Aanhangers van de gelehesjesbeweging nemen afstand van onlusten

De gele hesjes betogen in Brussel, 30 november 2018 © Belga

‘Het is zoals bij een voetbalwedstrijd, dan weet je ook niet waar die hooligans plots vandaan komen’

Verschillende aanhangers van de gele hesjes-beweging willen afstand nemen van de gewelddadigheden die plaatsvonden in het centrum van Brussel tijdens de betoging. Ze beseffen dat die hun beweging schade berokkent. Wel vinden ze het nodig om op straat te komen, want het signaal van de regering blijft uit.

‘We zijn een legitieme beweging die recht heeft om op straat te komen, maar je moet weten dat 80 tot 90 procent van de betogers zich hier tegen afzet. Zij zijn pacifistisch. Dit doet daar volledig afbreuk aan en brengt onze beweging in diskrediet. We verliezen al het krediet bij de mensen waar we onze eisen aan willen laten horen. In geen enkel geval hebben we nood aan geweld’, stelt aanhanger Eric Lehert, afkomstig uit Marche-en-Famenne.

Het protest liep uit de hand toen de betogers verzamelden aan de Lambermont. Daar kwam het tot een eerste optstootje met de politie en werd het waterkanon ingezet. Daarna liep het uit de hand.

‘Dit is niet de beweging van de gele hesjes. Wij willen niet deelnemen aan dergelijke gewelddadigheden. We weten niet waar deze mensen vandaan komen. Het is zoals bij een voetbalwedstrijd, dan weet je ook niet waar die hooligans plots vandaan komen’, stelt Lehert. ‘Een deel van deze mensen zijn waarschijnlijk helemaal slachtoffer van het systeem en zij antwoorden op deze manier. Of het zijn gewoon mensen die met de autoriteiten de strijd willen aangaan.’

Intussen voelt het bij de betogers wel aan alsof ze in de steek gelaten worden door de Belgische regering. De gele hesjes wachten op een duidelijk signaal van regeringsleider premier Charles Michel.

‘We willen protesteren tegen de manier waarop de Belgische staat ons geld ontneemt. Het is altijd de burger die alle belastingen zoals de accijnzen op de benzine moet betalen. Iedereen moet zijn plicht doen door belastingen te betalen, maar het zijn nooit de banken, de multinationals of de politici die meer afgeven. Elke politicus zou symbolisch 1.000 euro moeten afgeven. Wat is 1.000 euro voor hen? Voor mensen hier is dat een maandloon’, legt de Franstalige betoger Hervé Van Laethen uit.

‘Waarom zegt premier Michel niets? Hij kan zelfs gewoon symbolisch zeggen dat hij het probleem begrijpt. We zijn niet enkel tegen premier Michel, maar tegen het hele systeem en de politiek van alle traditionele partijen’, besluit Van Laethen.

Partner Content