Inenten of niet

De geschiedenis herhaalt zich vaker dan menigeen denkt. In elke aflevering staat een foto met een opmerkelijk actualiteitswaarde.

De strijd tegen de kinderziekten krijgt in de jaren vijftig in Nederland een geweldige stimulans. In 1950 wordt de Rijksvaccinatiedienst opgericht. Een van de eerste maatregelen is de invoering van de DKTP-prik (difterie, kinkhoest, tetanus en polio) voor kinderen tot zeven jaar in de nieuwe consultatiebureaus voor zuigelingen en kleuters. Tegelijk gaan de huisartsen penicilline voorschrijven. Ziekten als roodvonk, waarvoor je vroeger een tijd in quarantaine moest in barakken, kunnen nu veel effectiever aangepakt worden. Op de foto een impressie van een landelijke inentingsactie in 1957 tegen polio, waarbij drie miljoen kinderen worden gevaccineerd en onder meer hun gewicht werd genoteerd. De hoge inentingsgraad van Nederland (zo’n 95%) daalt al enkele jaren licht, niet alleen onder orthodox-christelijken, maar merkwaardigerwijs ook onder hoger opgeleiden. (Tekst Paul Brood. Beeld Nationaal Archief, coll. Spaarnestad)

Inenten of niet

Aan wie of wat dankt Mary haar bijnaam ‘Bloody Mary’

Veerle Verspaget vraagt de redactie:

Mary I, beter bekend als Mary Tudor, was koningin van Engeland en Ierland van 1553 tot 1558. Na de dood van haar vader, koning Hendrik VIII, in 1547, volgde haar halfbroer Edward VI op negenjarige leeftijd zijn vader op. Hij en zijn naaste adviseurs waren vastbesloten de anti-katholieke politiek van Hendrik voort te zetten en van Engeland en Ierland een protestantse natie te maken. Na zijn vroegtijdige dood in 1553 volgde Mary, inmiddels getrouwd met de beoogde Spaanse troonopvolger Filips II, hem op bij gebrek aan mannelijke nakomelingen. Opgevoed door haar streng katholieke moeder en gehuwd met de man die zich beschouwde als de meest trouwe zoon van de heilige moederkerk, zette zij zich na haar troonbestijging in om de katholieke zaak te verdedigen en het protestantisme met wortel en tak uit te roeien. Door haar toedoen werden 284 prominente protestanten op de brandstapel gezet, van wie Hugh Latimer, de vertrouweling van Edward VII, wel de bekendste is. Het precieze aantal van 284 kennen wij dank zij John Foxe (1516-1587), als geen ander verantwoordelijk voor de beeldvorming van Mary als een meedogenloze en bloeddorstige vorstin, met recht dus een ‘bloody’ persoon. In 1563 plubiceerde Foxe namelijk zijn Actes and Monuments…, in de volksmond bekend als Foxe’s Book of Martyrs. In deze vuistdikke foliant van 1.800 bladzijden herdenkt Foxe, in 1545 tot het protestantisme bekeerd, alle martelaren die voor hun geloof zijn gestorven, maar vooral hen die hun leven lieten tijdens het despotische bewind van Mary. Zijn martelarenboek, talloze malen herdrukt, maakte zo’n diepe indruk dat de Kerk van Engeland in 1571 bepaalde dat in elke belangrijke kerk het naast de Bijbel op de kansel moest liggen en daaruit moest worden voorgelezen. Geen wonder dus dat dit boek eeuwenlang medebepalend is geweest voor de negatieve beeldvorming van de katholieke kerk in het algemeen en Mary in het bijzonder. Sommige historici beweren zelfs dat het werk van Foxe wezenlijk bijdroeg aan de vorming van de Britse identiteit, namelijk de idee dat de Britten een bijzonder volk zijn, door God uitverkoren, puriteins en met recht wantrouwend tegenover de rest van de wereld, omdat zij tijdens het bewind van ‘Bloody Mary’ aan den lijve voelden wat de gevolgen kunnen zijn als een instituut (lees de katholieke kerk) en zijn handlangers (lees Spanje) de universele macht claimen.

Heeft u ook vragen? Mail deze naar redactie@g-geschiedenis.eu

Partner Content