Amerikaanse padvindsters vieren 100-jarig jubileum in Washington

(Belga) “Elke dag een goede daad” is ook in de Verenigde Staten het credo van de padvindsters. Zaterdag beleefde Washington een soort invasie van “girl scouts”. Rond de 200.000 padvindsters vierden er hun 100-jarig jubileum. “Padvindsters uit de hele wereld zijn in de hoofdstad samengekomen om 100 jaar vrouwelijke leiding en verantwoordelijkheid te vieren”, zei voorzitster Lidia Soto-Harmon. Men wil vriendschap vieren en de verbintenis aangaan om van de wereld een betere plek te maken. De Amerikaanse padvindsters zagen het levenslicht op 12 maart 1912 toen Juliette Daisy Gordon Low 18 meisjes verzamelde in Savannah, Georgia voor een eerste samenkomst.

De basisregels van de Amerikaanse padvindsters zijn sinds hun oprichting niet veranderd. Het gaat om eerlijkheid, rechtvaardigheid en burgerlijke moed. Om geld voor sociale projecten, reizen en workshops in te zamelen, bakken en verkopen de girl scouts gebakjes. Velen trekken daarvoor van deur tot deur. Honderd jaar geleden waren de maatschappelijke structuren vaak streng. Een aansluiting bij de padvindsters was voor meisjes een van de weinige mogelijkheden om een keer buitenshuis te komen. Low wilde de meisjes de mogelijkheid geven om zich lichamelijk en geestelijk te ontwikkelen, zei Soto-Harmon. Momenteel telt het Amerikaans koepelverband meer dan drie miljoen leden. Sinds 1925 is de organisatie ook in het buitenland gevestigd. Volgens websites maken 17.000 meisjes en vrouwen in 91 landen deel uit van de “Girl Scouts Overseas”. Terwijl de boy scouts elitair georganiseerd zijn en bijvoorbeeld homoseksuelen niet in hun rangen dulden, tonen de Amerikaanse padvindsters zich van de andere kant. Sinds 1980 heerst er in de onafhankelijke organisatie een antidiscriminatiewet. (LRT)