Om het schooljaar af te sluiten gingen de leerkrachten van de Leraarskamer van Knack in gesprek met vier onderwijsexperts. ‘We mogen onze kinderen niet zomaar als proefkonijnen gebruiken’, klonk het.
Onlangs kwamen de leden van de Leraarskamer van Knack 2024-2025 voor de laatste keer samen. Dit keer niet elk in hun eigen provincie, maar allemaal samen in de Arteveldehogeschool in Gent. Ze wisselden er ervaringen uit met collega’s uit andere onderwijsniveaus, netten en richtingen, woonden inspirerende uiteenzettingen bij en sloten zo het derde schooljaar van De Leraarskamer van Knack af.
Voor een publiek van collega’s en docenten uit de lerarenopleiding gingen onze leerkrachten er ook met open vizier in gesprek met Dirk Van Damme (onderwijsexpert), Pedro de Bruyckere (pedagoog en directeur van Leerpunt), Bruno Vanobbergen (directeur-generaal Katholiek Onderwijs Vlaanderen) en Koen Pelleriaux (afgevaardigd bestuurder Go! gemeenschapsonderwijs). Elk panel vertrok vanuit resultaten van Teacher Tapp Vlaanderen, een app waarin onderzoekers van de Arteveldehogeschool elke drag drie vragen voorleggen aan leerkrachten en ander onderwijspersoneel.
‘Fake news heeft impact op mijn klaspraktijk’
Teacher Tapp: 40 procent vindt dat ook
Sara Bomans (leerkracht kunstvakken): Onze leerlingen gaan best kritisch om met wat ze lezen en horen, maar bij sommigen gaat dat zover dat ze ook het nieuws van de VRT en andere media niet meer vertrouwen. Wij leggen dan uit hoe ze betrouwbare bronnen kunnen vinden.
Muriel Hombroukx (leerkracht aardrijkskunde en geopolitiek): Als ik les moet geven over de evolutieleer, krijg ik het op voorhand al warm. Er is dan altijd wel een leerling die zegt dat hij mijn verhaal fascinerend vindt maar het toch niet gelooft, en dat is zijn volste recht. Tegen een gelovig meisje heb ik onlangs gezegd: ‘Ik weet dat de oerknal tegen jouw godsdienst ingaat, maar ik reken er wel op dat je de wetenschappelijke benadering studeert.’ Ze behaalde de beste punten van de klas. Toch blijf ik het moeilijk vinden om me op dat vlak als leerkracht en als wetenschapper neutraal op te stellen.
‘Ik denk dat een leerkracht nooit helemaal neutraal kan zijn, en dat is volgens mij ook niet de bedoeling.’
Chaimae Attiaoui (leerkracht vijfde leerjaar): Mijn leerlingen vragen mij tegenwoordig weleens hoe dat nu precies zit tussen Israël en de Palestijnen. Dan probeer ik een neutraal antwoord te geven, maar als een kind expliciet om mijn standpunt vraagt, doe ik daar ook niet geheimzinnig over.
Dirk Van Damme: Ik geloof ook niet dat een klas een absoluut veilige omgeving hoeft te zijn. Voor mij mag het weleens botsen, want zo werkt onze democratie.
Ellen Clincke (leerkracht vijfde leerjaar): Als startende leerkracht dacht ik dat onderwijs neutraal was. Ondertussen weet ik dat alles wat wij doen ook politiek is. Wel probeer ik ver weg te blijven van de partijpolitiek.
Laura Alleman (leerkracht eerste leerjaar): Ik was zelf kandidaat bij de gemeenteraadsverkiezingen. Ik dring mijn politieke overtuiging niet op, maar als een leerling mijn mening over een concreet thema vraagt, geef ik die wel. Ik denk dat een leerkracht nooit helemaal neutraal kan zijn, en dat is volgens mij ook niet de bedoeling.
Van Damme: Daar ben ik het helemaal mee eens. In mijn eigen schoolloopbaan heb ik het meest gehad aan geëngageerde leerkrachten die niet neutraal waren en met wie je in discussie kon gaan.
Josfien Demey (leerkracht ziekenhuisschool): Je kunt de buitenwereld ook niet uit de klas houden. Bij extreme uitspraken probeer ik te achterhalen waar dat gedachtegoed vandaan komt. Daar speelt de invloed van sociale media, waar jongeren in rabbit holes sukkelen. Strikt genomen is het misschien niet onze taak om ze daaruit te halen, maar soms loopt de spanning zo hoog op dat je niet verder kunt met je les.
Van Damme: Weet je wat de beste dienst is die je als leerkracht kunt bewijzen aan de samenleving, de democratie en de mensenrechten? Zorg dat de basisvaardigheden en basiskennis van je leerlingen op een hoog niveau staan. Want jongeren die de basiscompetenties missen zijn erg vatbaar voor fake news.
‘Is volledig inclusief onderwijs realiseerbaar?’
Teacher Tapp: 77 procent zegt nee
Koen Pelleriaux: In Italië gaan er zo goed als geen kinderen naar het buitengewoon onderwijs. In de jaren vijftig van de vorige eeuw heeft men als besparingsmaatregel de psychiatrie ongeveer afgeschaft en werd radicaal overgestapt op wat we vandaag ‘vermaatschappelijking van de zorg’ noemen. Een van de gevolgen is dat ook kinderen met hele zware beperkingen er naar het reguliere onderwijs gaan. Ik denk niet dat we daar naartoe moeten. Ik kijk liever naar het Engelse systeem. Kinderen met special needs gaan er vaker dan hier naar het reguliere onderwijs, maar ze krijgen er wel 100 procent van de tijd een extra leerkracht bij.
Rafaël Vossen (leerkracht vijfde leerjaar): Eigenlijk zouden we gewoon en buitengewoon onderwijs moeten samenvoegen op één campus – iets wat in een aantal scholen al gebeurt. Voor sommige vakken kunnen de leerlingen dan opgedeeld worden, voor andere zitten ze gewoon samen.
Pelleriaux: Dat model zie ik zeker zitten. Al zullen leerlingen met een beperking dan nog altijd apart gezet worden. Dat is ook de reden waarom mensen die voor radicale inclusie pleiten ertegen zijn. Zij vinden dat je het model van de echt inclusieve school zo ondermijnt. Maar ik betwijfel of die totale inclusie mogelijk is. Een vaak gebruikt argument is dat het voor de andere kinderen een meerwaarde is om met kinderen met een beperking te leren omgaan. Ik heb daar moeite mee. Dan ga je een kind met het downsyndroom meer als een leermiddel – een object – beschouwen dan als een subject.
Anthony Florizoone (leerkracht eerste leerjaar): Nochtans kan een kindje met het syndroom van Down echt wel in het reguliere onderwijs functioneren. Mijn vrouw, die ook in het onderwijs werkt, had een meisje met die beperking in de klas. Ze is vorig jaar afgestudeerd. Bij mijn weten werd ze door de andere kinderen ook niet als een object gezien.
‘In de lerarenopleiding worden we niet voorbereid op omgaan met moeilijke ouders – of misschien heb ik een les gemist.’
Maaike Bultinck (leerkracht vijfde leerjaar): Ik kan me voorstellen dat andere leerlingen dat, net als andere beperkingen, aanvankelijk nog als iets bijzonders ervaren. Maar het is net door de dagelijkse confrontatie dat andere kinderen er gewoon aan raken en er na een tijd nauwelijks nog bij stiltaan.
Ann Wesemael (leerkracht zorg): Het kan écht wel. Wij hadden een leerling die als baby een hersenbloeding had gehad. Ze was daardoor beperkt, maar is op haar manier en door een goede omkadering afgestudeerd als zorgkundige.
Werd jij dit jaar al geconfronteerd met verbale agressie van ouders van leerlingen?
Teacher Tapp: 43 procent zegt ja
Bruno Vanobbergen: In Londen hebben we een school bezocht waar ze ook met de relaties tussen leerkrachten en ouders worstelden. Op een bepaald moment hebben ze besloten om niet langer alleen naar de ouders te stappen wanneer er problemen zijn met een leerling. Ze dachten: waarom geen mail of whatsappje naar ouders sturen als hun kind iets echt goed doet? Een kort berichtje volstaat. Daardoor krijg je veel meer nuance in de communicatie met ouders.
An Grietens (leerkracht zorg): Achter elke venijnige mail zit een verhaal. Die ouders baseren zich op de visie van hun kinderen, en die is meestal zwart of wit. De boosheid of frustratie die ze daardoor voelen, werken ze uit op de leerkracht.
Sven De Jongh (kleuterleerkracht): Wij hebben eens een nogal agressieve mail gekregen van een vader die een bepaalde praktijk in de kleuterklas afwees. Een paar collega’s waren daar echt van aangedaan. Ik heb hen gezegd dat die man gewoon een heel bezorgde ouder is. Als leerkrachten ontfermen wij ons nu eenmaal over zijn allerdierbaarste bezit. Ik denk wel dat we te weinig zijn opgeleid om zo’n situatie te de-escaleren.
Yasin Burakcin (leerkracht Engels): In de lerarenopleiding worden wij daar inderdaad niet op voorbereid – of misschien heb ik die les gemist. Ik kan me maar één rollenspel herinneren waarbij een oudergesprek werd nagespeeld, maar daar ben je in de praktijk weinig mee.
Stef Van den Brande (leerkracht lager onderwijs): Ik zie mijzelf niet snel een bank binnenstappen en de loketbediende uitschelden omdat ik vind dat hij zijn werk niet goed doet. Maar in scholen hebben mensen blijkbaar het gevoel dat zoiets wél kan.
Vanobbergen: Ik pleit voor meer investeringen in brugfiguren op school. Dat is zowel interessant voor de scholen – die iemand naast zich krijgen die de brug naar de ouders slaat – als voor de ouders.
‘Onze kinderen zijn proefkonijnen van de digitale transitie’
Resultaat in de Teacher Tapp: 59 procent vindt dat ook
Sofie Dhondt (leerkracht wiskunde en filosofie): Als er nieuw beleid wordt gelanceerd, zijn er onvermijdelijk proefkonijnen. Het probleem is volgens mij dat er te weinig vooruit wordt gekeken. Tijdens de pandemie heeft men halsoverkop een versnelling hoger geschakeld met de digitalisering, en nu gaat het beleid weer op de rem staan. Ik denk dus dat het hoog tijd is om na te denken over wat goed werkt en wat niet.
Pedro De Bruyckere: Toch ben ik het er niet mee eens dat we kinderen zomaar proefkonijn mogen laten zijn. Als wetenschappers een experiment willen doen, moeten ze maandenlang door allerlei hoepels springen voor ze daar toestemming voor krijgen. Een leerkracht kan morgen al iets nieuws uitproberen als hij daar zin in heeft. Dat is in de eerste plaats een voordeel, maar het is wel belangrijk dat je daar telkens goed over nadenkt.
‘Moeten we niet pas op digitale middelen overschakelen als we daar zelf de noodzaak van inzien?’
Jo Van Doorsselaere (leerkracht buitengewoon kleuteronderwijs): Bij ons op school kunnen we tablets gebruiken, maar ik weet soms niet goed hoe ik die moet inzetten. Het lijkt me niet echt een meerwaarde om de kinderen naar filmpjes te laten kijken. In de klas heb ik ook een smartboard, maar daar doe ik eigenlijk te weinig mee. Het vergt veel inspanning om te onderzoeken hoe en wanneer digitale toepassingen echt nuttig zijn. Als leerkracht moet je nu eenmaal kiezen waarin je je tijd investeert.
Miette Plessers (leerkracht lager onderwijs): Moeten we niet pas op digitale middelen overschakelen als we daar zelf de noodzaak van inzien?
De Bruyckere: Alles draait natuurlijk in de eerste plaats om middelen. In een ideale wereld zouden we op school digitale toestellen en leerboeken afwisselen op basis van de meerwaarde die ze in specifieke omstandigheden bieden. Maar daar hangt natuurlijk een prijskaartje aan vast. Doordat alles zo snel is gegaan, konden we daar niet goed over nadenken.
Toen het land vijf jaar geleden platlag, stonden grote techbedrijven klaar om het onderwijs heel snel uit de nood te helpen. Voor hen was dat natuurlijk een manier om toekomstige klanten aan zich te binden. Dat is ook gelukt: vandaag zijn er Google-scholen, Apple-scholen, Microsoft-scholen… We steken leerlingen dus in silo’s waar ze worden opgeleid om met één besturingssysteem te werken. Dat is maar een van de ontwikkelingen waarover we ons eens goed moeten bezinnen. Als de wereld in brand staat, kun je geen weloverwogen keuzes maken. Maar vandaag wél.
De Leraarskamer van Knack komt tot stand met de steun van de Koning Boudewijnstichting en de Nationale Loterij.Gezocht: 50 leerkrachten voor De Leraarskamer van Knack 2025-2026
Of het nu gaat over het lerarentekort, de leesvaardigheid van de leerlingen, de nieuwe minimumdoelen, de lerarenopleiding, de vaste benoemingen of de centrale toetsen, tegenwoordig heeft iederéén een mening over het onderwijs. Al te vaak vergeten we daarbij te luisteren naar degene die als geen ander weet hoe het er in Vlaamse klaslokalen aan toegaat: de leerkracht. Omdat Knack daar verandering in wil brengen, stellen we in het nieuwe schooljaar weer vijf leraarskamers samen.
Daarvoor selecteren we in elke Vlaamse provincie (en Brussel) tien leerkrachten. Zij komen drie keer per jaar samen om zich over een belangrijk onderwijsthema te buigen. Tussendoor vragen we de leerkrachten uit onze panels ook online om hun mening.
Wilt u deel uitmaken van De Leraarskamer 2025-2026? Stel u dan snel kandidaat op Knack.be/leraarskamer/oproep .