Belgisch-Joodse Charlotte van Coevorden: ‘Als Jood móét je aan de kant van Israël staan. Het is puur tribalisme’

Charlotte van Coevorden: ‘Geef je kritiek op Israël? Dan krijg je als repliek: ga maar meevechten met Hamas!’ © Diego Franssens

Opiniemaker in de Israëlisch-Palestijnse kwestie – de status is haar overkomen. Sinds 7 oktober voelt de Belgisch-Joodse Charlotte van Coevorden de drang om zich uit te spreken en te engageren: voor vrede en mededogen met de Palestijnen, maar met begrip voor Israël en zionisme. ‘We moeten de binaire kijk op het conflict overstijgen.’

Een fotoshoot voor Knack op het drukke Muntplein? Charlotte van Coevorden doet er niet moeilijk over. Waarom ook niet? Haar anonimiteit is ze toch kwijt sinds ze zich twee weken geleden in het publieke debat over de Gaza-crisis heeft gestort, als coauteur van een drietalige open brief.

Daarmee reageerde ze op een andere brief, meer bepaald een vlammend opiniestuk van het Forum der Joodse Organisaties (FJO) en het Comité de Coördination des Organisations Juives de Belgique (CCOJB). Volgens die koepelorganisaties vaart de Belgische regering sinds 7 oktober een rabiaat anti-Israëlische koers. Het zal niemand verbazen dat ze grote moeite hebben met de communicatie van minister van Ontwikkelingssamenwerking Caroline Gennez (Vooruit). Maar ook premier Alexander De Croo (Open VLD) krijgt er stevig van langs vanwege zijn Israël-kritische stem in Europa.

Volgens het FJO en het CCOJB sluit onze regering de ogen voor het gevaar van Hamas en zet ze de deur open voor antisemitisme, een plaag die sinds 7 oktober onrustbarende proporties aanneemt. België, zo luidt het dramatisch, laat met zijn kritiek op Israël de Joodse gemeenschap in de steek.

Ik koester het idee dat je naar Israël kunt als het hier weer helemaal verkeerd zou lopen.

Niet volgens Charlotte van Coevorden en Dan Sobovitz, een Israëli die in Brussel woont en met wie Van Coevorden de repliek lanceerde. Kritiek op op Israël gelijkstellen met antisemitisme noemen ze een aberratie die de democratie en de vrijheid van meningsuiting bedreigt. Hun scherpste woorden gaan over representativiteit: ze pikken het niet dat het FJO en de CCOJB pretenderen te spreken in naam van de Joodse gemeenschap van België.

Progressief en seculier

‘Er bestaat niet zoiets als dé Joodse gemeenschap van België’, zegt Charlotte van Coevorden als we na de fotosessie in een koffiebar zitten. ‘Het FJO en de CCOJB vertegenwoordigen Joodse instellingen en bij uitbreiding burgers. Deze keer zijn ze samen naar buiten getreden, maar in feite zijn ze erg verschillend. Het FJO vertegenwoordigt vooral de Antwerpse, religieuze joden, terwijl de CCOJB seculier is zoals de overgrote meerderheid van de Joden in Brussel en Wallonië. Maar lang niet alle Joodse verenigingen zijn bij een van beide koepels aangesloten. In onze gemeenschap lopen de meningen ver uiteen, van onvoorwaardelijke steun tot kritiek en totale verwerping van Israël.’

Waarom hebben ze de open brief in eigen naam gepubliceerd? Was het geen krachtiger signaal geweest met de steun van Een Andere Joodse Stem (EAJS) en de Unie voor Progressieve Joden in België (UPJB)? Dat zijn twee organisaties met een kritische visie op het zionistische project van de staat Israël die de voorbije maanden opvallend aanwezig waren bij pro-Palestijnse betogingen. ‘We wilden niet eindigen in de hoek van klein links’, zegt Van Coevorden. ‘Ik respecteer hun activisme, maar het gaat om organisaties die maar een fractie van de Belgische Joden vertegenwoordigen. De meerderheid in onze gemeenschap is trouwens de voorbije jaren fors naar rechts opgeschoven.’

‘We zouden ook gematigd progressieve Joden afschrikken door ons met EAJS of de UPJB te verbinden. Ik heb als progressieve, seculiere Joodse vrouw zelf moeite met sommige van hun standpunten. In hun communicatie roepen ze nooit op tot de vrijlating van de gegijzelde burgers. Dat stoort velen onder ons, zoiets verwacht je niet van een Joodse organisatie die met Palestijnse vlaggen zwaait. Ik denk wel dat wij een evenwichtige toon hebben gevonden, we werden alvast van twee kanten onder vuur genomen. Voor de enen waren we veel te hard voor Israël, volgens de anderen hadden we niet genoeg aandacht voor het leed in Gaza.’

Charlotte Van Coevoorden © Diego Franssens

Bergen Belsen

Van Coevorden maakt zich geen illusies, haar initiatief zal het debat niet doen kantelen. Enkele tientallen Belgische Joden hebben de brief onderschreven. Wie ze zijn, weten alleen de auteurs. ‘We hebben besloten om hun identiteit niet prijs te geven zoals nochtans gebruikelijk is bij een open brief’, zegt ze. ‘Het ligt erg gevoelig, ik kan er zelf van meespreken. Bepaalde leden van mijn familie weigeren nog met mij te praten. Heel wat progressieve Joden maken hetzelfde mee. Geef je kritiek op Israël of het leger, de IDF? Ga dan vechten met Hamas, is dan de repliek. Het is puur tribalisme, als jood moet je blijkbaar aan de kant van Israël staan. Daar pas ik voor.’

En toch noemt Van Coevorden zichzelf een zionist. Om dat te begrijpen moeten we haar biografie schetsen. Ze is opgevoed door een alleenstaande moeder met een naam die in Belgische oren niet meteen Joods klinkt. ‘We komen dan ook uit Nederland’, zegt ze. ‘We zijn afstammelingen van Duitse en Portugese Joden die tijdens de inquisitie naar de Lage Landen zijn gevlucht. Ik heb daar nog familie, maar niet veel meer. Zowat de helft van mama’s familie is in Auschw, itz en Bergen Belsen vermoord.’

Ik kreeg het gevoel dat ik moest sympathiseren met mensen die het doden van Israëli’s rechtvaardigen als “nobel verzet”.

Haar identiteit telt veel lagen: een echte Brusselse, thuis Franstalig, een schoolcarrière in beide landstalen die via Linkebeek, Brussel, Gent, Michigan en New York uitmondde bij de ULB. Vandaag werkt ze als marketeer bij een Vlaamse mediagroep. ‘Mijn moeder is altijd erg kritisch voor Israël geweest’, zegt Van Coevorden. ‘Zionisme had in ons huis een negatieve bijklank. Ze wilde me vooral geen Joodse opvoeding geven. Een Joodse school, de Joodse jeugdbeweging? Geen sprake van. Chanoeka werd niet gevierd, dat vond ze als militante vrijzinnige religieuze onzin. Merkwaardig genoeg gold dat bezwaar niet voor Kerstmis (schaterlacht). Afgezien van twee korte familiebezoeken zijn we nooit in Israël geweest. Mijn bat mitsva heb ik wel gedaan, maar dan een seculiere versie. Het gevolg is dat mijn beste vrienden niet-Joods zijn. Velen wisten niet eens dat ik Joods ben, bepaalde collega’s zijn er pas na de publicatie van die open brief achter gekomen.’

Antisemitisme? Helemaal afwezig is het niet in haar biografie. Op school in Gent vonden enkele onverlaten het leuk om met een aansteker gaskamertje te spelen als ze haar kruisten, een vrolijke nieuwkomer die opviel met haar Brussels accent. ‘Ach ja’, zegt ze schouderophalend, ‘daar krijg je een sterk karakter van. Ik heb me nooit onveilig gevoeld.’

Charlotte Van Coevoorden © Diego Franssens

Veilige haven Israël

Ook voor Van Coevorden veranderde alles op 7 oktober, toen Hamas-strijders 1200 Israëli’s vermoorden, 250 gijzelaars wegvoerden en daarmee de bloedige Gaza-oorlog aftrapten. Ze werd brutaal aan haar identiteit herinnerd. Wegkijken van het drama was geen optie, maar welke positie hoorde ze als progressieve, seculiere Belgisch-Joodse vrouw in te nemen? ‘Ik kreeg het gevoel dat ik mijn identiteit moest verloochenen om me bij bepaalde groepen aan te sluiten’, zegt ze. ‘Dat ik moest sympathiseren met mensen die het doden van Israëli’s rechtvaardigen als “nobel verzet”. Want dat is de realiteit: de acceptatie van Joden in sommige pro-Palestijnse kringen hangt niet af van gedeelde waarden, maar van het afwijzen van Joodse zelfbeschikking en de band met Israël. Van mij werd verwacht dat ik alle begrip voor zionisme en de Joodse aanwezigheid in Israël-Palestina zou afzweren. Dat wil ik niet.’

Haar zionisme definiëren? Lastige vraag. Heeft het te maken met de overtuiging dat Israël ondanks alles de enige plek is waar joden echt veilig zijn? ‘Veilig?’ kaatst ze terug. ‘We hebben op 7 oktober gezien hoe veilig Joden in Israël zijn. Ik denk dat de kans op een pogrom in België veel kleiner is’. En toch. De notie van veilige haven voor Joden laat haar niet koud, al is onduidelijk of Israël een geografische dan wel mentale ruimte is. ‘Ik koester het idee dat je er naartoe kunt als het hier weer helemaal verkeerd zou lopen’, zegt ze. ‘Dat is een privilege, en het is een pijnlijk besef dat Palestijnse vluchtelingen zelfs dat niet hebben.’

Na ons gesprek mailt Van Coevorden nog deze afgewogen nabeschouwing. ‘Zoals vele Joden definieer ik zionisme als het recht op zelfbeschikking in ons historisch land, geworteld in eeuwenoude religieuze praktijken zoals de verklaring “volgend jaar in Jeruzalem” tijdens Pesach en Jom Kipoer. Voor Joodse progressieven zoals ik staat Jodendom synoniem voor sociale rechtvaardigheid. Ik vraag me dan af: staat Israël voor de waarden van sociale rechtvaardigheid? Als ik kijk naar wat er zich de laatste decennia heeft afgespeeld, zeker na de moord op president Yitzhak Rabin in 1995 en vooral tijdens de laatste maanden, ben ik geneigd te denken van niet. Dat creëert een conflict tussen twee aspecten van mijn Joodse identiteit. Daarom bekritiseer ik samen met veel progressieve Joden Israël, niet als een afwijzing van mijn Joodse identiteit maar net als een uitdrukking ervan.’

Israël, een veilige haven? We hebben op 7 oktober gezien hoe veilig Joden in Israël zijn.

Women Wage Peace

Het gevoel van verlatenheid bij geestesgenoten, progressieve Joden met ambivalente gevoelens over Israël, loopt als een leidraad door het gesprek. ‘We voelen ons in de steek gelaten door traditioneel links in België’, bevestigt ze. ‘In die kringen wordt Gaza tot een binair conflict herleid, een strijd tussen goed en kwaad. Dat is een gemakzuchtige visie van mensen die luid roepen maar niet echt betrokken zijn. You need to have skin in the game, zeggen ze, je moet iets te verliezen hebben. Als Joodse heb je onvermijdelijk skin in dit debat.’

‘Een van mijn vriendinnen is opgegroeid in Kfar Aza, een kibboets waar op 7 oktober een vreselijk bloedbad werd aangericht. Iedereen in onze gemeenschap heeft vrienden of familie die als reservisten werden opgetrommeld. Maar ik ben niet blind voor de andere kant, ik kom in Brussel ook Palestijnen uit Gaza tegen. We moeten de binaire kijk op het conflict overstijgen.’

Op sociale media voert Van Coevorden haar eigen kruistocht. Memes die hakenkruisen met davidsterren vervlechten laat ze niet passeren. Triomfantelijke selfies van IDF-soldaten in een verwoest stadsdeel van Gaza, gekaapt om te illustreren wat voor monsters het allemaal zijn, pareert ze met een open vraag. Waarom verspreiden jullie altijd negatieve berichten? Waarom besteden jullie geen aandacht aan moedige initiatieven om het bloedvergieten te stoppen, zoals Women Wage Peace waarin Israëlische en Palestijnse vrouwen samen ijveren voor vrede?

Zelf heeft ze zich aangesloten bij Standing Together, nog een Israëlisch-Palestijnse grassroots organisatie die tegen de extreme polarisatie in Israël ingaat. ‘Ze zijn ook internationaal actief’, zegt Van Coevorden. ‘Ik ga me bij de pas opgerichte Belgische afdeling aansluiten. Sinds 7 oktober voel ik de nood om me te engageren. De open brief en dit interview zijn een katalysator, er is geen weg terug.’

Gaza herleiden tot een binair conflict, een strijd tussen goed en kwaad, dat is een gemakzuchtige visie van mensen die luid roepen maar niet echt betrokken zijn.

Natuurlijk doet ze het ook voor haar kinderen. Vier en zes, te jong om de situatie te bevatten. Toch vroeg haar oudste dochter uitleg over de Israëlische vlag met de rode streep erdoor die ze op de glazen deur van een Brusselse buurtwinkel had gespot. Waren Joden er niet meer welkom? ‘Ze zijn zich bewust van hun identiteit’, zegt ze. ‘Ik heb ze naar de Joodse jeugdbeweging gestuurd, om te vermijden dat ze zoals ik moeten opgroeien zonder vrienden met wie ze hun Joodse identiteit als vanzelfsprekend kunnen beleven. Maar ik heb ze net zo bewust naar een Nederlandstalige school gestuurd, omdat ik veel belang hecht aan interactie met andere gemeenschappen.’

‘Ik maak me wel zorgen over antisemtisme, zonder daarmee te beweren dat andere vormen van racisme zoals islamofobie minder erg zijn. Maar wat als het straks te onveilig wordt voor mijn kinderen in een gewone school? In tegenstelling tot Joodse instellingen worden die niet extra bewaakt. Het zou als een ultieme mislukking aanvoelen, mocht ik me verplicht voelen om hen naar een Joodse school te sturen.’

Charlotte van Coevorden

Geboren in Ukkel, 43 jaar.

2002: Bachelor in Arts Hope College: dance and performance.

2005: Masters in film studies aan ULB.

Sinds 2007: Werkt na een korte danscarrière in de media (sales, marketing en product).

Partner Content