‘Het klimaatsysteem is een boos beest en het wordt steeds bozer’

Bioloog en Knack-journalist Dirk Draulans begrijpt steeds minder van de weerstand tegen klimaatmaatregelen. ‘De tijd dringt.’

Op 1 augustus haalde België twee keer het wetenschappelijk topvakblad Nature. Dat klinkt geweldig, maar het was geen goed nieuws. Op pagina 10 luidde het dat de branden in het Noordpoolgebied in juni en juli meer dan 100 miljoen ton broeikasgassen loslieten in de atmosfeer. Volgens Nature was dat het equivalent van de jaarlijkse CO2-emissie van ons land.

Het brandt elk jaar wel in het Noordpoolgebied, maar doorgaans blijft de uitstoot beperkt tot gemiddeld 30 miljoen ton CO2. De jongste jaren is er een duidelijk stijgende trend. De warmere temperaturen creëren drogere condities en hardere winden in Alaska en Siberië, waardoor de branden uitbreiden.

Op pagina 11 in het blad prijkte een foto van een officieuze Belgische temperatuurmeting: 44 °C. Het beeld illustreerde een artikeltje over de recordtemperaturen die de jongste maanden overal in de wereld gemeten werden: 46 °C in Frankrijk, 50 °C in India… De gemiddelde juni- en julitemperaturen van Europa waren de warmste ooit geregistreerd.

Het klimaatsysteem is een boos beest en het wordt steeds bozer.

Een eerste analyse van de hittegolf wees uit dat de klimaatopwarming ze 4 °C warmer maakte dan ze ‘normaal’ zou zijn geweest. De kans op een hittegolf is nu vijf keer groter dan vroeger. De boodschap is duidelijk: we zullen met hittegolven, droogteperiodes en intense onweders moeten leren leven – het weer wordt extremer als de temperaturen stijgen. Dat alles is het gevolg van een klimaatopwarming van ‘slechts’ 1 °C ten opzichte van het pre-industriële niveau. Wat gaat dat binnen twintig jaar geven, als we naar een stijging met 2 tot 3 °C evolueren?

‘Het klimaatsysteem is een boos beest en we plagen het met stokken’, stelde de begin dit jaar overleden Amerikaanse klimaatwetenschapper Wallace Broecker, die de eer kreeg verantwoordelijk te zijn gesteld voor het populariseren van de term ‘globale opwarming’. Het besef dat er dringend iets moet gebeuren, begint her en der door te dringen op hoog politiek niveau. De Franse president Emmanuel Macron en de Duitse nieuw-verkozen voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen stellen beiden met klem dat de strijd tegen de opwarming een topprioriteit moet worden.

Het klimaatsysteem is een boos beest en het wordt steeds bozer.

In België blijft het oorverdovend stil. Er is geen noemenswaardige vooruitgang in de vorming van onze vele regeringen, dus ook geen vooruitgang in de strijd tegen de klimaatopwarming. De academische klimaatwet blijft dode letter en de voorspelling van interim-voorzitter van het Vlaams Parlement Wilfried Vandaele (N-VA) dat de betonstop er niet zal komen, is een veeg voorteken. Verstandig ingrijpen op het platteland, door het planten van bomen en het creëren van nieuwe natuur, kan tot een derde van de klimaatingrepen realiseren die we nodig hebben om onze uitstoot binnen aanvaardbare normen te houden.

De ondertussen 18-jarige klimaatactiviste Anuna De Wever kondigde in Knack aan dat er vanaf september nieuwe acties komen, ondanks het feit dat de wekelijkse betogingen in het voorjaar weinig of geen politiek effect hadden. Ze kondigde ook aan dat ze naar het sterk bedreigde Braziliaanse regenwoud – ‘de groene long van de planeet’ – zal gaan en naar een klimaatconferentie in Chili, al weet ze nog niet hoe ze zich naar daar zal verplaatsen: zeilend of vliegend. Als ik een vrijblijvend adviesje mag geven: probeer niet heiliger te zijn dan de paus! Af en toe vliegen moet kunnen, als het niet anders kan. Jongeren mogen – moeten! – avontuurlijk zijn en een deel van de wereld verkennen.

Het bericht over Anuna stond amper op onze site of de eerste lading zure oprispingen van het legertje struisvogels (kop in het zand, weet je wel) stroomde binnen. Het is onbegrijpelijk hoeveel weerstand de jonge vrouwen die de motor zijn van de strijd tegen de laksheid inzake de klimaatopwarming, oproepen, in alle rangen en standen. Vorige lente vertelde de directrice van een Brugse school me dat Anuna voor een niet onbeduidend aantal jonge meisjes een omgekeerd rolmodel is: iets wat ze zeker niet willen zijn.

De weerstand schuilt toch vooral in het oudere segment van de samenleving, in behoudsgezinde oudere mannen die geen maatregelen willen waarvan ze denken dat hun leven er minder aangenaam door zou worden, omdat ze uit hun routine zouden worden gehaald. Hun weerstand tegen verandering voeden ze met een hardnekkig ontkennen van wat niet te ontkennen valt: dat er een probleem is, en dat het probleem door de mens is veroorzaakt. In hun oogkleppenvisie moet de mens zijn gedrag niet bijsturen. Oudere mannen willen zich daarenboven niet de les laten spellen door jonge vrouwen – dat komt er nog bij.

Ook oudere dames kunnen zich in deze context laten gaan. Ik blokkeerde onlangs iemand op mijn Facebookpagina, omdat ze de jonge Zweedse klimaatactiviste Greta Thunberg een ‘gedrocht’ had genoemd. Dat je niet wil weten dat er een probleem is dat dringend moet worden aangepakt, tot daar aan toe. Anderen zullen in jouw plaats wel de nodige beslissingen nemen – dat is toch de grote hoop en de hoofdreden van het blijven hameren op de urgentie van het klimaatgebeuren. Maar waarom dat moet ontaarden in banale scheldpartijen ten aanzien van geëngageerde jongeren, blijft een raadsel.

De klimaatnegationisten zullen misschien munitie halen uit de berichten over de impact van de branden in het Noordpoolgebied. Ik hoor ze het al zeggen: als die op twee maanden tijd een uitstoot aan broeikasgassen veroorzaken die even groot is als wat België op een jaar produceert, heeft het niet veel zin dat wij er iets aan doen. Je hoort dat regelmatig: België is te klein om op wereldschaal een verschil te maken, dus mogen wij op onze lauweren blijven rusten (en vooral niet het voortouw nemen in de strijd).

Veel klimaatwetenschappers zitten de jongste tijd nog meer met de handen in het haar dan vroeger, omdat ze merken dat alles sneller gaat dan ze in zelfs extreme modellen hadden zien aankomen.

Het is een belachelijk argument. Als iedereen zo redeneert, gebeurt er niks. Iedereen zal zijn best moeten doen. Volgens een studie in Nature Geoscience verwoesten wilde branden elk jaar trouwens een gebied met de oppervlakte van India. Daarbij produceren ze meer CO2 dan alle vormen van menselijk transport samen. Maar de natuur steekt in deze context meer dan een klein handje toe, als ze de kans krijgt tenminste. Een beduidend deel van dat brand-CO2 wordt op termijn weer vastgelegd in de vorm van houtskool en nieuwe vegetatie.

De vraag blijft wel of de toenemende intensiteit van de branden niet één van die gevreesde negatieve terugkoppelingen op het systeem is: veranderingen als gevolg van de opwarming die het proces versnellen en nóg erger maken. Veel klimaatwetenschappers zitten de jongste tijd nog meer met de handen in het haar dan vroeger, omdat ze merken dat alles sneller gaat dan ze in zelfs extreme modellen hadden zien aankomen. Het boze klimaatbeest wordt steeds bozer.

Om het af te leren nog een vaststelling van wetenschappers, vorige week in het programma Terzake op Canvas: op Groenland haalden de temperaturen de voorbije weken geregeld 25 °C, of bijna 10 °C meer dan normaal. Daardoor werd er een record in het smelten van ijs gebroken. Op één dag smolt er op Groenland zoveel ijs dat het gans België, als het een bassin was, met het equivalent van 70 tot 80 centimeter water had kunnen vullen. Op één dag! En er zijn veel dagen met massaal smelten van Groenlands ijs geweest. Geschat wordt dat het smeltend ijs op Groenland dit jaar alleen al een stijging van de globale zeespiegel met 1,5 tot 2 millimeter zal veroorzaken.

Dit smeltscenario was voorzien in klimaatmodellen, maar pas binnen een kleine halve eeuw. Is dit doemdenken? Nee, dit is de harde wetenschappelijke en klimatologische realiteit. Voor de klimaatnegationisten en andere domdenkers onder ons: slaap zacht! Maar val ons niet meer lastig met jullie gezeik over gedrochten en niets-aan-de-hand scenario’s. Hopelijk leven jullie lang genoeg om binnen twintig jaar dankbaar te kunnen zijn voor de Greta’s en Anuna’s van deze wereld, in de veronderstelling natuurlijk dat ze de urgentie van de klimaatproblematiek tijdig op de politieke agenda krijgen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content