Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

De Kroonraad van Knack bestaat uit Mark Eyskens, Paul Muys, Jacques Rogge, Erik Suy, Monika Van Paemel en Etienne Vermeersch.

Mevrouw Van Paemel, de regering heeft het asielbeleid herbekeken. De opvallendste vernieuwing is de aanstelling van een koninklijk commissaris.

Monika Van Paemel: Hopelijk is het meer dan een poging om de verantwoordelijkheid af te schuiven. Er komt meer personeel en een adviescommissie, het kussentje wordt opnieuw verboden, en zo meer. Maar dat soort aanpassingen gaat voorbij aan de essentiële vraag. Migratie verloopt altijd in de richting van landen waar het beter gaat. Ook onze westerse luxe-emigranten gaan in een ander land werken omdat ze daar meer kansen vinden om zich te verrijken of te ontplooien. Je zou het een mensenrecht kunnen noemen. Wat ik van de overheid verwacht, is een ethisch onderbouwde visie op de migratiekwestie, in de plaats van te maskeren dat er een deportatiebeleid gevoerd wordt, en een kussentje te vervangen door een tape.

De eerste verwijten aan de rijkswacht zijn per kerende naar de actiecomités teruggestuurd.

Van Paemel: Ik heb van dichtbij de werking van verschillende actiegroepen meegemaakt. Meestal mensen die het goed menen, maar nu en dan in hysterie geraken en geen seconde meer twijfelen aan hun gelijk. Op die manier doen ze soms meer kwaad dan goed. Elke actiegroep moet beseffen dat als hij zich ergens mee bemoeit, hij ook verantwoordelijkheid draagt. Want aan het einde van het verhaal staat de vluchteling alleen, tegenover een overmacht aan bewakers of rijkswachters. Twee voor Dutroux en acht voor dit meisje, dat is geen normale verhouding meer.

Heeft het feit dat het om een jonge vrouw ging, een rol gespeeld?

Van Paemel: Natuurlijk. Het gaat niet enkel om een fout in het uitwijzingsbeleid, maar om een verkeerde mentaliteit. Een paar jaar geleden moest ik een inleiding geven bij “Het sienjaal”, het politieke geloofsboek van Norbert De Batselier en Maurits Coppieters. Zij pleiten voor een verbeterd beleid in tal van domeinen. Ik heb toen aangestipt dat de vrouwenproblematiek in dat hele verhaal één alinea werd toebedeeld, tussen de gehandicapten en de werklozen in. In de denktank achter het boek zat geen enkele vrouw. Die opmerking werd meesmuilend onthaald, onder meer door Louis Tobback. Ik zag plotseling de nakomelingen van Louis Major zitten grijnzen: “Wijven moeten niet zo veel complimenten maken.” Ik haal dit aan, om te wijzen op de mentaliteit in de politieke kringen, die een doorslag krijgt op het uitvoerende niveau. Ik ben genoeg geconfronteerd geweest met gevallen van verkrachting. Ga het als vrouw maar eens uitleggen op het commissariaat, aan een paar andere mannen die je klacht vaak niet ernstig nemen. Dat uithuwelijken van Sémira Adamu was ook niet zo erg. Ze had het verzonnen, vond zelfs mijnheer de aalmoezenier van Zaventem. Het klinkt bekend in de oren nietwaar.

Is er een parallel te trekken tussen de dood van Sémira Adamu en andere dysfuncties van het overheidsapparaat?

Van Paemel: Dit meisje is verpletterd tussen twee machten, die zich profileren naar aanleiding van specifieke incidenten. Aan de ene kant het volk, dat massaal op straat komt als het echt de spuigaten uitstroomt, of dat zich organiseert in kleinere comités die helaas ook veel querulanten aantrekken. Daartegenover staat de politieke of economische overheid, die niet wil luisteren en iedereen haar wil oplegt. Zij vormt een ongenaakbare tegenmacht, zodat de actievoerders gaan radicaliseren, en terechtkomen in een grijze zone die mogelijk tot ontsporingen leidt. Men moet de zaken niet omdraaien. Actiegroepen ontstaan niet spontaan voor iets, ze ontstaan tegen iets dat onrechtvaardig wordt gevonden. Dat is de kloof tussen het publiek en de politiek: een groeiend ongenoegen aan de ene kant, en aan de andere kant de macht die botweg verder doet.

Opvallend is dat de socialistische partij zich in deze materie zo onverzettelijk opstelt.

Van Paemel: Ik wil geloven dat Tobback echt aangeslagen was. Al was de reden voor zijn opstappen blijkbaar niet de dood van dat meisje, maar wel het feit dat hij door “zijn” rijkswacht bedrogen is. Mannen onder elkaar doen dat niet, het moet sportief blijven. Moeten we uit de opeenvolging van de gebeurtenissen concluderen dat Tobback was aangebleven, indien de betrokken rijkswachters een blanco tuchtblad hadden gehad? Ik was vooral geschokt toen ik Fred Erdman op televisie een en ander zag minimaliseren. De familie van mijnheer Erdman heeft nochtans dezelfde verschrikkingen meegemaakt. Zij werden ook illegaal genoemd, zij kregen ook geen papieren. Voor hen stond geen vliegtuig naar Lomé klaar, maar een trein naar Auschwitz. Ook hun kans op overleven was dat mensen hun deur zouden openzetten. Als ik iemand met die voorgeschiedenis ons afwijzingsbeleid zie verdedigen, ben ik beschaamd in zijn plaats.

De sluiting van de drie Belgische vestigingen van Levi-Strauss, doet de geschiedenis van Renault herleven.

Van Paemel: Het is alvast even brutaal gebeurd: één dag nadat de minister-president een hoge borst opzette over de economische bloei van Vlaanderen. We hebben een zoveelste voorbeeld gekregen van de werking van het kapitaal. De productie rendeert niet meer, dan verhuist men ze. Het kapitaal zoekt zijn weg naar die plaatsen waar het de mensen het goedkoopst kan doen werken. Telkens weer is geld de enige factor die telt: loonkosten, productiekosten, winst. Over kwaliteit, vakmanschap, laat staan arbeidsvreugde, wordt niet gepraat. Over de investering van de gemeenschap evenmin. De meeste bedrijven hebben nochtans heel wat faciliteiten gekregen. Subsidies, bouwvergunningen, infrastructuur. Ze mogen het milieu vervuilen, de fiscus zit hen niet al te zeer aan hun vel en zo meer. Dat alles in ruil voor de heilige werkverschaffing. Als men dan van de ene dag op de andere de boel sluit, is dat niet enkel unfair tegenover de werknemers, die de jongste jaren heel wat verworven rechten hebben afgestaan, maar ook tegenover de gemeenschap. Dat de internationale vakbeweging niet in opstand komt tegen deze brutale vorm van kapitalisme, is bedroevend.

Luc Martens stelt de getroffen werknemers banen in de welzijnssector in het vooruitzicht.

Van Paemel: Mocht dat lukken, zijn alvast die negenhonderd mensen geholpen. Maar het zijn pleisters op een houten been. De politiek staat machteloos. Dat is de rode draad doorheen alle drama’s van de afgelopen jaren. Daarom moet onze maatschappij zich in de volgende eeuw volgens een andere visie ontwikkelen. Het belang van productie en winst, mag niet langer alles overheersen. Die nieuwe visie moet uit de cultuur komen. Misschien is wat meer subsidie voor cultuur, en wat minder voor de industrie, een nuttige investering op lange termijn.

De voorbije week hebben de financiële beurzen zware klappen gekregen.

Van Paemel: De beurs heeft meer te maken met geruchten en stemmingen, dan met de onderliggende realiteit. In se is er geen verschil tussen ons speculeren op stijgende aandelenkoersen, en het piramidespel dat Albanië naar de ondergang heeft geleid. Er is alleen een verschil van decor: een luxueus casino tegen een groezelig lunapark. De instabiliteit van de beurs, wijst op een gebrek aan vertrouwen bij de bevolking. En dat komt niet uit de lucht vallen. Wat zou je willen in een wereld waarin de presidenten van de machtigste twee landen een zo belabberde indruk maken? Andere instanties pikken hun macht in. In Amerika zijn dat de grote verzekeringsmaatschappijen en de advocatenkantoren. In Rusland de maffia.

In Duitsland komt er wellicht een coalitie van SPD en groenen.

Van Paemel: Ik ben vooral blij dat extreem-rechts, in tegenstelling tot in Frankrijk en België, niet in het parlement zit. Men kan aanvoeren dat de kiesdrempel niet democratisch is, maar soms moet de meerderheid zichzelf beschermen. Na de winst van de SPD zijn in op twee na alle EU-landen de sociaal-democraten mee in de regering. Maar ze huldigen bijna overal neoliberale ideeën. Ze gaan niet meer uit van de gelijkheid van alle mensen, maar van gelijke kansen voor alle mensen. Vanaf een bepaald moment moet men zelf maar zien wat men met die kansen doet. Voor Gerhard Schröder is de eerste prioriteit de werkloosheid te verminderen, de groenen moeten bewijzen dat ze wel degelijk iets kunnen veranderen aan een van de wezenlijke problemen in Europa: het milieu. De Duitse groenen hebben een radicale achterban, die de eigen accenten niet zal vergeten: het afschaffen van de Navo, het pacifisme, het openen van de grenzen… ik ben benieuwd wat daarvan zal overblijven. Hopelijk slagen zij erin om eens een andere maatschappijvisie in het westerse politieke beleid in te voeren.

De Serviërs blijven lelijk huishouden in Kosovo. De Navo zou klaar zijn om militair tussen te komen.

Van Paemel: Ik vraag me alleen af hoe. Van grondtroepen hoor ik niet spreken, het zal dus gaan om luchtaanvallen. Maar wie of wat ga je bombarderen in Kosovo? De Kosovaren zelf? Als je de Serviërs wil raken, moet je Belgrado bombarderen, een rechtstreekse oorlogsverklaring aan de Servische regering richten, en een bezettingsleger sturen. Het is de enige manier waarop zoiets werkt, dat is bewezen in Bosnië. Alleen zal Rusland nooit toestaan dat dit in Servië gebeurt, en wil niemand een wereldoorlog riskeren.

Paus Joannes-Paulus II heeft in Zagreb de Kroatische kardinaal Alojzije Stepinac zalig verklaard. Voor velen een provocatie.

Van Paemel: De paus is een tragikomische figuur geworden. Enkele jaren geleden is er een boek verschenen waarin werd opgesomd aan welke ziekten en kwalen de leiders van de wereld leden. De toestand nu is niet veel beter. Amerika en Rusland worden geleid door twee figuren die om diverse redenen niet meer kunnen functioneren. En aan het hoofd van een van de belangrijkste religieuze instituten staat een bevende en bibberende man, die vastgeroest zit in een voorbijgestreefde fixatie op het communisme. De paus ondergraaft de waarde van een zaligverklaring door er een politiek instrument van te maken. Hij kiest steevast figuren uit extreem-rechtse hoek. Op dit moment in Kroatië iemand gaan zalig verklaren die onbeschaamd met de nazi’s heeft gecollaboreerd, is een politieke provocatie van de laagste soort. Dat heeft niets meer met religie te maken. Het is oorlogsstokerij, in een land waar vijandige bevolkingsgroepen proberen om een modus vivendi te vinden, zo kort nadat ze elkaar naar het leven hebben gestaan.

De geestelijke leiders in Iran hebbben gezegd dat de fatwa tegen Salman Rushdie van kracht blijft, nadat eerder president Khatami de zaak had afgesloten. U bent zelf jarenlang actief in het Salman Rushdie Defense Committee.

Van Paemel: De verklaring van Khatami is de eerste ernstige toegeving die we hebben gekregen over de grond van de zaak. Een bescheiden succes, samen met het feit dat Rushdie überhaupt nog leeft. Maar uitspraken van Iraanse politici moet je met de grootste argwaan interpreteren. Want de scheiding tussen wereldlijk en religieus gezag, die wij na honderden jaren strijd hebben afgedwongen in de Franse Revolutie, is in Iran erg dun. De politieke leiders sluiten het verhaal Rushdie af, omdat ze er politiek en economisch meer last dan voordeel mee hebben. Maar de religieuze leiders drukken erop dat de fatwa niet kan worden herroepen, omdat de ayatollah die ze heeft uitgesproken overleden is. Iran neemt dus een dubbelzinnige en laffe houding aan, waarbij Rushdie evenveel gevaar loopt als vroeger. Net als vele andere schrijvers en kunstenaars in de moslimwereld.

MONIKA VAN PAEMEL

Koen Meulenaere

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content