‘Spiegelingen’ heet de nieuwste roman van Erwin Mortier die zich afspeelt tussen de Eerste en de Tweede Wereldoorlog en die op de drempel van de lente zal verschijnen.
‘Godenslaap’ (2009), een Proustiaanse vertelling over het leven van een vrouw tijdens de Eerste Wereldoorlog in de schaduw van het kapotgeschoten Ieper, betekende de grote doorbraak van Erwin Mortier. Met ‘Spiegelingen’ laat hij deze keer een mannelijke protagonist in de Eerste Wereldoorlog aan het woord die zich uiteindelijk geconfronteerd ziet met de voorbode van een nieuwe wereldbrand.
Minnaars
Volgens het persbericht van Mortiers uitgeverij De Bezige Bij focust de verteller deze keer ook op de homoseksuele liefde: ‘Edgard Demont, geboren uit de modder van de Eerste Wereldoorlog, keert gewond en gehavend terug naar een vaderland dat nooit meer hetzelfde zal zijn. Minnaars helpen hem te leven met kwetsuren die dieper gaan dan de littekens in zijn vlees.’
Het accent van de romanhandeling ligt duidelijk op het interbellum en op de tekenen die tussen 1918 en 1940 wijzen op het uitbreken van een nieuwe apocalyps. De titel van de roman verwijst dan naar de beschouwingen van Mortiers protagonist daaromtrent: ‘ Zijn bespiegelingen schetsen het zelfportret van een man die voor de geschiedenis wil wegkruipen in de liefde en in het verlangen, waarvan hij de glorie bezingt en de broosheid beseft.’
