Rik Van Cauwelaert

Regering Di Rupo leeft op Prozac (Rik Van Cauwelaert)

Rik Van Cauwelaert Rik Van Cauwelaert is directeur van Knack.

Bij de Nationale bank hebben ze al maanden een gefouilleerd rapport klaar over de index. Maar het i-woord mag zelfs niet worden uitgesproken in het bijzijn van premier Di Rupo en zijn PS-ministers. Omdat de PS-kopstukken worden verlamd door de angst voor de kiezer.

Toch wel sterk van premier Elio Di Rupo. Goed een week geleden nodigde hij enkele journalisten uit voor een groepsinterview en toen liet hij monkelend verstaan dat die Belgische groei, gelet op het uitstekende regeringswerk, wel eens tot 0,6 procent zou kunnen oplopen. Ook al komt een groei van 0,6 procent neer op nauwelijks groei, toch werkte het optimisme van de premier even aanstekelijk. Dat de regering een groei van minstens 2 procent nodig heeft om het sociale systeem overeind te kunnen houden, was een opmerking die de fijngevoelige interviewers achterwege lieten.

En kijk, begin deze week legde gouverneur Luc Coene het rapport van de Nationale Bank van België voor aan de bevolking. En wat bleek? Een groei van 0,6 procent! Het leek wel groei op bestelling.

Het verslag van de Nationale Bank had op de regering het effect van Prozac. Doch wie het rapport van de Nationale Bank wat grondiger leest, die komt meteen met beide voeten op de grond. Want de toekomst ziet er helemaal niet rooskleurig uit. Bouw- en andere sectoren kampen met zo goed als lege orderboekjes. En die groei van 0,6 procent blijkt het gevolg van de vrij goede cijfers van het eerste kwartaal – cijfers die daarna pijlsnel naar beneden doken – en van, jawel, de indexaanpassing.

Als België momenteel buiten het blikveld van de financiële markten blijft, dan heeft dat niets te maken met de doortastendheid die de federale regering zichzelf toedicht. De hervormingen die de regering tot dusver doorvoerde, zoals de pensioenhervorming, zijn immers schijnvertoningen die nauwelijks een impact hebben op de begroting. Dat laatste blijkt eveneens uit de analyses van de Nationale Bank.

Omzeggens driekwart van de verbetering van het overheidssaldo haalt de federale regering uit nieuwe lasten – en dat in een land dat nu al de hoogste fiscale druk doorstaat.

Doordat de verdeelde federale regering al te weinig structurele maatregelen nam, wordt tegen 2013 gerekend met alweer een gevoelige verslechtering van de financiële situatie.

Om niet te moeten ingrijpen voor de gemeenteraadsverkiezingen heeft de federale regering de volgende begrotingscontrole naar eind oktober doorgeschoven. Wat de zaak alweer bemoeilijkt omdat de economische situatie, dat geeft de analyse van de Nationale Bank nu al aan, tegen die tijd opnieuw zal verslechteren.

Binnenkort stijgt onze schuld opnieuw naar bijna 100 procent van het bruto binnenlands product. Dat komt omdat de federale regeringen tussen 2010 en 2013 zo’n 10,6 miljard euro hebben geleend om noodlijdende eurolanden te stutten – de lening voor de steun aan Spanje is daar nog niet inbegrepen. De bevolking zal twee keer opdraaien voor deze leningen, die wellicht grotendeels weggegooid geld zijn, zeker in het geval van de steun aan Griekenland. Want niet alleen moet de rente op die leningen worden betaald. Binnen afzienbare tijd moet de overheidsschuld, op last van Europa, worden afgebouwd tot 60 procent van het bbp – en die kolossale saneringsoperatie moet nog beginnen.

Nog een geluk dat België alsnog vrij goedkoop kan lenen. Maar dat danken we dan weer uitsluitend, zo leren marktroutiniers, aan drie factoren: de indrukwekkende spaarreserves van de Belgen, onze nauwe economische band met buurland Duitsland en de wereldpositie van de grote Vlaamse havens.

Terwijl onze internationale concurrentiepositie voort afbrokkelt, liet deze regering elke gelegenheid om grondig te saneren links liggen. Een indexsprong doorvoeren, of minstens die index grondig te hervormen, het had allemaal gekund.

Bij de Nationale bank hebben ze al maanden een gefouilleerd rapport klaar over die index. Maar het i-woord mag zelfs niet worden uitgesproken in het bijzijn van premier Di Rupo en zijn PS-ministers. Omdat ook de PS-kopstukken worden verlamd door de angst voor de kiezer.

De jongste peilingen toonden aan dat het Franstalige politieke landschap in toenemende mate versplintert. Ruim 22 procent van de Walen neemt zich voor bij de volgende verkiezingen te stemmen voor een kleine partij.

Recent had socioloog Richard Lorent het in de krant Le Soir over aanzwellende antipolitiek en verbittering bezuiden de taalgrens. Een gevolg, zegt hij, van de vele opgelopen ontgoochelingen, van electorale beloften die niet worden nagekomen, van de onzekerheid van mensen die nauwelijks nog weten hoe ze moeten rondkomen.

De regering van Elio Di Rupo en andere beleidsmakers hebben, volgens Lorent, geen besef van wat ze aanrichtten. En de socioloog waarschuwde: ‘Er werd altijd gedacht dat de rancunestem een verloren stem was. Dat is niet langer het geval.’

Met het uitstellen van de noodzakelijke echte hervormingen, waarvan de blauwdrukken nochtans klaarliggen, zet Elio Di Rupo het sociale systeem en de solidariteit verder op de helling. De grootste slachtoffers van de besluiteloosheid van de federale regering wonen in Wallonië en in Brussel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content