Andreas Tirez

‘Taxshift: Een vet- en suikertaks is altijd een goede zaak (zelfs als hij niet werkt)’

Andreas Tirez Kernlid Liberales en blogt op Economieblog.be

‘Zelfs als de geplande vet- en suikertaks zijn doel voorbij schiet, is dat een goede zaak’, schrijft Andreas Tirez van Liberales. Hij houdt de kritiek op de vettaks tegen het licht.

Dit opiniestuk maakt deel uit van de reeks ‘De Doordenkers van Knack.be

In de taxshift die de federale regering in juli besliste zitten ook 150 miljoen euro inkomsten door een bijkomende taks op ongezonde voeding en suikerhoudende frisdranken. Dat leverde kritiek op vanuit verschillende hoeken. Dat is opmerkelijk, omdat een dergelijke taks altijd een goede zaak is, zelfs als ze haar doel voorbij schiet, namelijk minder consumptie van ongezonde voeding.

Uiteraard waren de frisdrankproducenten niet opgezet met deze bijkomende taks. Ze vrezen dat Belgische consumenten hun producten in het buitenland gaan kopen. Zij vinden uiteraard elke bijkomende taks op hun producten ongewenst, omdat deze taks de prijs van hun producten verhoogt en dus de vraag vermindert.

‘Een vet- en suikertaks is altijd een goede zaak (zelfs als hij niet werkt)’

Maar ook de ziekenfondsen hadden kritiek. Zij stelden dat de taks niets met gezondheid te maken heeft. De taks is immers te laag om echt effect te hebben op de consumptie van ongezonde voeding en frisdranken.

Volgens mij is deze kritiek onlogisch bekeken vanuit een maatschappelijk oogpunt. Er zijn namelijk twee doelstellingen voor de maatschappij. Ten eerste wil men een belastingsverschuiving uitvoeren om arbeid minder te belasten. Gezien het om een verschuiving gaat betekent dit dat elders de belasting moet stijgen. Een tweede doelstelling is om mensen aan te zetten om gezonder te eten. Die tweede doelstelling kan bovendien ook budgettair gunstig zijn, omdat de gezondheidskosten dalen als mensen effectief minder ziek worden.

Stel nu dat de ziekenfondsen gelijk hebben en dat de 150 miljoen extra taksen onvoldoende zijn om de mensen van gedrag te doen veranderen. Dan is het inderdaad vanuit de tweede doelstelling geen goede taks. Maar vanuit de eerste doelstelling, namelijk een taxshift om arbeidslasten te verlagen, is dit wel een goede taks. Meer nog, vanuit economisch oogpunt is de vet- en suikertaks dan zowat de heilige graal: een belasting die geen effect heeft op het gedrag van de burger.

Economen wijzen immers steevast op de verstorende effecten van belastingen, omdat ze de prijs verhogen van een dienst of product waardoor er minder van geconsumeerd wordt dan men zonder de belasting zou doen. Die minderconsumptie beschouwen economen als een welvaartsverlies. Het komt er dus op aan om belastingen te zoeken die zo min mogelijk de consumptie verminderen. En dat is net wat de ziekenfondsen bij de vet- en suikertaks beweren. Een ideale belastingsmaatregel dus.

‘Zolang er geen gedragsverandering is, is dit een ideale maatregel vanuit economisch oogpunt, namelijk een taxshift zonder welvaartsverlies aan de kant van de belastingsverhoging.’

Maar de kritiek van de ziekenfondsen is dat de belasting hoger zou moeten zijn om net wel die gedragsverandering te hebben. Filsoof Ignaas Devisch, die zich aansloot bij de kritiek van de ziekenfondsen, zei dat de prijs met minstens 20 procent moet stijgen om het koopgedrag te wijzigen. Een goede beleidsmaatregel zou dan zijn om de vet- en suikertaks verder te verhogen om zo de arbeidslasten te verlagen.

Zolang er geen gedragsverandering is, is dit een ideale maatregel vanuit economisch oogpunt, namelijk een taxshift zonder welvaartsverlies aan de kant van de belastingsverhoging. Op een bepaald moment zullen de consumenten hun gedrag echter wel aanpassen. Dat is het kantelmoment waarop de taks minder efficiënt wordt vanuit economisch oogpunt: met eenzelfde bijkomende verhoging van de vet- en suikertaks zal je, doordat mensen de taks vermijden door minder ongezond voedsel te consumeren, minder belastingsinkomsten hebben, waardoor de bijkomende daling van de arbeidslasten lager zal worden. Maar geen nood, die lagere efficiëntie wordt dan gecompenseerd, namelijk net door de gedragsverandering van de consument die minder ongezonde voeding eet, waardoor de gezondheidsfactuur daalt.

Een suiker- en vettaks is dus altijd prijs. Zélfs als hij niet werkt (in de zin dat consumenten hun gedrag niet aanpassen), werkt hij perfect voor de doelstelling van deze taxshift.

Partner Content