OPDRACHT

In 1944 werden met de overeenkomst van Bretton Woods het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Wereldbank opgericht. Ze moesten na de Tweede Wereldoorlog de wereldeconomie er opnieuw bovenop helpen en houden.

Het IMF werd belast met het bevorderen van de internationale monetaire samenwerking, de groei van de wereldeconomie en de economische stabiliteit in de wereld. Het Fonds moest ook middelen ter beschikking stellen van landen met betalingsbalansmoeilijkheden. De Wereldbank kreeg als hoofdtaak het steunen van de heropbouw en de economische ontwikkeling van de niet-geïndustrialiseerde, minder gevorderde economieën.

SCHAALGROOTTE

In grote lijnen houdt het IMF zich vooral bezig met macro-economische ontwikkelingen, en onderneemt het acties op eerder korte termijn (12 tot 36 maanden, met aflossingen over 2 tot 5 jaar). De Wereldbank richt zich op micro-economische projecten in ontwikkelingslanden en verschaft finan-ciële middelen op lange termijn (tot 35 of 40 jaar).

KREDIETEN

Begin 2009 hadden het IMF en de Wereldbank samen voor ongeveer 350 miljard dollar aan kredieten uitstaan. Het IMF nam daarvan 32 miljard voor zijn rekening.

De Wereldbank heeft nu voor circa 320 miljard aan krediet uitstaan. Daarvan werd 150 miljard dollar verleend via de International Bank for Reconstruction and Development, en 170 miljard aan de allerarmste landen via de International Development Association. Het gaat om kredieten tegen gunsttarieven of zelfs tegen nulrente. Beide instellingen zijn eigenlijk geen ‘banken’, maar houden zich bezig met een brede waaier aan projecten in de derde wereld: investeringen in onderwijs, gezondheidszorg, overheidsadministratie, infrastructuur, landbouw, microkredieten, ecologisch beheer enzovoort.

ONDER VUUR

Het IMF krijgt heel wat kritiek. Zo legt het steeds strenge maatregelen op aan een land wanneer het met geld over de brug komt. De VS hebben er ook een te grote invloed, de derde wereld te weinig. Het IMF gaat steevast uit van het neoliberaal-economisch model met meer vrije markt en het privatiseren van publieke ondernemingen.

Regelmatig wordt geopperd dat de Wereldbank meer oplossingen op maat moet maken voor landen. Voor sommigen gaat ze ook niet ver genoeg in het kwijtschelden van schulden aan arme landen. En ze krijgt het verwijt dat er te vaak gesneden wordt in de publieke sector, dat ze te veel de nadruk legt op privatiseren, en te weinig oog heeft voor arbeidsrechten en mensenrechten in het algemeen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content