‘Zigeuners zijn net theatermakers. Ze vertellen altijd verhalen. Of ze waar zijn, is haast bijzaak’

© Katrijn Van Giel

Maarten Ketels leefde de afgelopen maanden tussen de Rom aan de rand van Leuven. Daar schreef hij de solo Troje. Om in de zigeunergemeenschap binnen te dringen, gebruikte hij een list. ‘Ik bouwde een woonwagen die ik als een paard van Troje voor hun kamp plaatste.’

Uw grootste angst was dat de Rom uw honden zouden doden. Hoe gaat het met de dieren?

MAARTEN KETELS: Prima! Ik had me het vooroordeel laten aanpraten dat de Rom bang zouden zijn voor mijn honden. Dat was even onterecht als alle andere vooroordelen over hen. Ik leerde de Rom kennen als lieve, warme en open mensen. Totaal anders dan het beeld dat Kristel Waterloos van hen schetste in die schandalige aflevering van Kristel gaat vreemd. (In die uitzending op VIER kreeg Waterloos het aan de stok met een aantal jongeren, volgens critici was ze vooringenomen, nvdr.)

Was dat de reden om bij hen in te trekken: vooroordelen ontkrachten?

KETELS: Neen. Het plan ontstond vanuit mijn frustraties over onze bewegingsvrijheid die steeds meer ingeperkt wordt. Fysiek en mentaal. De publieke ruimte wordt verkocht. We moeten steeds vaker betalen om op een plek te zijn waar we willen zijn. Ook mentaal word je begrensd: wil je een banaan eten, dan mag je niet denken aan de erbarmelijke leefomstandigheden van de bananenboeren. Hetzelfde geldt voor de productie van onze kleren. Ik zocht een gemeenschap die zich zo veel mogelijk aan die beperkingen onttrekt en haar vrijheid opeist: de zigeuners. Ze zijn outcasts en beseffen dat. Al vraag ik me af hoelang ze dat nog zullen kunnen zijn.

Die outcasts houden niet van pottenkijkers.

KETELS: Dus bedacht ik een Trojaanse list. Herinnert u zich de scène uit Walt Disneys animatiefilm Ratatouille waarin de restaurantrecensent, na een hap van het gerecht, meteen terugdenkt aan de ratatouille die zijn moeder hem voorschotelde, waarna hij een lovende kritiek schrijft? Die truc haalde ik uit met de Rom. Met een vriend bouwde ik een replica van een negentiende-eeuwse woonwagen. Die wagen parkeerde ik in oktober 2015 aan de rand van hun kamp. Als een paard van Troje, dat wachtte tot de Rom hem binnenhaalden. Intussen woonde ik er. Zo een nostalgische woonwagen verbeeldt hun DNA en deed alle harnassen smelten. Na enkele maanden voor het kamp, maakte ik vanaf december deel uit van hun kamp. We vierden samen kerstavond en ik leerde hen kennen als geweldige verhalenvertellers. Ze zijn net theatermakers: niet ‘de waarheid’ is belangrijk, maar wel het vertellen van een goed verhaal waarin iedereen meegaat. Ook dat is vrijheid opeisen.

Wat leerde u van hen?

KETELS: Het belang van delen en helpen. Ik was een indringer, maar werd meteen geholpen én gevraagd om te helpen. Zo zouden wij ook met de vluchtelingen kunnen en moeten omspringen. De Rom vormen een hechte groep: de zigeuner bestaat niet, er is altijd een groep zigeuners. Ze zijn altijd samen: in wat ze doen, in wat ze geloven en in de muziek die ze spelen. Die samenhorigheid kennen wij amper nog. Uit dat gemis ontstaat angst en achterdocht voor het vreemde.

In 2011 woonde u in een houten huis aan het Centraal Station van Antwerpen, in 2013 verbleef u in een rusthuis. Waarom ‘infiltreert’ u telkens in een andere omgeving?

KETELS: Omdat ik theater wil maken dat vertrekt vanuit en doet stilstaan bij de werkelijkheid. Ik speel de solo overigens niet in de woonwagen, al zal die wel deel uitmaken van de voorstelling. Geert Waegemans’ muziek – met een hoofdrol voor de zigeunerviool, als verbinding tussen de kosmos en het alledaagse – vormt het decor waarin ik vertel over de intens mooie ontmoeting met de Rom en over hoe zij me een kant van mezelf toonden die ik niet kende.

Troje is vanaf 25 mei 2016 te zien in OPEK, het gebouw van Het nieuwstedelijk in Leuven. Alle info: www.nieuwstedelijk.be

Els Van Steenbergh

‘Alle vooroordelen over zigeuners zijn onwaar.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content