Loonkloof tussen man en vrouw krimpt, maar grote verschillen tussen sectoren

Het loonverschil tussen voltijds werkende vrouwen en mannen is bijna volledig weggewerkt. In Wallonië verdienen vrouwen gemiddeld zelfs meer dan mannen. © getty images

Uit cijfers van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen blijkt dat mannen gemiddeld 8 procent meer verdienen dan vrouwen. Dat is een daling, maar vrouwen stoten toch nog vaker op moeilijkheden dan hun mannelijke collega’s.

De gemiddelde loonkloof – het verschil tussen het loon van mannen en dat van vrouwen – bedraagt vandaag 8%, becijferde het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen. Alleen blijkt dat percentage behoorlijk te variëren tussen verschillende sectoren.

In de energiesector (+23,4%), de autosector (+27,5%) en financiële sector (+29%) liggen de lonen van mannen wel degelijk een stuk hoger dan die van hun vrouwelijke collega’s. Opgelet: bij die cijfers werd de arbeidsduur van werknemers niet gelijkgetrokken in de tijd, en werd dus geen rekening gehouden met het feit dan vrouwen vaker deeltijds werken dan mannen. Gecorrigeerd naar voltijdse banen kom je in deze sectoren nog altijd uit op respectievelijk 16,2%, 15,6% en 19,5%.

Deeltijds werk

Daaruit blijkt dat het feit dat vrouwen deeltijds werken een belangrijke factor is die de loonkloof in stand houdt.

‘Vier op de tien vrouwen kiezen er tijdens hun carrière voor om deeltijds te gaan werken, terwijl slechts een op de tien mannen die keuze maakt’, zegt het Instituut. ‘We stellen vast dat er in de leeftijdscategorie tussen de 34 en de 45 jaar een stagnering is in de lonen van vrouwen. Vrouwen kiezen niet enkel vaker voor deeltijds werk, maar ook om andere redenen dan mannen. Zo kiezen vrouwen er op die leeftijd vaker voor om meer in te zetten op de zorg voor kinderen of andere familieleden. Mannen gaan in veel gevallen deeltijds werken om er een extra baan bij te nemen of omdat ze een opleiding gaan volgen. Het gemiddelde brutoloon van mannen in dezelfde leeftijdscategorie blijft dan stijgen.’

Ondervertegenwoordigd

Deeltijds werk is niet de enige oorzaak voor de loonkloof. Zo zijn vrouwen oververtegenwoordigd in functies die traditioneel minder goed verdienen, zoals de zorgsector en het onderwijs. Ook hebben vrouwen het lastiger om door te stoten tot leidinggevende functies en zitten ze minder in adviesraden. Daarbovenop werken vrouwen vaak in sectoren met onzekere contracten, zoals de dienstenchequesector.

Vaderschapsverlof

Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen wijst op het belang van proactief beleid. Het pleit voor een meer prominente rol van de vaders in het gezin.

‘Vandaag hebben papa’s recht op 20 vrije dagen na de geboorte van een kind, en kunnen ze vier maanden ouderschapsverlof opnemen. In de praktijk zien we dat veel jonge vaders zelfs die 20 dagen niet opnemen en sneller weer aan het werk gaan. Het is belangrijk dat de overheid vaders aanmoedigt om die vrije dagen op te nemen’, klinkt het.

Ook een nieuwe Europese regel moet een oplossing bieden. Die verplicht bedrijven om looninformatie openbaar te maken, en om in te grijpen als de loonkloof groter is dan 5%. ‘In de publieke sector is het probleem minder groot, omdat daar volgens loonschalen wordt gewerkt. Maar in de privésector onderhandelen werknemers vaker over hun loon, en zien we dat vrouwen gemiddeld minder verdienen dan hun mannelijke collega’s met dezelfde functie en hetzelfde opleidingsniveau’, zegt het Instituut.

Ook een betere bezoldiging en meer waardering voor sectoren waarin vrouwen oververtegenwoordigd zijn, zouden moeten helpen om de loonkloof te verkleinen.

Arbeidsters

Arbeidsters hebben nog de langste weg af te leggen om de kloof met hun mannelijke collega’s te dichten. ‘Vrouwelijke arbeiders zijn een bijzonder kwetsbare socio-professionele groep. Het gaat daarbij onder andere om huishoudelijk personeel, keukenhulpen en productiemedewerksters. In die beroepen komen onzekere contracten, deeltijds werk en zware arbeidsomstandigheden vaker voor. De lage lonen vergroten ook het risico op bestaansonzekerheid’, zegt Liesbet Stevens, adjunct-directeur van het Instituut.

Toch gaan de cijfers volgens het rapport ook in die sector de goede kant op. Stevens: ‘Het is bemoedigend dat de loonkloof voor die categorie werkneemsters kleiner wordt.’


Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content