Vrije Tribune

Hoe moeten politieke leiders reageren op de aanslagen in Parijs?

Vrije Tribune Hier geven we een forum aan organisaties, columnisten en gastbloggers

Politieke leiders krijgen vandaag twee vragen voorgeschoteld van pers en publiek: “Hoe is dit kunnen gebeuren ondanks alle voorafgaande waarschuwingen en veiligheidsmaatregelen en wat ga je doen om dit verder te voorkomen?”

Het antwoord hierop is drieledig. De politici zullen moeten 1) leiding geven 2) leider zijn en 3) leiderschap creëren. Te simplistisch denken over of handelen over deze drie verschillende dingen vergroot het risico op onheil.

Hoe moeten politieke leiders reageren op de aanslagen in Parijs?

Leiding geven

Op dit ogenblik reageren de Franse politici, en bij uitbreiding politici van betrokken landen, vooral vanuit hun leidinggevende positie. Ze zijn verkozen door het volk, en moeten hierdoor zorgen voor richting, orde en veiligheid. De terreur daagt hen uit in de kern van dit mandaat. De orde waarvoor zij verantwoordelijk zijn is aan flarden geschoten. Door stoere taal te gebruiken zoals Manuel Valls (“Diegenen die hierachter zitten zullen vernietigd worden”) of Jan Jambon (“Het is tijd om Molenbeek op te kuisen”) en door beschermingsmaatregelen te vergroten, willen de politieke leiders de orde en veiligheid in het land en het vertrouwen in hun rol als leidinggevende herstellen. Deze roep naar orde en veiligheid zal nog groter worden naarmate Frankrijk en België verder voorbij de eerste stadia van het schock en ontkenning zijn, en evolueren naar kwaadheid. Het is echter op dat moment dat politici voorbij hun leidinggevende mandaat zullen moeten gaan en ook leider moeten worden.

Leider worden

Leider wordt je door je verantwoordelijk te maken voor het grotere geheel, niet enkel voor “de evidente wij”. Leiders werken verbindend in waardenconflicten. Dit typeert het taalgebruik van leiders als Merkel (‘Duitsland huilt mee’) en Obama (‘dit is een aanval op de hele mensheid en de universele waarden die we delen’). Eerst verbinden, dan samen oplossen is de strategie van leiders. Hollande zou meer leider zijn, als hij onmiddellijk naar Bataclan was gekomen en niet gewacht had tot heel de situatie onder controle was. Als hij bang zou geworden zijn met de angstigen, verslagen met de verslagenen vooraleer voor de camera zijn leidinggevende rol op te nemen met straffe, beschermende taal. Ook biologisch gezien is dit zinvol. Angst doet het stresshormoon cortisol toenemen. Dit neemt af naarmate een ander hormoon vrijkomt: oxytocine. Dit hormoon wordt ook wel het knuffelhormoon genoemd, omdat het zeker vrijkomt bij fysiek contact. Daarom willen mensen samenkomen, elkaar vastpakken of zelfs samen zingen zoals we zagen bij het verlaten van het Stade de France. Door dit te verbieden of te verhinderen dreigt de angst nog langer te blijven hangen in de lijven van de Parijzenaars.

De aanhangers van Mandela waren ook niet gelukkig toen hij hen opriep om ‘de wapens in de zee te gooien’.

Leider zijn doe je niet alleen door te verbinden, maar even goed door de olifant in de eigen kamer te benoemen. Leiders houden de maatschappij een spiegel voor. Politieke leiders zullen ons vertellen dat we de aanslagen mede hebben veroorzaakt onder meer door bevolkingsgroepen uit het arbeids- en sociaal bestel te sluiten, hen dagelijks te onderschatten en te discrimineren. Ze zullen ons vertellen dat we het aan onze waarden en welvaart verplicht zijn om vluchtelingen waardig te blijven opvangen, te respecteren en te integreren. Dit zijn geen gemakkelijke boodschappen omdat ze een rouwproces inluiden van de bestaande orde en veiligheid. En toch is het dit wat het verschil maakt tussen een leidinggevende rol hebben en leider zijn. Het laatste is persoonlijker, kwetsbaarder, vraagt meer moed en is noodzakelijk om tot aanvaarding te komen dat een nieuwe realiteit nodig is. De aanhangers van Mandela waren ook niet gelukkig toen hij hen opriep om ‘de wapens in de zee te gooien’.

Creëren van leiderschap

Een laatste opdracht die politici hebben is het creëren van leiderschap. Leiderschap onstaat in complexe situaties zoals maatschappelijke waardenconflicten door het erkennen van anderen mensen die leider zijn. De weg vooruit is dan niet het versterken van het eigen gelijk, maar het opsporen en op de voorgrond brengen van nieuwe, betekenisvolle stemmen die de wij-zij kunnen overstijgen. Naast politici dienen er dus ook bijvoorbeeld radicaliseringsspecialisten betrokken te worden, mensen die het onderscheid kunnen maken tussen theologie en ideologie, én politieke vertegenwoordigers van ‘de vijand’. Assad en andere ’tribale leiders’ moeten met andere woorden mee aan de tafel komen. Samen kunnen ze dan een nieuwe realiteit creeëren. Een plek die voor alle partijen er ongetwijfeld anders uit zal zien dan het huidig geopolitiek en economisch landschap. Duurzaam leiderschap in dit soort context is met andere woorden een gedeeld proces dat de volle complexiteit van de situatie omarmt. Dit vraagt leiders die hun status en ego verkleinen, ruimte creeëren voor anderen, die creatief zijn en open staan van het experiment. De enige manier hoe we hier als wereld uit gaan komen is dan ook meer integratie en minder differentiatie op politiek, economisch, en militair vlak.

Professor Jesse Segers & Professor Koen Marichal

Co-directors The Future Leadership Initiative, Antwerp Management School

Partner Content