Jan Peumans doet mee aan Maai Mei Niet: ‘Ik knuffel geen bomen, maar ik red ze wel’

JAN PEUMANS ‘Ik maai niet veel, in sommige delen van de tuin zelfs nooit.’ © DEBBY TERMONIA

Elke week vertelt een bekende deelnemer aan Maai Mei Niet over zijn of haar tuin. Wilt u ook meedoen aan onze actie om een maand lang (een stuk van uw gazon) niet te maaien? Schrijf u dan in op maaimeiniet.be. Met zijn verwilderde grasland valt de tuin van voormalig Vlaams Parlementsvoorzitter Jan Peumans meteen op in het straatbeeld, waar het biljartlaken regeert.

Sinds ik mij vastbeet in het Oosterweeldossier noemen mensen mij “kabouter Bam”. Ik weet niet waarom, ik vind kabouters rare figuren. En als mensen mij tegenkomen, zeggen ze soms: “Zo klein zijt gij toch niet?” In Frankrijk is er een organisatie die tuinkabouters bevrijdt, maar hier valt niets te bevrijden: ik heb geen tuinkabouters, maar wil wel poseren met die van de fotograaf.’

‘Bomen heb ik wel. Ik heb ze allemaal zelf geplant, want hier stond vroeger niks. Dit was grond van mijn groot- vader, een landbouwer. In de tijd van commissaris Sicco Mansholt – de vader van het Europese landbouwbeleid – kregen boeren geld voor elke boom die ze kapten. (sakkert) Dat is niet te geloven, daardoor zie je amper nog hoogstammige fruitbomen.

‘Kijk eens naar de tuinen hieromheen: mensen háten bomen. Ze zijn terug- gekeerd naar het stenen tijdperk, alles moet er ordentelijk bij liggen. Ik ben contrair, dat is karakterieel, maar het is ook een bewuste en overtuigde keuze die ik al heel mijn leven meedraag.

Die schitterende linde naast het terras is onze airco. Als het in de zomer te heet is, zoeken we daar beschutting en koelte. Heerlijk, toch? Deze eik heb ik veertig jaar geleden geplant. Als mijn schoonzoon ooit brandhout nodig heeft, mag hij hem omleggen. Van die appelboom maken we elk jaar 260 liter sap – dat mag ik niet meer drinken, ik heb last van suiker. Okkernoten eet ik wel: tien per dag, dat is naar het schijnt goed voor de omega 3. Ik ben nog altijd niet door de oogst van vorig jaar. Je zou het niet zeggen, maar deze notenboom is veertig jaar oud. (knuffelt de boom) Een bomenknuffelaar ben ik niet, maar ik red ze wel. Toen ze de steenweg gingen heraanleggen, wilden ze een hele rij bomen kappen. Ik heb toen naar het kabinet van Ben Weyts gebeld. Ben heeft de werken laten stilleggen, en ik ben met de ingenieur gaan praten. We hebben tien bomen kunnen redden.

© National

‘Ik heb ook gazon, zoals je ziet. Ik maai sowieso niet veel, in sommige delen van de tuin zelfs nooit, maar ik doe dit jaar weer mee met Maai Mei Niet. Als juryvoorzitter van het VRT-programma Vrede op aarde heb ik de eerste editie van Maai Mei Niet trouwens tot beste campagne van het jaar mogen bekronen. Ik heb me ook ingeschreven voor FlowerPower De Tuin en neem voor het tweede jaar op rij deel aan Curieuzeneuzen in de tuin. Burgerwetenschap noemen ze dat, ik vind dat belangrijk. Ik ben ambassadeur van Grootouders voor het Klimaat, en ik weet dat de teneur is dat Zuhal Demir (N-VA) te weinig doet op dat vlak, maar het moet allemaal realistisch blijven. Ik wil geen ruzie met Zuhal – zij is een van de partijleden met wie ik nog regelmatig praat – maar ze mag wat mij betreft nog wat meer doen, het klimaatbeleid mag resoluter. Maar ik zeg altijd: begin bij jezelf. Ik moet morgen naar Gent. Wel: morgenvroeg stap ik op de fiets, richting station.’

Maai Mei Niet is een actie van Knack/Le Vif in samenwerking met KU Leuven/MijnTuinLab, Bond Beter Leefmilieu, Velt, HOGent en Het Ministerie voor Natuur.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content