Wouter Van Besien (41), voorzitter van Groen, geeft tips om groener in het leven te staan.
1. Hoe draagt u bij tot een duurzame samenleving? Ik let vooral op mobiliteit en energie. Ik heb lang geen auto gehad. Nu heb ik een hybride, maar mijn voornaamste vervoersmiddelen zijn nog altijd de fiets en de trein. Ons huis is ook sterk geïsoleerd, zowel het dak, de muren als de vloer – en we hebben natuurlijk dubbele beglazing. Ik ben ook coöperant bij Ecopower, dat onze groene stroom levert. En donderdag is mijn wekelijkse veggiedag.
2. Wat zou u nog beter kunnen doen? Mijn vliegkilometers kunnen zeker nog naar beneden.
3. Waaraan ergert u zich bij anderen?
Ik ben niet in de politiek gegaan om te moraliseren, eerder om beleidsoplossingen te zoeken. Ik erger me vooral aan weinig intelligente beleidskeuzes. Als de overheid de bedrijfswagen fiscaal interessant maakt, wiens schuld is het dan dat mensen met de auto gaan werken?
4. Waar en hoe kan de overheid helpen bij de uitbouw van een duurzame samenleving? De overheid moet prikkels geven, en zorgen dat de ecologische keuzes ook de interessantste zijn. Vandaag is dat niet zo. De energiezuinigste koelkast is ook de duurste. Daar kunnen subsidies handig zijn, om nieuwe technologie te introduceren. Als je ze afbouwt zodra ze overbodig zijn, tenminste. Nu wordt er vaak met fiscale stimuli gewerkt, en dat is niet altijd sociaal, aangezien je daar pas twee jaar na je aankoop iets aan hebt. Met subsidies kun je de consument echt ondersteunen om duurzame keuzes te maken.
5. Bent u bereid om meer te betalen voor een ‘groen’ product? Ja. Omdat het vaak ook investeringen zijn waar je op lange termijn bij wint.
