De Noord-Koreaanse leider Kim Jong-il heeft de spanningen met de Verenigde Staten over zijn nucleair programma maximaal opgedreven. Washington reageert behoedzaam.

Noord-Korea heeft zich vorige week teruggetrokken uit het Non-Proliferatieverdrag, dat de verspreiding van kernwapens moet tegengaan. Het communistische land heeft er ook mee gedreigd zijn raketproeven te hervatten en laten weten dat de kernreactor van Yongbyon al binnen enkele weken weer in bedrijf kan zijn. Eind december had de Noord-Koreaanse overheid de inspectiecamera’s en de zegels van het Internationaal Agentschap voor Atoomenergie (IAEA) van de reactor verwijderd en de inspecteurs van de organisatie het land uitgezet.

De Noord-Koreanen zijn naar eigen zeggen helemaal niet van plan om nieuwe kernwapens aan te maken. Ze hebben de nucleaire energie nodig om een schrijnend tekort aan gewone brandstof te compenseren. Maar experts stellen dat de reactor van Yongbyon helemaal niet geschikt is voor de productie van grote hoeveelheden energie voor ‘civiel’ gebruik. Ze vrezen dan ook dat president Kim Jong-il wel degelijk van plan is atoombommen en raketten te ontwikkelen, die hij aan landen als Irak, Iran, Syrië of aan terroristische organisaties kan verkopen. Daarmee zou hij het definitieve bankroet van zijn volledig geisoleerde totalitaire regime (voorlopig) kunnen afwenden.

Dat de Amerikaanse president George W. Bush begin vorig jaar Noord-Korea indeelde bij de landen die de ‘As van het Kwaad’ vormen, werd al niet geapprecieerd in de Noord-Koreaanse hoofdstad. Maar de spanningen tussen Pyongyang en Washington zijn vooral in de herfst van 2002 beginnen oplopen. In oktober erkende het Noord-Koreaanse regime, na Amerikaanse onthullingen, dat het een geheim programma voor de verrijking van uranium had. Voor George W. Bush was dat voldoende om de olieleveranties van het internationale consortium Kedo aan Pyongyang te verhinderen. Hoe belangrijk die olieleveringen precies waren voor de Noord-Koreaanse energieproductie, is niet helemaal duidelijk. Maar voor Kim Jong-il waren ze een mooie aanleiding om een nieuwe nucleaire crisis uit te lokken.

De Verenigde Staten reageren behoedzaam op de oorlogstaal uit Pyongyang. Kim Jong-il mag het zelf gekozen epitheton ‘Geliefd Leider’ dragen, in Washington weten ze drommels goed dat hij het spel graag hard speelt. Een conflict dat erg vergelijkbaar is met het huidige leidde in 1994 bijna tot een regelrechte oorlog tussen Amerikanen en Noord-Koreanen. Dankzij een bemiddelingsinitiatief van de voormalige Amerikaanse president Jimmy Carter kon toen het gebruik van geweld op het laatste nippertje worden vermeden.

President Bush, die al zijn aandacht op een eventuele oorlog met die andere schurkenstaat Irak heeft gericht, wil de Noord-Koreaanse crisis zo snel mogelijk bezweren. Hij wil liever vermijden op twee fronten tegelijk te moeten strijden. De voorbije dagen werd dan ook druk diplomatiek overleg gepleegd om te proberen de Noord-Koreaanse leider tot rede te brengen. Gouverneur Bill Richardson van de Amerikaanse staat New Mexico sprak drie dagen lang met twee Noord-Koreaanse vertegenwoordigers bij de Verenigde Naties, en de onderminister van Buitenlandse Zaken James Kelly reisde naar Seoul voor gesprekken met de nieuwe Zuid-Koreaanse president Roh-Moo-hyun. De Amerikaanse gezanten spraken verzoenende taal: als Pyongyang opnieuw verzaakt aan zijn nucleair programma zijn de Verenigde Staten bereid te onderhandelen over hulp in de vorm van energietoelevering aan het noodlijdende land.

Een andere keuze dan die voor dialoog heeft Washington eigenlijk ook niet. Want de militaire macht van Kim Jong-il is veel groter dan die van de Iraakse president Saddam Hoessein. Hij beschikt over het vierde grootste leger ter wereld (1,2 miljoen manschappen). Experts gaan ervan uit dat de ‘Geliefde Leider’, in tegenstelling tot Saddam Hoessein, al enkele gebruiksklare atoombommen heeft. En volgens de CIA zou Noord-Korea in staat zijn om tegen 2009 honderd atoomwapens te vervaardigen. Maar daarop hoeft Kim Jong-il niet te wachten: hij heeft nu al voldoende chemische en biologische wapens in voorraad om miljoenen slachtoffers te maken. Zoals iedereen weet, gevaarlijke dieren kun je beter niet in het nauw drijven.

Christine Albers

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content