Moeten dienstencheques duurder worden? ‘In geen enkel ander land subsidieert de overheid gestreken hemden’ 

Karin Eeckhout

De sector van de dienstenchequebedrijven vraagt meer geld en kijkt daarvoor niet alleen naar de overheid. Ook de gebruiker mag best wat dieper in de buidel tasten, vindt de sectorfederatie. Ongelijkheidsexpert Ive Marx (Universiteit Antwerpen) is het daarmee eens. ‘Met de belachelijk lage prijs van de dienstencheques zijn wij rotverwend.’ 

Federgon, de sectorfederatie van de dienstenchequebedrijven, vraagt een prijsverhoging van 5 euro per cheque. Daarvan zou 1 euro naar het loon van de huishoudhulpen gaan, 2 euro naar opleiding en coaching en 2 euro naar de dienstenchequebedrijven zelf, die het volgens de federatie erg moeilijk hebben.

Voor de financiering van die prijsverhoging kijkt Federgon deels naar de Vlaamse regering, waar Vlaams minister van Werk Jo Brouns (CD&V) heeft laten weten dat er geen marge in de begroting is. Maar de dienstenchequebedrijven verwachten ook een grotere bijdrage van hun klanten.

Voor ongelijkheidsexpert Ive Marx (Universiteit Antwerpen) is dat laatste de logica zelf. ‘Op dit moment betaalt de gebruiker 9 euro voor een uur strijk- of poetshulp, na belastingaftrek is dat nog maar 7,20 euro. Dat is belachelijk goedkoop in verhouding tot wat een werkuur normaal gezien kost. Laat eens je auto repareren of een loodgieter langskomen, dan betaal je volstrekt andere bedragen. Poets- en strijkwerk mag dan minder gespecialiseerde arbeid zijn, het vraagt ook opleiding en inzet, en ook in de schoonmaaksector is er meer werk dan er handen beschikbaar zijn. Alle lonen en prijzen zijn de voorbije jaren sterk gestegen, behalve die van de dienstencheques. Het is de logica zelve dat die prijs minstens de index zou moeten volgen.’ 

Politiek is er weinig animo om een verhoging te bespreken?

Ive Marx: Dat is niet verwonderlijk. Het systeem van de dienstencheques heeft ons als burgers rotverwend, met prijzen die allesbehalve marktconform zijn. We zijn dat nu gewoon, en meer dan een miljoen mensen maken er gebruik van. Vind dan maar een politicus bereid om dat privilege terug te draaien. Maar het systeem is onhoudbaar zoals het nu is. Wij zijn het enige land ter wereld waar gestreken hemden, geboende vloeren en blinkende aanrechten voor twee derde door de overheid worden betaald. Een grotere bijdrage van de consument zou niet meer dan normaal zijn. 

Het is de logica zelve dat die prijs minstens de index zou moeten volgen. 

Dat is zeker verdedigbaar in het geval van tweeverdieners met hoge lonen.  Maar wat met mensen met een bescheidener inkomen, die er dankzij betaalbare poetshulp in slagen om werk en gezin te combineren? Als zij moeten afhaken, dan subsidieer je als overheid nog alleen die mensen die het net minder nodig hebben? 

Marx: Dat zogenaamde mattheuseffect speelt nu al. De overheid spendeert via de dienstencheques al honderden miljoenen aan gezinnen die het goed hebben. Want we weten uit onderzoek dat de dienstencheques overwegend gebruikt worden door hogeropgeleiden met hogere inkomens.

Als we mensen die het moeilijker hebben willen helpen, dan moeten we dat op een meer gerichte manier doen. Met huursubsidies bijvoorbeeld, of met extra toeslagen op de kinderbijslag. Het is ook voor die groep dat de fiscale hervorming – die er helaas niet is gekomen – noodzakelijk was. 

Een van de doelstellingen van het systeem van de dienstencheques was ook om de combinatie arbeid en gezin makkelijker te maken. Misschien zijn meer mensen aan het werk gegaan of zijn mensen meer uren gaan presteren, dankzij die betaalbare hulp in het huishouden?

Marx: Dat was inderdaad een van de doelstellingen, maar er zijn geen harde bewijzen dat mensen meer zijn gaan werken dankzij de dienstencheques. Het zou ook goed kunnen dat de lage prijs de vraag naar huishoudhulp heeft aangewakkerd.

Is het een idee om de prijs van de dienstencheque inkomensgerelateerd te maken, zodat mensen met een hoger inkomen meer betalen, zoals in de kinderopvang?

Marx: Daar zijn goede argumenten voor te vinden, op voorwaarde dat je de sociale fraude kunt beperken.

Volgens een bevraging van de sectorfederatie zou de gemiddelde klant bereid zijn om meer te betalen voor een dienstencheque. Maar er gaapt vaak een kloof tussen wat mensen zeggen en wat ze doen. Het risico bestaat dat meer gezinnen hun toevlucht zullen zoeken tot het zwarte circuit.

Het systeem is onhoudbaar zoals het nu is.

Marx: Die kans bestaat, maar door de hoogte van de subsidie derft de overheid in dat geval niet zo veel inkomsten. Het is trouwens zeer de vraag of ze in het zwarte circuit goedkoper af zijn, zelfs met duurdere dienstencheques.  

Het systeem van de dienstencheques is uniek voor ons land en wordt doorgaans als een groot succes voorgesteld, maar u lijkt een koele minnaar?

Marx: Het is een groot succes voor de gebruikers, en precies daarom ligt het politiek zo gevoelig om de voorwaarden te veranderen. Maar het systeem heeft niet al zijn doelstellingen waargemaakt. Het was de bedoeling om het zwartwerk terug te dringen, en daar is het in geslaagd. Maar het werd ook in het leven geroepen om mensen met een kwetsbaar arbeidsmarktprofiel aan het werk krijgen. Daarbij werd vooral gemikt op laagopgeleide langdurig werklozen. Dat is niet gelukt: de jobs worden te vaak ingevuld door buitenlandse arbeidskrachten die daarvoor speciaal naar hier zijn gehaald, en door mensen die de overstap hebben gemaakt vanuit een reguliere, niet-gesubsidieerde job. Denk bijvoorbeeld aan mensen die werkten voor een schoonmaakbedrijf en iedere dag naar Brussel moesten pendelen om daar te poetsen in kantoren of hotels. Voor die mensen bleek een job als huishoudhulp, dichter bij huis en met betere werkuren, een aantrekkelijk alternatief. Maar dat was dus nooit de bedoeling.

Als tewerkstellingsmaatregel heeft het systeem de verwachtingen dus niet ingelost, zeker niet in verhouding tot wat het de overheid kost.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content