Contact tracing: aantal oproepen gehalveerd

Contactonderzoek bewijst dat nauwe contacten worden beperkt © belga

Het Agentschap Zorg en Gezondheid heeft momenteel slechts een honderdtal contact tracers die zich bezighouden met het bellen naar besmette personen. Het aantal oproepen zit in dalende lijn.

Dat zegt Joris Moonens van het agentschap.

De contactonderzoekers bellen besmette personen op, zodat ze kunnen nagaan met wie deze personen contact hebben gehad, om een verdere verspreiding van het coronavirus te vermijden. Waar aanvankelijk werd gemikt op 1200 contactonderzoekers, waren er vorige week nog een 450-tal aan de slag in Vlaanderen. Dat aantal blijft gehandhaafd, maar slechts een honderdtal van hen is effectief elke dag bezig met het opbellen van mogelijke besmette mensen, zegt Moonens. 350 zijn stand-by en zijn bezig met training of oefengesprekken.

Het Agentschap Zorg en Gezondheid wil die capaciteit van 450 voorlopig behouden. ‘De werkvolumes blijven onzeker, net als de evolutie van het virus’, zegt Moonens daarover. Het aantal oproepen zit in dalende lijn. Waar er dat vorige week nog een 600-tal per dag waren, ging het aan het begin van de week nog over een 500-tal en op dit moment over een 300 dagelijkse oproepen. Een halvering van het oorspronkelijk totaal, zodus. ‘Die daling is logisch, gezien het lagere aantal besmettingen.’

Het callcenter slaagt er overigens nog steeds niet in om iedereen te bereiken die het moet bereiken. Onder meer door ontbrekende contactgegevens en mensen die hun telefoon niet opnemen, aldus nog Moonens.

Lees daarnaast: Contactonderzoek roept nog veel vragen op.

Partner Content