Artroze

TAIGA LAW INSIDE US Damir Muratovs Siberische variant op Kants 'morele wet in mij'. © Andrei Khudyakov

Jan Braet kijkt naar kunst en het leven, in bloei en verval, zoals de rozen. Deze week de expo The 12th Time Zone in Bozar, Brussel.

Het grootste land ter wereld bevat elf tijdzones. Zeven ervan werden in 2018 verkend door een trein internationale kunstcuratoren, die op hun traject langs de trans-Siberische spoorlijn halt hielden in twaalf ons onbekende steden – afgezien van die ene stad uit het lied Dodenrit van Drs. P: ‘We zijn op weg naar Omsk, maar de weg daarheen is lang …’. De opdracht voor de Duitse Inke Arns en de Belg Dieter Roelstraete was welomschreven: kies in elke stad een kunstenaar of collectief en maak er een groepstentoonstelling mee in Bozar. De twaalfde tijdzone uit de titel van de expo is die van de kunst. Die trekt zich nu eenmaal graag terug in een eigen area om te ontsnappen aan de gangbare normen van tijd en ruimte.

Siberië zou geen deel van Rusland zijn als er niet ook melancholie en ironie in de zielen zou zijn geslopen.

De bijzondere geografie van Siberië reikt een natuurlijke rode draad aan voor The 12th Time Zone: de onmetelijkheid, de verlatenheid en de extreme temperaturen. Zijn de maximumwaarden, tussen de 35 en de 40° Celsius, ons West-Europeanen stilaan min of meer vertrouwd, de vrieskou blijft onze verbeelding tarten wanneer het kwik er in de winter tussen de 40 en de 50 graden onder nul zakt. Acclimatiseren aan de Siberische koude doe je in Bozar aan de hand van een brede muurschildering in tuymansiaans matte tinten, een voorstelling van de grijze lucht vol sneeuw boven een ondoordringbaar bos vochtige naaldbomen in de taiga. Damir Muratov uit Omsk schilderde er zijn motto op dat het klimaat van de hele expo aangeeft: Snow Sky Above Us / TAIGA LAW INSIDE US. Daarvoor hoefde hij slechts de sterrenlucht en DE MORELE WET IN MIJ uit de maxime van Immanuel Kant aan te passen.

Er is de taiga, er is ook de steppe, die in de zomer groen kleurt onder een teerblauwe hemel met schapenwolken. Wat blijft, is de onmetelijkheid waarin Zorikto Dorzhiev uit Ulan-Ude zich een nieuw type hoogspanningsmasten verbeeldde. Als model nam hij een vrouwbeeld in traditioneel Boerjat-Mongoolse outfit en puurde dat uit tot een stralend aluminiumskelet met stevige rondingen bovenaan (een vervlechting van hoofddeksel en armspieren) en een wijdbeens op de grond geplant onderstel. Deze Mistress of Steppe transporteert ‘vitale energie verder en verder tot in de eeuwigheid’, verklaart de kunstenaar. Geposteerd in een kleine Horta-rotonde in Bozar geeft de mast nauwelijks de indruk er verdwaald te zijn: in de gedaante van een kokette metaalsculptuur laat ze haar energie uitstromen naar de kunstwerken rondom.

Siberië zou geen deel van Rusland zijn als er niet ook een flinke portie melancholie en ironie in de verkleumde Siberische zielen zou zijn geslopen. Anton Vinogradov ruilde Tyumen, de oudste stad van West-Siberië, voor het kosmopolitische Sint-Petersburg, maar ging terug naar A Place Where I Skipped School. Hij ontstak er grote vuren tussen de desolate appartementsblokken in het besneeuwde landschap van zijn jeugd en legde ze fotografisch vast in een installatie met een reeks impressionante lichtbakken. Natasha Yudina uit Tomsk gebruikt wol, dierenvachten en harige stoffen niet alleen om zich tegen de bittere koude te beschermen maar ook als bekleding voor schijnbaar luchtige beelden, geïnspireerd door de oudheid, de Bijbel of het Sovjettijdperk. Een opvallende verschijning is zeker de kop van Lenin, uitgevoerd in witte bont. Wit als de kleur van ‘de grote stilte’, zoals bij Kandinsky. En van de vergetelheid, in alle tijdzones van het grote Rusland.

Tot 8 september

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content