Acht jaar lang was Luc Sels rector van de KU Leuven, de grootste universiteit van het land. Het waren woelige jaren, in hoogst disruptieve tijden. Knack brengt zijn afscheidsinterview.
Een tafelspringer is Luc Sels nooit geweest, een man met ambitie wel. Anders had hij als socioloog geen decaan kunnen worden aan de faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen. En vervolgens rector, door zijn voorganger Rik Torfs, die zelf een tweede ambtstermijn beoogde, te verslaan bij de verkiezing. Als rector leidde Sels zijn universiteit – naar het motto van Herman Van Rompuy – met rustige vastheid.
Luc Sels: We communiceren er amper over, want het klinkt al snel pronkerig, maar nu zeg ik het toch: de KU Leuven heeft de laatste jaren een enorme vooruitgang gemaakt. Men rekent ons vaak bij de vijf sterkste universiteiten in continentaal Europa. We staan zelfs op de eerste plaats in Horizon Europe, het centrale investeringsprogramma in innovatie en onderzoek van de Europese Commissie. Geen enkele andere universiteit kreeg zo veel onderzoeksprojecten goedgekeurd als de KU Leuven. En in de internationale rankings blijft de KU Leuven stijgen. Daarmee gaan we in tegen de trend in België, waar iedereen toch wat zakt.
Geef toe, u bent apetrots op die ranking.
Sels: Ik bekijk ze welgeteld één keer, namelijk de dag van de publicatie. En vervolgens doen we verder. Met de hand op het hart: in ons beleid spelen de rankings geen enkele rol. Wij doen niets speciaal om onze plaats in de rankings te verbeteren. Als we daarmee zouden beginnen, loopt het fout. Dan jaag je de competitie aan en organiseer je een cultuur die allesbehalve verbindend werkt.
Rankings zijn wat ze zijn. Ze zijn een belangrijk element voor je internationale reputatie. Ze openen deuren en helpen bij het leggen van contacten. Een hoge score in de rankings is een aangenaam neveneffect. Zeker in een regio als Vlaanderen, waar alle universiteiten sterk staan. De KU Leuven staat in Europa op nummer één in onderzoekfondsen, maar ook de UGent doet het goed.
Ook de universiteiten kijken naar elkaar.
Sels: Iedere universiteit ontwikkelt zich op zijn eigen manier. Antwerpen is al langer the new kid on the block. Onder Caroline Pauwels heeft de VUB zich ontwikkeld tot dé Urban Engaged University. Zij vertelde het verhaal dat zowel Brussel als de VUB nodig had. En Caroline (houdt zich sterk) … was een fantastische dame, vol empathie, een indrukwekkend boegbeeld van haar instelling. Die twee dagen in augustus 2022, toen we in 48 uur geneticus Jean-Jacques Cassiman, oud-rector Paul De Knop en Caroline Pauwels verloren, zijn met veel tranen gepaard gegaan.
‘Ik heb een zekere bewondering voor Zuhal Demir. De minister gáát ervoor.’
Het waren vriendschappen die ik nooit zal vergeten. Er zijn geen tien mensen in Vlaanderen die weten wat het is om rector te zijn, wat je doormaakt als het stormt. Met Caroline heb ik nogal wat therapeutische gesprekken gevoerd. Ook met Herman Van Goethem heb ik een bijzondere band opgebouwd. Toen ik vorig jaar met een doorgescheurde nier op apegapen lag in Melbourne, hing Herman heel regelmatig aan de lijn. Een bijzonder man. Er zijn de voorbije jaren sterke persoonlijke relaties ontstaan. Dat mag ook eens gezegd worden, als correctie op het bestaande beeld van spanningen en naijver in het hoger onderwijs.
U hebt onderwijsminister Zuhal Demir (N-VA) meermaals uitgenodigd voor een gesprek. Dat is het voorbije jaar niet gelukt.
Sels: Er zijn al gesprekken geweest met alle rectoren samen. De uitnodiging waarnaar u verwijst, blijft natuurlijk openstaan. Ik heb voor haar een zekere (aarzelt) ja, ik durf het woord ‘bewondering’ gebruiken. De minister gáát ervoor.
Ik begrijp haar focus op het leerplichtonderwijs. Die is terecht. Als we daar nu niet ingrijpen, komt straks het hoger onderwijs in de problemen. Of de visie en de recepten van de minister altijd de mijne zijn, is een andere kwestie. Dat hoeft niet. Ook de universiteiten moeten aanvaarden dat de regering haar rol speelt. Als wij zo prat gaan op tegenspraak en debat, als ik zelf voortdurend herhaal dat de universiteit een brave space moet zijn in plaats van een safe space, waarbij onze opinies en meningen stevig mogen botsen, dan moeten we dat ook verdragen van de politici. Ik verwacht niet dat regeringsleden het eens zijn met mij. Ik verwacht wel dat ze luisteren en met tegenargumenten komen. In de voorbije acht jaar is dat behoorlijk goed gegaan.
Uw moeilijkste zaak was de dood van student Sanda Dia.
Sels: Niets heeft mij dieper geraakt dan die tragedie. En het is nog altijd niet voorbij. Het is niet fijn om maandenlang rond te lopen met een gevoel dat je public enemy number one bent. Tegelijkertijd vind ik dat ik gedaan heb wat ik moest doen. Ik ben toen op de bres gaan staan voor mijn universiteit. Niemand hoeft te weten wie welke beslissingen genomen heeft, maar ik heb de schok opgevangen en doe dat tot vandaag.
Mijn naam blijft onlosmakelijk verbonden met de dood van Sanda Dia. Het is een trauma voor de hele universiteit dat blijft nazinderen. Als het de pijn een beetje mag verzachten: in Leuven leeft Sanda Dia nog altijd.
U staat recht in uw schoenen, zegt u. Hebt u nooit getwijfeld aan uw aanpak? Was de KU Leuven in het begin niet veel te mild en begripvol voor de daders?
Sels: Elke crisis heeft haar eigen dynamiek. En er zijn geen vaste recepten. Soms stel je de bescherming van een slachtoffer prioritair, of vraagt een slachtoffer zelf om het verhaal niet in de media te brengen. Hoe verloopt de afstemming met het gerecht? Het gebeurt niet zelden dat de juridische instanties ons vragen om behoedzaam om te gaan met de sancties die wij willen opleggen, omdat het een impact kan hebben op de gerechtelijke procedure. En zo goed als nooit kent de publieke opinie alle feiten en de afwegingen die een rol speelden bij een beslissing. Ik zeg niet dat er nooit betere keuzes mogelijk waren geweest dan die wij genomen hebben. Misschien zou ik vandaag soms anders oordelen. Maar ten gronde ben ik in het reine met de beslissingen die we hebben genomen.
Het waren ruige jaren.
Sels: Ook in Vlaanderen is het een gewoonte geworden om crisissen te personaliseren. Het is niet de KU Leuven, het is Luc Sels. Men hakt op Rik Van de Walle, niet op de UGent. Onze politici zitten in hetzelfde schuitje. Ik heb al langer zin om iets te schrijven over de sociale veiligheid van mensen in leidinggevende posities. Samen met de rector van de universiteit van Zürich ben ik betrokken bij de opleiding van de nieuwe Nederlandse rectoren en decanen. Tijdens de gesprekken vroeg mijn Zwitserse collega: ‘Wie van jullie had al politiebescherming nodig?’ Het ging om een groep van twintig mensen die nog maar twee jaar in dienst was. Toch stak één derde de hand op. Dat is de wereld waarin we in leven.
Kreeg u zelf al politiebescherming?
Sels: (wuift de vraag weg) Ik heb al wat meegemaakt, dus dat laat zich raden. Maar stel u daar niet te veel bij voor. Er staat geen agent voor de deur. Af en toe rijdt een combi langs. Het gaat meer over waakzaamheid dan over bescherming.
Mij gaat het om dat onderliggende patroon van hoe vreselijk snel je de kop van Jut kunt worden. Dat moet je weten als je eraan begint, en je moet er ook mee kunnen leven. Al is het gevolg wel dat er onvermijdelijk periodes zijn dat je even in de lappenmand belandt. Ook dat is de voorbije acht jaar gebeurd.
De wereld draait ongemeen snel. ChatGPT en AI zetten ook de wetenschap op zijn kop. Wat is nog kennis? Wat met kennisverwerving?
Sels: De doorbraak van generatieve AI is een van de meest disruptieve evoluties die ik in mijn academische leven heb meegemaakt. Het woord ‘disruptief’ wordt vaak onterecht gebruikt, maar niet in dit geval. De onwaarschijnlijke versnelling in artificiële intelligentie (AI) in het algemeen is voor iedereen ontregelend. Maar het zal ons onderzoek nog sterker maken, en het in elk geval sneller laten verlopen. De doorlooptijd van vinding tot applicatie en zelfs van basisonderzoek naar vinding kunnen stevig ingekort worden. Ik gebruik het nu al in mijn eigen zoekproces om samenvattingen te maken van wetenschappelijke papers, om zo een eerste idee te krijgen.
‘De onwaarschijnlijke versnelling in artificiële intelligentie (AI) is voor iedereen ontregelend. Maar het zal ons onderzoek nog sterker maken.’
Gelukkig hinkt Leuven niet achterop. Vorig jaar was er een klassement opgesteld van waar de grote bedrijven hun Gen AI-talenten rekruteren. Daar stond de KU Leuven toch mooi op nummer acht te blinken. Ja, met Berkeley, het MIT en Stanford op één, twee en drie. Maar toch: we zijn in good company. Dat heeft veel te maken met de kracht van ons Leuven AI Instituut en met een lange voorgeschiedenis. Onze erg succesvolle Advanced Master in Artificial Intelligence werd al in 1988 gelanceerd. Dat zegt toch iets.
AI verandert de zaken ook voor studenten. Wat moeten zij nog leren? Hoe mogen ze AI integreren in het maken van papers, masterproeven en doctoraten?
Sels: AI wordt nu al volop gebruikt. Ik heb de voorbije weken mijn dochter haar masterproef sociologie zien afwerken, op een heel correcte manier. Maar ik dacht: in wat een wereld leven wij toch? Ja, ik zie risico’s aan AI. Maar vooral: wat een mogelijkheden! Wij zaten vroeger in de bibliotheek noest te zoeken in onze fichebakjes naar de juiste codes voor een paar wetenschappelijke artikels. Zij kan om een eerste overzicht te krijgen aan MicroSoft CoPilot vragen om tien artikels samen te vatten. Er kruipt meer werk in het opladen van haar artikels dan in het maken van de samenvatting. En als ik lees wat ze vervolgens eigenhandig neerpent – daar zou ik op die leeftijd niet toe in staat zijn geweest. Het werk verloopt niet alleen sneller, het resultaat is gewoon verbluffend beter.
We moeten dus al onze studenten zo snel mogelijk ‘AI-aware’ maken. In de twee betekenissen van het woord: ze moeten verantwoord leren werken met de tools die AI aanreikt, maar ze moeten ook een goed besef blijven hebben van wat valide informatie is en hoe je de validiteit ervan moet checken. AI wordt de belangrijkste werf voor de volgende vier jaar.
Het gaat ook over spieken 3.0 en dergelijke.
Sels: Dan heb ik misschien slecht nieuws voor studenten. De examens zullen moeilijker en complexer worden. Ze zullen peilen naar de individuele bijdrage van de student. Er is dan helemaal geen plaats meer voor toetsen en evaluaties die op de reproductie van kennis gericht zijn. Het brengt ook, merkwaardig genoeg, de mondelinge toelichting van wat je doet en schrijft weer op de voorgrond. Je moet kunnen verantwoorden wat en waarom je iets doet met gemakkelijk bereikbare kennis en informatie.
Intussen staat de wereld in rep en roer over Gaza. Toch verbreekt de KU Leuven niet alle banden met Israël.
Sels: De Vlaamse universiteiten zijn voortrekkers van een strenge houding ten aanzien van Israël. Maar binnen Europa staan we vaak alleen. Ik heb net een meeting achter de rug met de 24 leidende Europese universiteiten. De meeste collega’s houden vast aan de stelling dat een universiteit volledig politiek neutraal moet blijven. In zekere zin voel ik daar wel wat voor. In die zin: als een universiteit telkens wanneer er iets ergs gebeurt in de wereld aan haar academici oplegt wat wel en niet mag, dan krimpt de academische vrijheid. Een universiteit moet haar wetenschappers die vrijheid in zo groot mogelijke mate blijven gunnen. Het morele kompas van die individuele onderzoekers is dus heel belangrijk.
Het morele kompas van de universiteiten ook.
Sels: Zeker, en zeker in deze verschrikking. Want hier gaat het niet om een land ver weg, maar om het al dan niet erkennen van Israël als een met de Europese Unie geassocieerd land. In Vlaanderen passen we al jaren en heel consequent bij elk samenwerkingsproject een mensenrechtentoets toe. In veel andere Europese landen begint men nu te overwegen om dat ook te doen. Wij hebben alle institutionele banden opgeschort en werken niet meer samen met entiteiten die verbonden zijn met de Israëlische overheid. De enkele projecten met een Israëlische partner die wij in 2024 nog goedkeurden, zijn heel grote consortiumprojecten. Er is er bijvoorbeeld een rond zeldzame ziekten. Het bestaat uit 172 partners, één van hen komt uit Israël. Als je daaruit stapt, is er maar één slachtoffer: de patiënt.
‘Wij hebben alle institutionele banden opgeschort en werken niet meer samen met entiteiten die verbonden zijn met de Israëlische overheid.’
Waarom is het geen optie dat die 171 anderen die ene Israëlische partner eruit zetten?
Sels: Omdat die andere partners dat niet willen en omdat de Europese Commissie dat blijkbaar niet wenst. De UGent heeft vorig jaar beslist dat ze uit het merendeel van de projecten met een Israëlische partner wil stappen. We zijn een jaar verder, en ze zijn daar nog altijd niet in geslaagd. Dat is geen verwijt aan Gent. Het is de Europese Commissie die dat ziet als een contractbreuk en de financiële gevolgen bij de universiteit legt.
Ik heb in 2018 voor één samenwerkingsproject beslist dat er geen vervolg kon komen, ook al was dat wel de bedoeling van de rest van het consortium. Het betrof een project dat nog onder mijn voorganger was goedgekeurd, en waarbij de Israëlische politie een van de partners was. Het project ging rond verhoortechnieken – voor alle duidelijkheid: rond het humaner maken ervan. Toch voelde ik: dat wringt op alle vlakken. We zijn dus uit dat consortium gestapt en hebben niet deelgenomen aan het vervolgproject. Toen al bleek dat uit een lopend project stappen niet mogelijk is zonder grote gevolgen op financieel vlak. Het is ook onwerkbaar voor de andere consortiumpartners. Ik bespaar u de lijdensweg om daaraan een einde te kunnen maken. Daarmee worstelt ook Gent.
Het is een verhaal waarmee u de publieke opinie niet echt hebt kunnen overtuigen.
Sels: Ik schrok toen ik las wat hoofdredacteur Karel Verhoeven in De Standaard schreef: ‘Onze universiteiten zijn de laatste die nog overtuigd moeten worden. Ze zijn de achterhoede in het debat.’ Dat is de wereld op z’n kop. De Vlaamse universiteiten zijn de voorhoede. Een meerderheid van Europese landen erkent Palestina nog altijd niet als staat. Een aantal landen van de Europese Unie blijft Israël bovendien resoluut verdedigen en beschermen. En vooral, ik zie ons bedrijfsleven rustig verder werken in Israël. Ik heb eerder het gevoel dat in deze samenleving de academische wereld de enige hoop is voor Palestina. Wat wij doen, gaat behoorlijk ver. Ik kan geen details geven, maar de KU Leuven organiseert samen met Gaza University heel wat actieve hulp on the ground in Gaza. We bieden daar flink wat ondersteuning met meerdere initiatieven. Wij dóén tenminste iets.
U helpt de Palestijnen. Maar u draalt met hardere sancties tegen Israël.
Sels: Wij hebben eerst een politieke beslissing nodig van de Europese Commissie. Die moet dringend artikel twee van haar eigen associatieverdrag tegen het licht houden. Zolang de Commissie die niet neemt, creëert ze juridische problemen en laat ze universiteiten die actief zijn in Horizon Europe aan hun lot over. Nu is dat eindelijk ook door de ministers van Buitenlandse Zaken voor het eerst in bespreking genomen. In artikel twee staat de vraag centraal of de staat Israël de mensenrechten respecteert. Het antwoord is duidelijk nee. Onbetwistbaar. Als dat associatieverdrag opgeschort wordt, dan valt automatisch ook de samenwerking in het onderzoek weg. Dan is er een juridische grond om die consortia aan te passen. Nu kunnen we dat niet.
En straks?
Sels: Ik erger mij er al lang aan dat dit proces zo weinig vooruitgang boekt. Gelukkig krijgen we loyale steun van minister van Buitenlandse Zaken Maxime Prévot (Les Engagés). Ik merk overigens dat de regering-De Wever flink opgeschoven is. Ze verdient daarvoor meer waardering. Ik zie stilaan voldoende elementen om te zeggen dat er nog een afstand is voor we toe zijn aan een strengere Europese houding jegens Israël, maar dat die overbrugbaar aan het worden is. We komen er wel. Helaas komt dat dan vele maanden te laat voor de tienduizenden slachtoffers in deze nog altijd versnellende spiraal van geweld en ontmenselijking.
Luc Sels
1967: Geboren in Merksem.
1995: Doctor in de sociale wetenschappen (KU Leuven).
1996: Docent, vanaf 2004 gewoon hoogleraar aan de faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen (KU Leuven).
2002: Bekleedt de Francqui-leerstoel aan de Universiteit Antwerpen.
2009-2017: Decaan van de faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen (KU Leuven).
2015: Eredoctor aan de universiteit van Cardiff.
2017-2025: Rector van de KU Leuven.