Negen kantelmomenten in de campagne.
3 januari 2008. Barack Obama wint de Democratische caucus in de staat Iowa en breekt door als topkandidaat. Zijn uitdager Hillary Clinton wordt derde na John Edwards. Obama voerde in 2007 campagne als underdog, terwijl Clinton de onoverwinnelijke favoriet leek. Bij de Republikeinen wordt topkandidaat Mitt Romney verslagen door Mike Huckabee en eindigt John McCain als derde.
8 januari 2008. Hillary Clinton wint de voorverkiezing in New Hampshire, terwijl alle opiniepeilingen een grote zege van Obama voorspelden. De race is weer open, maar Obama wint later in de maand in South Carolina, dankzij massale steun van zwarte kiezers. Bij de Republikeinen wint John McCain van Mitt Romney. McCain wint daarna ook in South Carolina, waar hij in 2000 nog verloor van George W. Bush.
5 februari 2008. Super Tuesday moet de doorslag brengen. Clinton wil op die dag Obama uitschakelen met een kaakslag. Zij wint in grote staten, zoals Californië en New York, maar Obama blijft overeind. Hij wint na Super Tuesday ruim 10 caucussen en slaat daarmee in februari een gat dat Clinton niet meer kan dichten. McCain is de grote winnaar van Super Tuesday en daarmee de facto de Republikeinse kandidaat. Romney geeft op.
18 maart 2008. Obama geeft een speech over ras in Philadelphia nadat op YouTube beelden zijn opgedoken van zijn vroegere dominee Jeremiah Wright die radicale ‘haatpreken’ hield. Obama’s toespraak wordt goed ontvangen, maar daarna doet Wright opnieuw omstreden uitspraken voor de National Press Club in Washington DC. Hij zegt dat de Amerikaanse regering aids heeft gelanceerd tegen zwarten en dat de aanslagen van 11 september Amerika’s eigen schuld zijn. Obama breekt daarop met Wright.
6 april 2008. Obama spreekt tijdens een besloten fondsverwervingsavond in San Francisco over de Midwest. Hij zegt dat burgers in small town America gefrustreerd zijn wegens de economische neergang en zich vastklampen aan wapens en religie. De uitspraken komen via een ‘burgerjournalist’ op het internet. Zowel Clinton als McCain schildert Obama af als elitair en een politieke celebrity die neerkijkt op gewone mensen.
3 juni 2008. Obama sleept de Democratische nominatie in de wacht aan het einde van de voorverkiezingen. Hij verslaat Clinton, die hem na de voorverkiezingen begin mei in North Carolina en Indiana mathematisch niet meer kon inhalen. Obama houdt een grote toespraak in Saint Paul, maar McCains campagne raakt in het slop. Hij houdt een povere rede in Louisiana op 3 juni. Republikeinse geldgevers dwingen McCain diens campagneteam grondig te wijzigen.
29 augustus 2008. McCain lanceert de gouverneur van Alaska, Sarah Palin, als kandidaat-vicepresident. De mededeling slaat in als een bom. Alle media-aandacht voor de Democratische Conventie in Denver, met Obama’s toespraak in het Invesco-stadion, is in één keer weg. Dankzij Palin krijgt McCain steun van de conservatieve basis en haalt hij in de peilingen Obama in. Palin drukt de Democraten in het defensief.
15 september 2008. De zakenbank Lehman Brothers gaat failliet en de sluimerende kredietcrisis explodeert. De Amerikaanse regering moet met 700 miljard dollar tal van banken en verzekeringsmaatschappijen van het faillissement redden. De koersen in Wall Street zakken weg. Burgers geven de Republikeinen de schuld en de waardering voor McCain zakt ook in. Obama komt weer aan de leiding in opiniepeilingen.
13 oktober 2008. Obama voert campagne in Holland, Ohio, en loopt er Joe Wurzelbacher tegen het lijf. Wurzelbacher stelt zich voor als loodgieter en hekelt Obama’s belastingplannen. Het fragment komt op YouTube, de Republikeinen pikken het op en McCain spreekt op zijn derde tv-debat met Obama op 15 oktober over ‘ Joe the Plumber’. Dat wordt een begrip. McCain hoopt met Joe the Plumber de kansen te doen keren.
