De voorbije 38 jaar werd geregeld aan de formule van de Fed Cup gesleuteld. Maar dit jaar bakt organisator ISL Worldwide het wel erg bruin.
De federatiebeker, de Fed Cup, is een creatie van de Internationale Tennisfederatie. Om het 50-jarige bestaan van de federatie kleur te geven werd in 1963 een landencompetitie voor vrouwenploegen op poten gezet. De mannen hadden die met de Davis Cup al sinds 1900. De voorbije 38 jaar werd regelmatig aan de formule gesleuteld.
In een eerste periode met een beperkt aantal landen werd de competitie in één week afgewerkt. Van 1995 tot vorig jaar was de Fed Cup een doorslag van de formule van de Davis Cup met vier weekends over het jaar gespreid, en dat bleek een succes. Zeker in de wereldgroep zorgden het ‘uit- en thuissysteem’ en de deelneming van absolute topvedetten zoals Navratilova, King, Wade, Evert en later Graf, Novotna, Pierce en Hingis voor enorme toeschouwersaantallen.
Maar dit jaar bakte het organiserende marketing- en evenementenbureau ISL Worldwide (rechtenhouder van onder andere de WK’s voetbal 98 en 2002, Euro 2000 en kind aan huis ook bij de Internationale atletiek-, zwem- en basketbalfederatie en de ATP) het wel erg bruin. Ofschoon er een recordaantal van 103 landen aan de competitie deelnam, slaagde ISL Worldwide er niet in om een gedegen organisatie van de grond te krijgen. Er is geen hoofdsponsor en de wedstrijdformule lijkt nergens naar. Zo moet titelverdediger Amerika pas volgende week voor het eerst dit jaar aantreden, in de halve finale tegen België. Gevolg: in Amerika leeft de competitie niet. En Belgische, Tsjechische of Spaanse supporters die naar Las Vegas reizen, kunnen na één dag misschien wel weer hun koffers pakken, want er wordt gewerkt met een rechtstreekse uitschakeling. Een wedstrijd voor de derde plaats is er niet eens.
In de eerste ronde werd nog met groepen gewerkt. In Moskou bijvoorbeeld waar België, Frankrijk en Australië speelden, werd midden in de week getennist voor lege tribunes. De Russen wilden liever niet organiseren omdat ze geen geld hadden, maar werden ertoe gedwongen door de Internationale Tennisfederatie en ISL Worldwide. Maar ook op de twee andere wedstrijdlocaties bleef de belangstelling beneden peil. Voor volgend seizoen wordt teruggegrepen naar de Davis Cupformule van vroeger. Niets te laat.
ECHT GEVAARLIJK
Gastheer Amerika is – net zoals bij de mannen – de meest succesvolle natie in deze landencompetitie. Amerika won al 16 van de 38 edities, Australië komt op de tweede plaats met 7 overwinningen, maar blijft nu al een aantal jaren zonder degelijke resultaten. Spanje is de derde op de ranglijst met 5 overwinningen, allemaal behaald in de jaren negentig door het duo Sanchez-Martinez.
In het Mandalay Bay Event Center waar ook ’s werelds beste boksers regelmatig te gast zijn, strijden Amerika, België, Tsjechië en Spanje voor de overwinning. Op basis van de individuele spelersklassementen werden Amerika en Spanje aangewezen als reekshoofden. België lootte Amerika als tegenstander, Spanje neemt het in de halve finale op tegen Tsjechië.
Amerika houdt na het forfait van de zusjes Williams met Lindsay Davenport en Monica Seles twee absolute toppers over. De Spanjaarden rekenen vooral op de veteranen Sanchez en Martinez. De Tsjechen brengen het weinig bekende maar solide trio Chladkova, Bedanova en Gersi in lijn.
De Belgische coach Ivo Van Aken is in Las Vegas aan de slag met de tieners Clijsters en Henin, de afscheidnemende Dominique Van Roost, Laurence Courtois en Els Callens.
Billie Jean King, de Amerikaanse coach had liever niet tegen België gespeeld in de halve finales. Zegt de feministe die in de vroege jaren 70 aan de wieg stond van het professionele tennis voor vrouwen: ‘België is echt gevaarlijk. Clijsters en Henin zijn twee van de meest beloftevolle speelsters van het moment en zijn tot alles in staat. Zij schieten naar de top en zijn zeker in Europa al sterren in spe. Maar straks zijn wij natuurlijk de favoriet. Onze jongeren, maar ook Seles en Davenport spelen erg graag voor hun land. Het zal niet moeilijk zijn om hen te motiveren.’
Dirk Gerlo
