Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

In ‘De kroonraad’ geven vooraanstaande politici hun opinie over de actualiteit. Deze week willy de clercq over het sociaal overleg, de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, het referendum over de Europese grondwet, de toetreding van Turkije tot de EU, de verkiezingen in Oekraïne, en de regeringsherschikking in Israël.

Mijnheer De Clercq, het sociaal overleg tussen werknemers en werkgevers is opgeschort tot na de vakbondsbetoging. Is er nog een uitweg mogelijk?

WILLY DE CLERCQ: Het sociaal klimaat is niet gunstig, omdat beide kampen te veel met de spierballen rollen. Ze hebben vooraf te harde standpunten ingenomen, bijvoorbeeld inzake loonmatiging, brugpensioen en overuren. Beide partijen zien elkaar te veel als tegenstanders, en te weinig als de bondgenoten die ze in wezen zijn.

Het interprofessioneel overleg moet dringend de realiteit van de 21e eeuw onder ogen zien. We leven in een geglobaliseerde wereld met een open economie. Daarin vertegenwoordigt de Europese Unie slechts zes procent van de wereldbevolking, maar ze neemt wel een groot deel van de wereldhandel voor haar rekening, zowel voor de export van goederen als van diensten. België heeft daarbij een vooraanstaande plaats, met een grote graad van welstand die we vooral danken aan de handel met het buitenland. Zeventig procent van alles wat we produceren, exporteren we. Willen we concurrentieel blijven, moeten we ons dus veel meer internationaal oriënteren. Ik heb de indruk dat de vakbonden van die boodschap niet veel begrijpen. In tegenstelling tot wat ze vroeger waren, zijn ze nu een symbool van conservatisme geworden.

Is er voldoende eensgezindheid binnen de regering om de leiding van de besprekingen over te nemen?

DE CLERCQ: Wanneer vakbonden en werkgevers het niet eens worden, moet de regering het commando overnemen, zo bepaalt de wet. De premier heeft verklaard dat hij dat ook zal doen. Als in de regering socialisten en liberalen het niet eens zouden zijn, krijg je grote problemen. Maar iedereen weet wat er op het spel staat: als de nood het grootst is, komt de wijsheid meestal aan de oppervlakte.

De Kamercommissie Binnenlandse Zaken stelt de besprekingen van de diverse wetsvoorstellen tot splitsing van het kiesarrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde een maand uit.

DE CLERCQ: Het gevaar van forse verklaringen vooraf is nog maar eens aangetoond. Als de oplossing van een probleem niet alleen in jouw handen ligt, kun je beter voorzichtig blijven met sterke engagementen. Voor wie een beetje nadacht, is het altijd duidelijk geweest dat Brussel-Halle-Vilvoorde niet kán worden gesplitst zonder een consensus met de Franstaligen. Dit dossier wordt steeds meer een splijtzwam voor de regering. Het is lang geleden dat Vlamingen en Walen nog zo radicaal tegenover elkaar stonden. En het zou bijzonder jammer zijn dat de regering over een kwestie als deze zou struikelen, net nu we een voorzichtige economische heropleving kennen. Het zou ons terug storten in het debacle van de jaren tachtig, toen elke regering over een communautair probleem viel.

Men mag niet blijven hameren op de ‘onverwijlde’ oplossing die in de Vlaamse regeerverklaring wordt geëist. Er moet niet meer getalmd worden, de kwestie sleept al lang genoeg aan, maar een strakke timing opleggen aan de tegenpartij is een contraproductieve strategie.

Maar als de parlementaire machine eenmaal begint te draaien, kom je onvermijdelijk uit bij de alarmbelprocedure, en een dreigende regeringscrisis. De interministeriële werkgroep is dus gedoemd om binnen één maand een oplossing te vinden.

DE CLERCQ: Het zou goed zijn mocht men in de schoot van die groep tot een oplossing komen, maar het is niet realistisch om dat binnen één maand te eisen.

De Kamercommissie Grondwetsherzieningen keurt met negen tegen acht het referendum over de Europese grondwet goed.

DE CLERCQ: Ik ben voorstander van dat referendum. Al was het maar omdat het een unieke kans biedt om de bevolking meer inzicht in het Europese project te verschaffen. En dat is nodig, want de EU is geen eenvoudig concept. Wat is Europa, wat wil het bereiken, wat heeft het gerealiseerd, hoe werkt het? Ik vrees dat veel mensen daar te weinig voeling mee hebben.

Is de grondwet niet te ingewikkeld om met ja of nee op te antwoorden?

DE CLERCQ: Het is een uitgebreid document, maar het is de taak van de politici om over de details ervan te discussiëren, en dan het resultaat ter goedkeuring aan de bevolking voor te leggen.

En stel dat de bevolking ‘nee’ zegt, wat dan?

DE CLERCQ: Dat zou een crisis betekenen. Ik weet ook wel dat men in een referendum soms stemt uit overwegingen die niets met de gestelde vraag te maken hebben, maar dat zijn de risico’s van de democratie. De politici moeten hun zaak maar goed genoeg verdedigen, dan zal onze Belgische bevolking wel ‘ja’ zeggen.

Binnen de meerderheid zijn de liberalen grote voorstanders van het referendum, terwijl de Waalse socialisten er tegen zijn.

DE CLERCQ: Er is in de regering afgesproken dat het parlement hierover beslist. Als de plenaire vergadering het besluit van de Kamercommissie volgt, zullen de Franstalige socialisten dat moeten aanvaarden. In een coalitie krijg je niet altijd je zin.

Moet er ook een referendum komen over de toetreding van Turkije?

DE CLERCQ: Daarvan zie ik het nut niet in. Ook over andere uitbreidingen is geen referendum gehouden. De Turken zitten al veertig jaar in de wachtkamer, ze moeten niet nóg meer hinderpalen voor de voeten krijgen. Ik heb bewondering voor hun geduld. De echte toetreding kan nog een jaar of tien aanslepen. In die periode zullen ze extra nauwgezet op de vingers worden gekeken, omdat de bevolking in de EU lang niet unaniem voor de toetreding is.

Bent u pro?

DE CLERCQ: Zeker en vast. Turkije is een buffer met Azië. Het versterkt het militaire potentieel van de EU. Het is een democratische rechtstaat geworden, zij het niet helemaal zoals wij dat zien. Turkije heeft een liberale en goed functionerende markteconomie. De Turken hebben nooit geaarzeld om het acquis communautaire in hun wetgeving in te schrijven en toe te passen. En in tegenstelling tot wat anderen beweren, vind ik dat Turkije een Europees georiënteerd land is. En niet alleen omdat er een stukje Turkije in Europa ligt, een stukje dat nota bene meer inwoners telt dan België, Denemarken, en Finland. Turkije is al sinds 1963 met ons verbonden via een associatie-overeenkomst. Daarin werd het trouwens expliciet als een Europees land beschouwd. Dat zijn argumenten genoeg.

Bezwaren zijn de schending van de mensenrechten in Turkije, en het gevaar voor islamisering van de EU.

DE CLERCQ: Wat de mensenrechten betreft is al veel vooruitgang geboekt, en dat kan er enkel op verbeteren als de Turken in een onderhandelingsfase met de EU zitten. Ze kunnen zich geen schendingen meer veroorloven, want ze weten dat in dat geval een paar Europese leiders klaar staan om de deur dicht te gooien. Mensenrechtenorganisaties in Turkije zelf zijn daarom voorstander van de toetreding.

Aan het gevaar voor islamisering moet een maatschappij als de onze het hoofd kunnen bieden. De criteria van Kopenhagen bepalen waaraan een kandidaat-lidstaat moet voldoen. Welnu: in die criteria wordt over godsdienst niet gerept. Er is dus ook geen reden om een land vanwege zijn godsdienst het lidmaatschap te ontzeggen. Vanuit liberaal standpunt bekeken zou dat onaanvaardbaar zijn.

In Oekraïne wordt zondag de tweede ronde van de presidentsverkiezingen overgedaan.

DE CLERCQ: Ik hoop dat de democratie het zal halen en dat de greep van Rusland op Oekraïne en andere buren zal verminderen. Ook in Georgië heeft de bevolking vorig jaar de door Moskou gesteunde kandidaat niet verkozen. Het bewijst dat die ex-sovjetstaten voluit de weg van de democratie inslaan. De EU moet daar een passend antwoord op bieden, bijvoorbeeld door een politiek van ‘goed nabuurschap’. Men werkt daaraan, maar het mag geen bekommernis van één dag zijn indien men een nieuw evenwicht binnen Europa tot stand wil brengen. Door de uitbreiding van 1 mei heeft de EU heel wat nieuwe buren gekregen. We moeten ernstige inspanningen leveren om die landen economisch en politiek aan ons te binden, door er de economische groei, de welvaart en de stabiliteit te helpen verhogen. Dat zal ook de demografische druk op de buitengrenzen van de EU doen afnemen.

In Israël zal de Arbeiderspartij tot de regering-Sharon toetreden. En de Palestijnen kiezen op 9 januari hun president. Biedt dat een nieuwe kans op vrede?

DE CLERCQ: Ik denk het wel. Volgens sommigen is het zelfs ‘de laatste kans’, maar dat heeft men al vaker gezegd. In de politiek is ‘de laatste kans’ altijd de voorlaatste. De dood van Arafat heeft tot nu toe niet tot een grote chaos of tot opstand aan Palestijnse kant geleid. Het bewijst dat de macht van Arafat weggekwijnd was, en dat de politieke agenda van de Palestijnse Autoriteit niet meer werd bepaald, maar veeleer werd geblokkeerd, door Arafat. Dat Shimon Peres weer in de regering stapt, juich ik toe. Hij mag dan wel eenentachtig zijn, zijn aanzien als verzoener is onaangetast.

De kansen voor een nieuw elan in het vredesproces zijn dus aanwezig. Vraag is wie het voortouw zal nemen om ze te concretiseren. En dan kijkt iedereen toch weer naar de Verenigde Staten. De EU heeft in het Nabije Oosten altijd al verstek laten gaan. Het enige wat wij doen is geld geven, we zijn de grootste humanitaire donoren in de wereld. Maar als het op actie aankomt, zijn het altijd de Amerikanen die de kastanjes uit het vuur halen. Een gevolg van onze endemische zwakheid, en van het feit dat wij op het internationale toneel nooit met één stem spreken. Daardoor krijgt een economische reus als de EU niet het politieke gewicht dat hij verdient. Maar ja, die klacht is al vaker geformuleerd.

Koen Meulenaere

Willy De Clercq

‘Brussel-Halle-Vilvoorde wordt steeds meer een splijtzwam voor de regering.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content