Strafpleiter Christine Mussche over schuld of onschuld: ‘Een eerste indruk is ook niet meer dan dat’

Christine Mussche. © Inge Kinnet

Waarover twijfelt advocate Christine Mussche vandaag?

In de rubriek Durf Twijfelen vraagt Knack elke week naar de twijfels van bekende mensen.

‘In mijn vak is het essentieel om van gedachte te kunnen veranderen. Na een eerste gesprek met een nieuwe cliënt, of na een eerste lezing van het dossier, heb ik doorgaans een bepaald idee over schuld of onschuld. Maar het overkomt me geregeld dat die mening vervolgens, na grondig onderzoek en overweging van allerlei argumenten, volledig de andere kant opgaat. Het is essentieel om te beseffen dat een eerste indruk ook niet meer is dan dat: als mens zit je vol vooroordelen, door wat je persoonlijk hebt meegemaakt of meent te (her)kennen. Ik zal die eerste indruk van een cliënt ook niet snel meegeven. In plaats daarvan zeg ik altijd: overtuig mij om dichter bij de waarheid te komen.

‘Het is – als strafpleiter maar ook als mens – cruciaal om open te staan voor afwijkende meningen en zaken die er op het eerste gezicht niet waarschijnlijk uitzien. Hoe meer kennis je kunt verzamelen, hoe meer je de twijfel op een aanvaardbare manier kunt uitsluiten. Want als advocaat is het voor mij belangrijk dat je uiteindelijk wel gelooft in de schuld of onschuld van je cliënt. Op een bepaald moment voel je dat je voldoende hebt gegraven in een dossier, zodat er toch een bepaalde overtuiging groeit. Al blijf ik altijd bereid om mijn mening te herzien: als de tegenpartij of het Openbaar Ministerie met goede argumenten komt, dan zal ik die zeker bespreken met mijn cliënt. Soms heeft die een geloofwaardig antwoord, maar in andere gevallen wordt het moeilijk om een bepaald verhaal aan te houden.’

Van gedachte kunnen veranderen beschouw ik als een grote rijkdom.

Hoe belangrijk is twijfel voor u?

Christine Mussche: Mijn vader noemde twijfel de basis van alles. Het is dus een waarde waarmee ik ben opgegroeid. Van gedachte kunnen veranderen en durven falen beschouw ik als een grote rijkdom, een voorwaarde voor een interessant leven. Ik vraag mijn kinderen en naasten ook altijd om mij bij te sturen als ze vinden dat ik iets verkeerd aanpak. Al durf ik in het dagelijkse leven en in relaties met anderen wel mijn intuïtie te volgen: ik begin niet te twijfelen over elke kleine beslissing. Maar als de belangen van anderen op het spel staan, en het over cruciale zaken als schuld en onschuld gaat, is twijfel onontbeerlijk.

Toch zie ik die soms te weinig. Het valt me op dat we, als het over onze eigen fouten gaat, heel snel nuances en verzachtende omstandigheden aanbrengen. Maar als een ander in de fout gaat, beoordelen we enkel het resultaat van die fout. Terwijl het zo belangrijk is om ruimte te maken voor nuance en twijfel. Het is mijn vak om die in kaart te brengen en ervoor te pleiten, in een betrachting de waarheid zo dicht mogelijk te benaderen. Want als het over strafzaken gaat, hebben we vaak enkel een dossier. De rechter en de advocaten waren er zelf niet bij toen het gebeurde, dus de volledige waarheid ken je zelden. Vandaar dat we daar altijd heel voorzichtig mee moeten zijn. Ik ben bijvoorbeeld al verschillende keren geconfronteerd met false memories: cliënten zijn er absoluut van overtuigd dat hun herinnering voor honderd procent overeenkomt met de werkelijkheid, terwijl dat – na onderzoek van het bewijsmateriaal – totaal onmogelijk is. Het belang van twijfel is dus heel wezenlijk.

Partner Content