiatique

Zo’n 54 procent vindt dat de media extremistische partijen aan het woord moeten laten. In Franstalig België bestaat een cordon médiatique tegen het Vlaams Belang: 49 procent van de Franstaligen is het daar niet mee eens, 35 procent is voorstander van zo’n cordon en de rest heeft daar geen mening over. Onder Nederlandstaligen vindt 57 procent dat de media ook extreme partijen aan bod moeten laten komen, 29 procent vindt van niet en de rest heeft geen mening. 

‘Dat zijn opmerkelijke cijfers’, zegt Maddens. ‘57 procent van de Franstaligen is voor een cordon sanitaire, maar slechts 35 procent is voor een cordon médiatique. Bijna de helft van de Franstaligen is zelfs tegen een cordon médiatique. Dat vind ik straf, want  het cordon sanitaire is in  Franstalig België de vanzelfsprekendheid zelve, het wordt er bij wijze van spreken van jongs af aan ingelepeld: uiterst rechts mag niet deelnemen aan de debatten, ze mogen nergens rechtstreeks aan bod komen.’

Dan volgt automatisch de vraag: hoe is dat grote verschil tussen het aantal Franstalige voorstanders van een cordon sanitaire en voorstanders van een cordon médiatique te verklaren? Maddens: ‘Omdat de Franstalige landgenoten vaak naar Franse televisiezenders kijken, en die behandelen rechtse politici als Marine Le Pen en zelfs Éric Zemmour als normale politici. In Frankrijk bestaat er dus geen cordon médiatique en ik kan begrijpen dat heel wat Franstaligen zich dan ook afvragen waarom dat in Franstalig België wél bestaat.’

Is Geysels te vinden voor een cordon médiatique? ‘Ik vind het normaal dat media verslag uitbrengen over wat politieke partijen die een bepaald segment van de bevolking vertegenwoordigen binnen en buiten het parlement doen. Punt aan de lijn’, aldus Geysels. Dus geen cordon médiatique, de media mogen iemand van het Vlaams Belang interviewen? ‘Voor mij kan dat, maar ik vind wel dat je het VB niet moet behandelen als een gewone andere politieke partij. Je moet VB-politici bijvoorbeeld niet opvoeren in een entertainmentprogramma. En telkens als ze een racistische uitspraak doen of een mening uiten die ingaat tegen de mensenrechten, moet daarop worden gewezen. Soms zie ik daar bij journalisten een grote slordigheid en dat maakt me soms ongerust.’

Er wordt weleens gezegd dat het cordon médiatique werkt want dat uiterst rechts daardoor in Franstalig België maar niet van de grond komt. ‘Daar heb ik mijn twijfels bij’, zegt Maddens. ‘Ik denk dat het bij uiterst rechts in Franstalig België vooral een organisatorisch probleem is. Je ziet daar een versplintering op rechts. Maar als je al die splinterpartijtjes optelt, halen die toch al bijna 8 procent van de stemmen. Dat is niet niks.’

‘Bovendien spelen de sociale media een steeds grotere rol’, vervolgt hij, ‘en het zou me niet verbazen als de uiterst rechtse partij Chez Nous straks goed scoort in Franstalig België. Die nieuwe partij krijgt trouwens steun van het Vlaams Belang, die ook beslist heeft geen kieslijsten meer in te dienen in Franstalige kiesdistricten. Het idee dat dankzij het cordon médiatique uiterst rechts in Franstalig België klein wordt gehouden, zou wel eens kunnen sneuvelen bij de verkiezingen volgend jaar.’

Partner Content