Marleen Teugels
Marleen Teugels Marleen Teugels is onderzoeksjournalist en auteur. Haar onderzoeksartikelen verschijnen hoofdzakelijk in het tijdschrift Knack. De voorbije zes jaar is ze als docent onderzoeksjournalistiek verbonden aan meerdere journalistieke opleidingen.

In de mediawereld dienen nog altijd hoofdzakelijk mannen de lakens uit. En de vrouwen op de redacties verdienen gemiddeld 13 procent minder dan hun mannelijke collega’s. Knack sprak met onderzoekster Mieke De Clercq en TerZake-boegbeeld Phara de Aguirre over de positie van de vrouw in journalistiek. ‘Een gelijkekansenbeleid voor vrouwen blijft heel erg nodig.’

Naar aanleiding van de viering van 100 jaar Vrouwenraad brengt Knack in 2005 een hele artikelenreeks.

Op het eerste gezicht lijkt de pers een progressief wereldje waarin vrouwen en mannen gelijke kansen krijgen. Maar de cijfers uit het (nog niet gepubliceerde) onderzoek van communicatiewetenschapster Mieke De Clercq (Universiteit Gent) geven een totaal ander beeld. In het kader van haar doctoraat over de positie van de journaliste (in Vlaanderen en in een internationaal kader) ondervroeg De Clercq samen met collega Steve Paulussen in 2003 alle Vlaamse journalisten. Iets meer dan de helft nam aan de enquête deel, een hoge respons. De resultaten schetsen een bij uitstek mannelijk milieu waarin vrouwen opvallend minder verdienen, minder kans hebben op promotie en zelfs af en toe risico lopen op ongewenste seksuele intimiteiten. Geen wonder dat veel jonge vrouwen die enthousiast in het beroep stappen er na verloop van tijd weer uitstromen.

‘Toen ik in de journalistiek begon’, zegt VRT-ankervrouw Phara de Aguirre, ‘is mijn man een tijdje huisman geweest. Ik begreep toen wat een luxe het was een partner te hebben die de kinderen opvangt. Nu werkt mijn man iets meer dan deeltijds, maar hij is er nog altijd als de kinderen ’s avonds thuiskomen. Die zekerheid is belangrijk. Het biedt me de gelegenheid met studiogasten te blijven hangen. Na de studio worden immers vaak de interessantste dingen gezegd.’

Hoe vrouwelijk is de redactie van ‘TerZake’?

PHARA DE AGUIRRE: Van de 22 erkende, vaste journalisten zijn er 6 vrouwen. Dat is weinig, maar TerZake is een redactie waar je meestal niet ‘begint’ als journalist. Bij Het Journaal zie ik de laatste tijd wel veel jonge vrouwen zitten. Vrouwen krijgen bij de VRT veel kansen. Zelf ben ik via het laatste openbare examen in 1991 bij de VRT-nieuwsdienst terechtgekomen. De eerste vijf jaar heb ik er als verslaggever gewerkt. Na een paar jaar vroeg hoofdredacteur Leo Hellemans me de ploeg van de verslaggevers te leiden. Vervolgens ben ik TerZake gaan presenteren, naast Alain Coninx en Ivo Belet.

Trekt een leidinggevende baan je niet aan?

DE AGUIRRE: Niet op dit moment. Of de chef een man of een vrouw is, speelt in mijn ogen niet echt een rol. Veel belangrijker is de stijl waarmee je een redactie leidt. Idem dito voor de presentatoren. De leidinggevende functies zijn wel vooral in handen van mannen. Er zijn chefs die communicatie op prijs stellen en er zijn er andere die werken met een kleine groep vertrouwelingen en communicatie met ‘het voetvolk’ tijdverlies vinden. Dat is een leiderschapsstijl die me enorm stoort. Van een vrouw zou het me al evenmin aanstaan.

Hoe sterk zijn de vrouwen vertegenwoordigd bij de VRT?

MIEKE DE CLERCQ: Ongeveer 33 procent van de journalisten zijn vrouwen. Afhankelijk van de sector zijn er in de pers wel grote verschillen (zie grafiek). Bij de kranten werkt bijvoorbeeld slechts 21 procent vrouwen (cijfers 2004), terwijl deze sector zo belangrijk is voor de tewerkstelling. Ruim een derde (34 procent) van de 1964 erkende journalisten (in loondienst) in Vlaanderen werkt bij de kranten (677 in het totaal, telkens cijfers voor 2004).

DE AGUIRRE: Afhankelijk van het domein zie je ook bij ons verschillen. Bij de collega’s die de Wetstraat doen, halen we de 30 procent niet, wél bij buitenland en bij de verslaggeversploeg van Het Journaal. Een van de drie eindredacteuren van TerZake is een vrouw. Bij Het Journaal zijn er bijna geen vrouwelijke eindredacteuren, terwijl dat wel een functie is waarbij je veel beslist en ook meer verdient.

DE CLERCQ: Journalistes klagen veel vaker dan journalisten over het feit dat ze niet kunnen specialiseren en over hun gebrek aan promotiekansen. Er zitten duidelijk veel meer mannen op hogere functies.

Zijn er tussen de mannelijke en vrouwelijke journalisten systematisch loonverschillen?

DE AGUIRRE: Geen idee. Loon is natuurlijk niet echt een gespreksonderwerp.

DE CLERCQ: Bij de contractuele VRT-journalisten verdienen de vrouwen gemiddeld 9 procent minder (1770 euro netto bij de mannen, 1618 euro bij de vrouwen, loonverschil: 152 euro per maand, zie grafiek). Bij de kleine groep journalisten met een ambtenarenstatuut die er op dit moment bij de VRT nog overblijft, is er amper een loonverschil van 2 procent (gemiddeld maandloon 2195 euro, het verschil tussen mannen en vrouwen bedraagt netto 45 euro). Sinds de journalisten contractuelen zijn, is er een duidelijke loonkloof ontstaan.

Hoe is de situatie bij de commerciële audiovisuele media?

DE CLERCQ: Daar is het loonverschil dubbel zo groot. Gemiddeld 17 procent bij de journalisten in vaste loondienst. Bij de commerciële televisiestations bedraagt het loonverschil tussen de erkende vaste journalisten 12 procent.

De VRT scoort wel beter dan de commerciële media?

DE CLERCQ: Wellicht dankzij het gelijkekansenbeleid dat er jarenlang is gevoerd . Men gaat er tegenwoordig van uit dat positieve actie voor vrouwen overbodig is, omdat de genderproblemen uit de wereld zouden zijn. De focus verschuift naar diversiteit in het algemeen. Deze cijfers tonen aan dat een gelijkekansenbeleid voor vrouwen nog altijd heel erg nodig is.

Hoe is het gesteld met de rest van de Vlaamse pers?

DE CLERCQ: Gemiddeld is er een loonkloof van 13 procent. Bij de freelance journalisten zijn de loonverschillen doorgaans groter dan bij de vaste medewerkers. De situatie verschilt sterk van sector tot sector. Bij de kranten, de grootste en meest prestigieuze tewerkstellingspool voor journalisten, bedraagt het loonverschil bij de vaste redacteurs gemiddeld 12 procent. Mannen die bij een krant werken, hebben ook drie keer zo vaak een hoog loon dan vrouwen. Bij de weekbladen is de situatie een stuk rooskleuriger. Hier bedraagt het loonverschil ‘slechts’ 5 procent.

Worden vrouwen alleen op het vlak van het loon benadeeld?

DE CLERCQ: Nee, vrouwen maken ook minder promotie en krijgen meer te maken met discriminatie. 10 procent van alle vrouwen in de journalistiek mocht aan den lijve ondervinden wat ongewenst seksueel gedrag inhoudt. De commerciële radio en tv bijten op dat punt de spits af met 17,5 procent, gevolgd door de VRT met 12 procent, 10 procent bij de kranten, 8 procent bij de weekbladen.

Uit de interviews met vrouwelijke krantenjournalisten komt het beeld naar voren van een machowereld met een sterke ouwe-jongens-krentenbroodmentaliteit. Zoals de mannen moeten ook de vrouwen bij de kranten continu tegen een scherpe deadline aan werken. Omdat vrouwen nog altijd vaker werk en huishouden combineren, ligt het niet voor de hand om dat helse tempo vol te houden. We denken dat vaker dan elders in de pers krantenjournalistes tussen de leeftijd van 35 en 40 weer uitstromen. Ze verhuizen naar een rustiger plek (bijvoorbeeld weekbladen), of stappen uit het beroep. De vrouwen die toch blijven, hebben vaak geen kinderen, terwijl de hoofdmoot van de mannen wel erg vaak een partner en kinderen heeft.

Is er geen verbetering in zicht, nu steeds meer jonge vrouwen in het beroep toestromen?

DE CLERCQ: We komen van ver. In 1966 werkte er bij de kranten amper 4 procent vrouwen. Nu zijn ze met 21 procent. Meer meisjes dan jongens volgen opleidingen die hen voor de media klaarstomen. Jong vrouwelijk talent stroomt inderdaad op de redacties toe. Maar voor ze 40 worden, haakt een groot aantal van hen af door de vele drempels die ze ervaren.

Hoe het tij te keren?

DE CLERCQ: In de enquête waren mannelijke en vrouwelijke journalisten het er in gelijke mate over eens dat het voor iedereen beter werken zou zijn als er meer vrouwen de redacties zouden bevolken. Het zou een effect hebben op het werkklimaat, de bedrijfscultuur verbeteren, de nieuwsinhoud kunnen veranderen, andere manieren van journalistiek bedrijven stimuleren en meer vrouwelijke rolmodellen introduceren. Onderzoek toont aan dat de cultuur pas begint te veranderen als er meer dan 30 procent vrouwen zijn. Dit cijfer halen we enkel bij bepaalde sectoren: alleen bij de VRT en de weekbladen, puur dankzij het overwicht van vrouwen op de redacties van de vrouwenbladen.

Mensen zijn zich vaak van geen discriminatie bewust. Dat wordt pas met grootschalig vervolgonderzoek duidelijk. Dat kan tegelijk aangeven welke barrières nog weggewerkt moeten worden. Regelmatige monitoring van de situatie, een continu gelijkekansenbeleid én positieve actie zijn absoluut noodzakelijk.

Marleen Teugels

Mensen zijn zich vaak niet van discriminatie bewust.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content