Waarom de strijd tegen de natuurherstelwet een ideologische oorlog is

Vlaams minister voor Landbouw Jo Brouns (CD&V) © Belga
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

De stemmingen over de natuurherstelwet in de Europese instellingen zijn een politieke vaudeville. De Europese Volkspartij, waar de CD&V deel van uitmaakt, haalt alles uit de kast om de wet te kelderen.

Voor hij nog eens commentaar geeft op de ontwerptekst van de Europese natuurherstelwet, zou Vlaams minister van Landbouw Jo Brouns (CD&V) hem beter eerst eens lezen. De christendemocraten bazuinen al wekenlang uit dat de Europese natuurherstelwet zal leiden tot 10 procent minder landbouwgrond en 30 procent minder opbrengst van gewassen, zodat de voedselprijzen zullen stijgen en de voedselzekerheid in gevaar komt.

Niets is minder waar. De natuurherstelwet creëert geen nieuwe natuur, maar moet wat er is versterken. Zij knaagt niet aan het landbouwareaal en zal leiden tot méér opbrengst in plaats van minder, omdat ze de landbouw beter zal wapenen tegen de gevolgen van de klimaatopwarming – zo bleek uit een analyse van 3900 wetenschappers die een pleidooi voor de natuurherstelwet hielden.

Brouns poneerde op de radio dat de natuurherstelwet ons zal dwingen tot kiezen: ‘Een boom of een ziekenhuis.’ Dat klopt niet. De natuurherstelwet voorziet dat projecten van ‘een hoger algemeen belang’ voorrang kunnen krijgen op natuur. Investeringen in bomen en andere natuur zullen trouwens uitmonden in een vermindering van de nood aan ziekenhuizen. De wet zal zorgen voor zuiverdere lucht, properder water en meer fysiek en mentaal welzijn voor meer mensen.

Ondoordacht gebruik van pesticiden in land- en tuinbouw eist wel een zware gezondheidstol. Desalniettemin verzetten de CD&V en de Europese Volkspartij (EVP), de koepel van christendemocratische partijen in het Europees Parlement, zich ook tegen een Europese directieve om het pesticidegebruik in Europa drastisch te verminderen. Zo zullen meer mensen in Brouns’ ziekenhuizen belanden.

Nipte meerderheid

Brouns werpt ook altijd op dat de natuurherstelwet te weinig rekening houdt met de specifieke situatie van landen en regio’s zoals Vlaanderen: het zogenaamde ‘zelfbeschikkingsrecht’. Maar ook dat staat uitdrukkelijk in het compromis van de Europese lidstaten over de wet, met name in artikel 9a: ‘Lidstaten kunnen rekening houden met uiteenlopende situaties in verschillende regio’s, die betrekking hebben op sociale, economische en culturele eisen, regionale en lokale kenmerken en bevolkingsdichtheid.’

De minister zou er goed aan doen de teksten te lezen voor hij er commentaar op geeft.

Brouns beweerde ook dat de milieuministers van de Europese lidstaten op 20 juni een afgezwakte versie van de natuurherstelwet met slechts een nipte meerderheid goedkeurden. De vaststelling is uitsluitend correct voor het concept ‘gekwalificeerde’ tweederdemeerderheid, wat voor Europa betekent dat minstens 15 van de 27 lidstaten hun goedkeuring moeten geven, die samen minstens 65 procent van de Europeanen vertegenwoordigen. De milieuministers van 20 lidstaten keurden de tekst goed, goed voor 66 procent van de Europeanen. Dat is geen nipte maar een ruime meerderheid van de bevolking.

Commissieleden vervangen

Het was wel nipt in de milieucommissie van het Europees Parlement. Op 17 juni slaagde de EVP er daar net niet in om de natuurherstelwet te laten afvoeren. Vervolgens kwam er een bombardement van stemmingen over 520 amendementen op de tekst, waardoor de commissie niet rond raakte en in principe op 27 juni verder stemde – daar volgde hetzelfde resultaat, waardoor alles zal worden beslist op de plenaire vergadering.

Milieucommissievoorzitter Pascal Canfin (een Franse groene die zich aansloot bij de partij van president Emmanuel Macron) liet volgens de nieuwswebsite Politico weten dat de EVP op 20 juni een derde van haar leden in de commissie verving. Een van de slachtoffers was de Tsjech Stanislav Polcák, die zich erg voor de wet had ingespannen maar, nog steeds volgens Canfin, bedreigd werd dat zijn partij uit de EVP zou worden gegooid als hij voor zou stemmen. Hij koos eieren voor zijn geld en liet zich vervangen. De Finse Sirpa Pietikäinen, samen met Polcák de enige van een lijst van 41 EVP’ers uit de milieucommissie die inzake ‘ecologisch stemgedrag’ niet gezakt is, stemde evenmin.

Wie zich wel ter beschikking stelde om tegen de natuurherstelwet te stemmen, was CD&V-Europarlementslid Tom Vandenkendelaere, net als Brouns een van de verreikende tentakels van de Boerenbond. Dit jaar had Vandenkendelaere al zes officiële contacten met de Boerenbond – op 30 maart was er een bijeenkomst specifiek over de natuurherstelwet. Hoewel hij nooit eerder in de milieucommissie gesignaleerd was, ging hij stemmen in de plaats van iemand anders – juridisch is dat mogelijk. Hij verving het Griekse EVP-lid Maria Spyraki, die in een brief van 10 maart 2022 aan Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen erg positief was over de noodzaak van een natuurherstelwet. Vandenkendelaere bevestigt dat er vanuit de EVP sterk op aangedrongen werd om de partijlijn te volgen, maar ontkent dat er gedreigd werd. Wel meent hij dat de EVP op sociale media onvoldoende genuanceerd bericht over de Natuurherstelwet.

Wie er niet was, was Cindy Franssen, de afgevaardigde van de CD&V in de commissie. Ze zegt dat ze op hetzelfde moment in de asbestcommissie moest zijn, waarvoor ze ‘onderhandelaar’ is. Een bevoorrecht waarnemer wijst erop dat Franssen en Vandenkendelaere geregeld verschillend stemmen in de plenaire vergaderingen – Franssen behoort tot de progressieve ACW-strekking van de CD&V. Maar op het vlak van ‘ecologisch stemgedrag’ scoort ze slechts 4 op 20 – dat is wel hoger dan het gemiddelde van 3,2 voor alle EVP-leden in de milieucommissie. De EVP zit niet in de milieucommissie om milieumaatregelen te steunen.

Trumpiaanse tactieken

Milieuorganisaties reageerden scherp op de vaudeville. Het WWF stelde verbaasd vast dat de EVP zich keerde tegen een luik van de wet dat boeren financieel wil steunen als ze natuurherstelmaatregelen invoeren. De boeren die het anders willen doen, mogen van de klassieke boerenorganisaties niet de kans krijgen te bewijzen dat het anders kan. De EVP is de verpersoonlijking van het verleden dat ons op het gebied van leefmilieu en volksgezondheid zo veel kommer en kwel heeft bezorgd.

De EVP wil een ruk naar rechts, met de natuur als belangrijkste schietschijf.

Ariel Brunner van de milieuorganisatie BirdLife International, die mee bestuurd wordt door de Vlaming Lieven De Schamphelaere, omschrijft Manfred Weber, de Duitse voorzitter van de EVP, als iemand met ‘trumpiaanse tactieken’: ‘Als je ziet dat het rechtse blok stadsvergroening wegstemt met als argument dat het niet goed is voor de boeren, kun je niet anders dan besluiten dat het om een ideologische oorlog gaat.’ De EVP wil een ruk naar rechts, met de natuur als belangrijkste schietschijf. Zelfs een CD&V’er gaf toe aan Knack dat de natuurherstelwet een symbooldossier geworden is. Bovendien wil Weber een rekening vereffenen met Von der Leyen, nota bene lid van zijn eigen EVP, omdat niet hij voorzitter van de Commissie werd, zoals hij had verwacht, maar zij.

Brunner ziet dat de grote boerenorganisaties op oorlogspad zijn tegen de natuur: ‘Hoewel ze, samen met de vissers en bosbouwers, zo goed als de enige oppositie tegen de natuurherstelwet vormen, kunnen ze merkwaardig genoeg meer macht genereren dan de rest van de maatschappij.’ Meer dan 90 grote multinationals hebben zich achter de natuurherstelwet geschaard, maar dat volstaat blijkbaar niet. De overlevingskansen van de wet hangen nu af van de mogelijkheid om het deel van de landbouw te counteren dat vervuilende business as usual wil.

Hoe conservatieve boerenorganisaties zo’n greep op het maatschappelijk gebeuren konden krijgen, bleek uit een analyse van de Nederlandse televisiemaker Arjen Lubach, die in zijn avondshow een link legde tussen boerenprotesten en enkele van de rijkste families in Nederland, rijk geworden met de handel in veevoeder en vlees. Marketingbureaus creëerden een beeld van boeren die vechten voor hun overleving en onze voedselzekerheid, terwijl de winstmakers buiten schot blijven. Zelfs de BoerBurgerBeweging (BBB), die bij de laatste Nederlandse verkiezingen bijna uit het niets de grootste partij werd, is een product van die geoliede machine.

Wraakzuchtig

Nederland was een van de vijf landen die zich in de Europese milieuministerraad tegen de natuurherstelwet keerden, naast Polen, Finland, Italië en Zweden – allemaal landen met een rechtse regering. Voor Zweden was dat eigenaardig, want het land neemt momenteel het halfjaarlijkse voorzitterschap van de Europese Unie waar en zijn diplomaten liepen zich het vuur uit de sloffen om een aanvaardbare compromistekst klaar te krijgen.

Dat onderscheid speelt ook in ons land. Hoewel de CD&V zich fanatiek tegen de natuurherstelwet kant, levert de partij belangrijke spelers op het Europese toneel. Zo is Peter Van Kemseke lid van CD&V-Vilvoorde, maar op het kabinet van Von der Leyen is hij mee verantwoordelijk voor de Green Deal. Sarah Nelen werkte eerst op het kabinet van Europees CD&V-coryfee Herman Van Rompuy. Nu is ze actief bij de architect van de natuurherstelwet, de Nederlandse Eurocommissaris Frans Timmermans, die de voorbije maanden heel wat EVP-modder over zich heen kreeg. Zelfs diplomaten met een groen profiel erkennen wel dat de eerste versie van zijn wetsvoorstel nogal wat gebreken vertoonde.

Opvallend was dat leden van de EVP in de Raad van Milieuministers anders stemden dan in de milieucommissie van het Parlement. Van de zeven ‘EVP-ministers’ uit de lidstaten in de Raad stemden er vier voor de wet. Van de negen regeringen met de partij die deel uitmaakt van de EVP stemden er zes voor. Het suggereert dat het gevecht in het Parlement inderdaad in de eerste plaats een strijd van de wraakzuchtige Manfred Weber is. CD&V’er Tom Vandenkendelaere stelt wel dat de tekst van de Raad ‘aanvaardbaarder’ is dan wat er momenteel in het Parlement voorligt.

België onthield zich in de milieuministerraad, net als Oostenrijk. Ons land werd vertegenwoordigd door Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA), die zich eerst ook tegen de natuurherstelwet keerde. Samen met andere lidstaten, en aanvankelijk ook de volledige Vlaamse regering, slaagde ze erin om cruciale aanpassingen in de wet te loodsen. De belangrijkste was dat het ‘verslechteringsverbod’ – natuur mag niet nog slechter worden dan ze al is – niet opgaat voor ‘alle natuurtypes’. In het huidige voorstel kunnen lidstaten zelf beslissen welke gebieden voor het verslechteringsverbod in aanmerking komen.

Er kwam ook een aanpassing van ‘resultaatsverbintenis’ naar ‘inspanningsverbintenis’ – je best doen volstaat dus. Voor Demir volstond het om de natuurherstelwet te verdedigen, maar dat was zonder haar coalitiepartners CD&V en Open VLD gerekend. Die bleven nieuwe aanpassingen vragen om te vermijden dat België voor de wet zou stemmen. Het was een, volgens een ingewijde, ‘pathetisch gebeuren’.

Finaal werd Demir het geschipper beu. Op 18 juni vernam ze van onze permanent vertegenwoordiger bij de Europese Unie dat er ook zonder Belgische ja-stem een meerderheid voor de natuurherstelwet zou zijn in de milieuministerraad van 20 juni. Mocht het toch misgelopen zijn, dan was er een plan B: omdat er in België twee stemmen pro waren (Wallonië en Brussel) en twee onthoudingen (Vlaanderen en de federale regering), waren er geen stemmen tegen, zodat de slotsom een ja-stem had kunnen zijn. Maar die uitzonderlijke demarche was dus niet nodig.

Weg met de bossen

Hoe moet het nu verder? ‘De lakmoesproef voor de natuurherstelwet is wat er in de plenaire vergadering van het Parlement zal gebeuren’, zegt Europarlementslid Sara Matthieu, die voor Groen in de milieucommissie zit. ‘Het kan zijn dat alle werk in onze commissie nutteloos is geweest. Dat zou superfrustrerend zijn, maar als een blok als de EVP niet meer wil onderhandelen, wordt het heel moeilijk. In normale omstandigheden stemt de milieucommissie progressiever dan de plenaire vergadering, maar misschien gaat dat nu niet op. Doordat de Raad een tekst heeft goedgekeurd, zal een aantal parlementsleden van vooral de liberale fractie het geweer misschien van schouder veranderen.’

In principe stemmen alle 705 Europarlementsleden in de week van 10 juli over wat als compromistekst wordt voorgelegd. Als de milieucommissie er niet uitkomt, wordt een nieuwe tekst ingediend, waarover opnieuw onderhandeld zal worden. In het Parlement kunnen de leden doorgaans ‘vrijer’ stemmen dan in de commissies. Omdat de liberalen van Renew Europe verdeeld zijn, zullen er stemmen van EVP’ers nodig zijn om de wet erdoor te krijgen. De Ierse vicevoorzitter van de EVP, Frances Fitzgerald, heeft al laten weten dat ze voor de wet zal stemmen.

Maar nogal wat waarnemers vermoeden dat de stemming in het Parlement uitgesteld zal worden tot na het zomerreces, zodat er tijd overblijft voor nieuwe onderhandelingen en het afstemmen van de tekst op wat de Raad vorige week besliste. Daarmee komt de verantwoordelijkheid voor het verhaal deels bij de volgende voorzitter van de Europese Unie te liggen: Spanje, dat in verkiezingsmodus zit en een ruk naar rechts vreest, wat slecht nieuws is voor de voorstanders van de wet. Als het Spaanse voorzitterschap er niet uitkomt, belandt de bal in het Belgische kamp – ons lid is voorzitter vanaf 1 januari. Ook wij zullen het voorzitterschap moeten afwerken in een verkiezingscontext, met tegenstanders van de natuurherstelwet (CD&V en Open VLD) die het in de peilingen ‘historisch slecht’ doen.

‘Als de wet er een jaar eerder was gekomen, was ze waarschijnlijk aangenomen’, getuigt iemand die de zaak van dichtbij volgt. ‘Nu is de natuur een speelbal geworden van partijpolitieke manoeuvres, terwijl wat in de natuurherstelwet staat enorm belangrijk is voor een leefbare toekomst, ook voor de landbouw. Het is doodjammer dat er zo’n zware polemiek over is ontstaan. Dit heeft niets meer te maken met democratische besluitvorming in functie van een betere samenleving. Dit is pijnlijk.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content