Autosalon 2013: Stands als kunstwerken

Voor automerken zijn salons de ideale gelegenheid om het publiek te verleiden. Er worden dan ook kosten noch moeite gespaard om opperbest voor de dag te komen.

Ook op dit salon voor bedrijfsvoertuigen, dat als het ‘kleine salon’ bekend staat, nemen de grote automerken indrukwekkende stands in met een oppervlakte van 2 tot 3.000 m2, waar niet op een podium, videoscherm, lichtshow, bar of VIP-ruimte meer of minder wordt gekeken. Met de verwachte 350.000 bezoekers is dit evenement namelijk een ideale gelegenheid om het publiek in één grote showroom met zowat het hele gamma te laten kennismaken. En daarvoor moet het kader uiteraard perfect zijn. De belangrijkste automerken zijn op alle salons aanwezig, dus ook in Brussel, en zorgen ervoor dat de stand helemaal in de huisstijl wordt opgetrokken. Vele constructeurs hebben daarvoor gespecialiseerde teams die voortdurend van de ene autoshow naar de andere reizen om de hele structuur ter plekke op te bouwen. Soms gaat het om een compleet bouwpakket dat telkens meegezeuld wordt, andere gebruiken modules die afzonderlijk gebruikt kunnen worden en de derde optie is dat vrijwel alles steeds opnieuw wordt opgebouwd. Dat laatste gebeurt bij BMW. “Het ontwerp en de realisatie van de stand werd volledig door BMW AG uitgevoerd”, licht PR-manager Christophe Weerts toe. “Vooraf bepalen we samen een concept, dat tot in de kleinste detail wordt uitgewerkt en volledig aan de huisstijl voldoet. Deze stand is daarom uniek en werd hier volledig ter plekke opgebouwd. De reden is dat elk salon wel een andere omvang heeft en op deze manier alles perfect aangekleed kan worden.” Renault gebruikt dan weer de stand met de glooiende vloer en de spectaculaire verlichting, die eerder al in Parijs te zien was. “Deze stand verhuist inderdaad telkens mee en moet drie à vier jaar dienst doen. Wel wordt na elke show de bekleding vernieuwd, maar de structuur blijft behouden”, zegt Karl Schuybroek, PR-manager bij de Belgische invoerder. “Renault neemt de installatie van de stand en de technische aspecten, zoals video en verlichting, volledig voor zijn rekening. Wij zorgen enkel voor de exploitatie met het standpersoneel.” Peugeot houdt het midden met enkele displays die al eerder opdoken. “De opstelling van de 208 GTi is daar een voorbeeld van”, verduidelijkt communicatiedirecteur Wim Doms. “Zo is er nog keuze uit andere modules om de stand à la carte op te bouwen. Wij houden ons enkel bezig met de inrichting van de kantoren in de coulissen die we tijdens het salon gebruiken.” Ieder merk heeft dus zo zijn eigen aanpak, maar steeds levert het moederhuis het basisconcept om erop toe te zien dat de communicatieboodschap duidelijk en consistent wordt overgebracht. Het spreekt voor zich dat stands van deze omvang met het nodige spektakel een flinke duit kosten. Daarover wordt officieel weinig commentaar gegeven, behalve dat de investering grotendeels door de constructeurs wordt gedragen en het over bedragen met zes cijfers gaat. Dat is duizelingwekkend, maar volgens de merken is die investering prima te verantwoorden met de return in de media en bij het publiek die een salon oplevert. (Belga)(EDITOR : ANA)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content