De gevaren waarvan de chemiereuzen niet willen dat u ze kent

© Dino
Berna Van Vilsteren
Berna Van Vilsteren Journalist

Wetenschappelijk twijfel zaaien om gezondheidsregels tegen te houden werd als tactiek ontwikkeld door de Amerikaanse tabaksindustrie. Nu de EU gevaarlijke chemicaliën wil verbieden, steekt die strategie de oceaan over.

De tijd dat wetenschappelijk werd betwist of er een verband bestaat tussen longkanker en roken, ligt ver achter ons. Toch durfde in 1994 een CEO van Brown and Williamson nog met droge ogen in een hoorzitting in het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden te beweren dat nicotine niet verslavend is. Tot grote frustratie van agentschappen voor volksgezondheid zoals de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA). Die vochten al decennia tegen een leger goed betaalde consultants en wetenschappers die aangestuurd door de tabaksindustrie voortdurend probeerden hun wetenschappelijk werk te ondermijnen.

De tabakslobby heeft uiteindelijk haar geloofwaardigheid verloren. Maar de twijfelzaai-industrie is nog altijd springlevend. Dat blijkt onder meer uit tientallen interne documenten van de Europese Commissie die Knack kan inzien.

Doelwit zijn regels voor honderden chemicaliën – zogeheten ‘hormoonverstoorders’ – waarover mogelijk eind deze maand een knoop wordt doorgehakt. De EU maakt zich zorgen om die stoffen, en werkt daarom al sinds 2009 aan een verbod. De meest bekende zijn brandvertragers, weekmakers en Bisfenol A. Deze chemicaliën komen zo breed voor in ons leefmilieu dat ze bij alle pasgeboren Vlaamse baby’s al meetbaar in het navelstrengbloed zitten. Maar iedereen komt ermee in contact: via kleding, cosmetica, speelgoed, plastic voedselverpakkingen, pesticide-residuen op voedsel en blikvoeding.

De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft sterke aanwijzingen dat deze stoffen de hormonen in de war schoppen, en zo leiden tot meer kanker en stijgende onvruchtbaarheid bij mensen. Dat concludeerde de VN-organisatie in 2013. Ook zijn er steeds meer studies die wijzen op een relatie met ADHD en autisme.

‘Blootstelling aan hormoonverstoorders is in gevallen gelinkt aan een toename van neurologische aandoeningen, waaronder dyslexie, een lager IQ, ADHD en autisme.’

Rapport van de Wereldgezondheidsorganisatie

‘Vooringenomen’ kennis

Maar een groep van zeven toxicologen, experts in de werking van gifstoffen, denkt daar anders over. Op dinsdag 3 mei 2016 bezoeken ze in Brussel eurocommissaris van Volksgezondheid Vytenis Andriukaitis. Hun missie: de Litouwse EU-bestuurder moet afzien van een verbod op hormoonverstoorders. Er is volgens de toxicologen geen enkel hard bewijs, en Andriukaitis moet ervoor waken verstrekkende beslissingen te nemen voor meer dan 500 miljoen EU-burgers op basis van ‘vooringenomen’ kennis, zo stellen zij.

‘Er werd opgemerkt’, staat in de vertrouwelijke Commissie-notulen die Knack in handen kreeg, ‘dat er de afgelopen twintig jaar geen probleem met de volksgezondheid boven water is gekomen als het gaat om chemicaliën. Dat suggereert dat de huidige [EU-]regelgeving op een acceptabele manier werkt.’

Er is één instituut dat de toxicologen specifiek onder vuur nemen: de WHO. Het rapport uit 2013 zou niet zorgvuldig zijn samengesteld en conclusies bevatten die ‘niet ondersteund’ worden door de wetenschap.

Maar vanuit welke expertise spreken deze wetenschappers zelf? Volgens de Zweedse professor Åke Bergman, coauteur van het WHO-rapport, hebben deze toxicologen slechts ‘beperkte’ onderzoekservaring als het om hormoonverstorende stoffen gaat. Dat zegt hij in een interview met Knack.

Daarnaast blijken zes van de zeven onderzoekers nauwe banden te hebben met de chemiesector. Zo waren Helmut Greim en Colin Berry in 2015 nog werkzaam als consultants voor Monsanto. Daarnaast is Greim ook verbonden aan ECETOC, een instituut gefinancierd door chemiebedrijven als BASF en Bayer. Wolfgang Dekant, ook aanwezig, presenteert zich weliswaar als professor van de universiteit van het Duitse Würzburg, maar werkt ook als vertegenwoordiger van BSEF, de EU-lobby voor de makers van vlamvertragende chemicaliën.

En er lopen nog meer lijntjes richting de chemische industrie. Knack krijgt bevestigd dat de onkosten voor de reis zijn betaald het European Risk Forum (ERF). Het is een in Brussel gevestigde denktank met op de ledenlijst een keur aan grote chemiebedrijven: BASF, Dow Chemicals, Syngenta en Bayer.

De Commissie is in de maanden daarvoor onder een spervuur van lobbywerk is gekomen, zo tonen de stukken. Met name de makers van pesticiden zoals BASF en Syngenta vrezen een miljardenverlies.

Kankers

Het rapport van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO, dat de consultants bekritiseren, beschrijft de stand van de wetenschap aan de hand van een inventarisatie van tien jaar literatuur. De experts erachter zijn gerespecteerd. ‘De lijst met auteurs is indrukwekkend’, schrijft een medewerker van het Europese voedselagentschap EFSA in een interne e-mail, ‘en bevat de meerderheid van wetenschappers die de afgelopen 15 jaar het meest prominent zijn geweest binnen het vakgebied van hormoonverstoring.’

Wat het rapport schetst, is een verontrustende trend: een toename van hormoongerelateerde kankers in veel landen maar ook gedragsproblemen bij kinderen: ‘Blootstelling aan hormoonverstoorders is in gevallen gelinkt aan een toename van neurologische aandoeningen’, schrijft de organisatie van de Verenigde Naties, ‘waaronder dyslexie, een lager IQ, ADHD en autisme.’ Omdat het testen van chemicaliën op mensen niet mogelijk is, zou het verstandig zijn volgens de WHO om uit voorzorg stoffen te verbieden wanneer er sterke vermoedens zijn, bijvoorbeeld afkomstig van dierproeven.

Een sprekend voorbeeld komt uit Amerika, waar onderzoekers van de Rutgers-universiteit in New Jersey lieten zien dat de nazaten van vrouwtjesmuizen, wanneer blootgesteld tijdens de zwangerschap aan een landbouwbestrijdingsmiddel, vaker hyperactief gedrag vertonen. Er zouden inmiddels zo’n 1300 studies een verband tonen tussen blootstelling aan hormoonverstoorders en ziekten of ontwikkelingsstoornissen.

In de studie valt te lezen dat de meeste auteurs werken voor twee Amerikaanse bedrijven: Gradient Corporation en Exponent. Het blijken firma’s die diensten hebben verleend aan de tabaksindustrie, maar ook aan producenten van lood, asbest en dioxine.

Miljardenverlies

Een verbod gebaseerd op het voorzorgsprincipe is precies wat de Europese Unie daarom wil doorvoeren in de zomer van 2013, zo blijkt uit een interne stukken. Het plan is opgesteld door het Europees departement voor Milieu (DG Milieu) en gebaseerd op uitvoerig advieswerk van de Britse professor Andreas Kortenkamp. Maar milieuambtenaren en Kortenkamp moeten met lede ogen aanzien dat het voorstel al voor publicatie in een onderste la verdwijnt. Interne documenten tonen dat de opdracht daartoe komt van Catherine Day, de hoogste ambtenaar naast Commissie-chef José Barroso. De Commissie is in de maanden daarvoor onder een spervuur van lobbywerk is gekomen, zo tonen de stukken. Met name de makers van pesticiden zoals BASF en Syngenta vrezen een miljardenverlies. De industrie schrijft aan de Commissie dat mogelijk ’35 tot 45 procent’ van alle bestrijdingsmiddelen in de EU zal worden geraakt door de regels.

De Commissie besluit om het voorstel te heroverwegen. Eén van de redenen daarvoor is, zo wordt publiek gesteld, dat er ‘uiteenlopende visies’ zijn onder wetenschappers. Uit interne e-mails blijkt welke experts daarin een rol spelen. Het is Wolfgang Dekant die met zijn collega-toxicologen die ook in 2013 al aanklopt bij Catherine Day. Dat gebeurt twee weken voordat de topambtenaar de stekker uit het verbod trekt.

‘Wij zijn bezorgd dat de benadering die nu wordt gekozen breekt met bestaande wetenschappelijke principes’, staat in een brief verstuurd op 17 juni 2013, ‘zonder dat er wetenschappelijk bewijs is dat zo’n koerswijziging legitimeert.’ De brief is ondertekend door een groep van wetenschappers, waaronder zes van de zeven leden van de delegatie die in mei 2016 eurocommissaris Andriukaitis ook zal bezoeken.

De brief belandt op 20 juni 2013 op het bureau van topambtenaar Catherine Day, zo tonen interne e-mails.

Door de beslissing van Day gaat de Commissie weer terug naar de tekentafel, en loopt het proces drie jaar vertraging op, tot 15 juni 2016 om precies te zijn. Dan presenteert Commissiepresident Jean-Claude Juncker de definitieve regels, een plan dat ‘het hoogste niveau van bescherming’ biedt, zo zal de Luxemburger de media laten weten. Op dit moment overleggen de EU-landen in Brussel achter gesloten deuren over dat voorstel. De uitkomst zal bepalen hoe de Europese Unie de komende decennia omgaat met honderden chemicaliën; stoffen waar met name zorgen zijn rond de hersenontwikkeling van baby’s, aldus de WHO.

Maar de Commissie, zo blijkt in de zomer van 2016, trekt nu de bevindingen van de WHO sterk in twijfel: ‘Het bewijs dat er een causale link bestaat tussen blootstelling aan hormoonverstoorders en sommige ziekten [is] nog steeds controversieel onder experts”, concludeert zij in een nieuw rapport van 400 pagina’s.

Er is volgens de EU controverse over het werk van de WHO, omdat ‘de methodiek’ is bekritiseerd. Uit welke hoek de kritiek komt? In de voetnoten komen we een aantal bekende namen weer tegen: Wolfgang Dekant, Helmut Greim en Daniel Dietrich; drie van de zeven toxicologen die op 3 mei 2016 – de maand voor de presentatie van de regelgeving – eurocommissaris Andriukaitis opzoeken in Brussel.

En niet enkel de Duitse toxicologen hebben de WHO succesvol onder handen genomen. Het vuistdikke EU-rapport verwijst naar nog een studie; uitgevoerd door met name Amerikaanse wetenschappers. Het is deze ‘wetenschappelijke kritiek’ op de WHO, zo schrijft de Commissie, die illustreert dat de ‘controverse’ voortduurt. Wat het EU-rapport niet vermeldt is dat dit onderzoek is betaald door lobbygroepen van de chemie: de American Chemistry Council en ook de European Crop Protection Association, de Europese belangengroep van de pesticide-producenten. Ook is de studie op 17 maart 2014 door lobbyisten van de chemie persoonlijk afgeleverd bij de EU-ambtenaren, zo blijkt uit interne e-mails die Knack in handen heeft.

Het werk van de industrie lijkt vruchten te hebben afgeworpen. Want waar de WHO pleit voor maatregelen op basis van dier- en bevolkingsstudies, net als de Commissie 2013 nog deed, legt de EU de lat nu veel hoger.

‘Industrie moet verantwoordelijkheid nemen’

En het plot is nog opmerkelijker. In de studie valt te lezen dat de meeste auteurs werken voor twee Amerikaanse bedrijven: Gradient Corporation en Exponent. Het blijken firma’s die diensten hebben verleend aan de tabaksindustrie, maar ook aan producenten van lood, asbest en dioxine — schadelijke producten, en met een expertise in de wetenschappelijke verdediging daarvan. Zo beschrijft de Amerikaanse krant LA Times hoe Exponent in opdracht van Big Tobacco met een rapport ‘bewijs’ leverde dat meeroken niet kankerverwekkend is, ondanks meer dan 50 kankerverwekkende stoffen in tabaksrook.

Het werk van de industrie lijkt vruchten te hebben afgeworpen. Want waar de WHO pleit voor maatregelen op basis van dier- en bevolkingsstudies, net als de Commissie 2013 nog deed, legt de EU de lat nu veel hoger: bewezen moet zijn dat de mechanismen die leiden tot ziekte bij dieren ook gelden voor mensen, een veel lastigere verhaal. ‘Ik denk dat in de praktijk geen enkele stof waarvan we weten dat het een hormoonverstoorder is onder deze definitie zal vallen’, zegt Andreas Kortenkamp, die eerder de Europese Commissie adviseerde. ‘De hoeveelheid bewijs die wordt gevraagd, is praktisch onhaalbaar.’

Op 28 februari zal de Europese Commissie haar voorstel opnieuw voorleggen aan de Europese lidstaten, waaronder België. Hoewel de regering-Michel wacht op die Europese regels, lijkt de Senaat ondertussen warm te lopen om hormoonverstoorders wel aan te pakken. Een verzoek om een informatieverslag van Cindy Franssen (CD&V) werd in december met een meerderheid van stemmen aangenomen. ‘Het komende half jaar gaan we hoorzittingen over dit onderwerp houden met deskundigen. Daar moeten aanbevelingen uitrollen voor preventieve maatregelen op federaal en gewestelijk niveau.’ En dat wordt hoog tijd, vindt Franssen. ‘Volgens de WHO is één op de vijf kankergevallen toe te schrijven aan omgevingsfactoren, waaronder de blootstelling aan schadelijke stoffen. En de bewijzen groeien met de dag. De industrie moet haar verantwoordelijkheid nemen. Ik begrijp de conservatieve houding niet.’

Knack weet drie van de wetenschappers die in mei 2016 de Europese Commissie bezochten telefonisch te bereiken. Daniel Dietrich van de Universität Konstanz erkent dat hun reis werd betaald door het European Risk Forum, een frontgroep van de chemie. ‘Maar van belangenverstrengeling is geen sprake’, voegt hij daar aan toe, ‘omdat ons niet is verteld wat mij moesten zeggen’. Dietrich is tegen een verbod uit voorzorg, en pleit ervoor om enkel op basis van een hard bewijs van risico voor de mens te handelen: ‘Dat is een MUST voor experts’, vult hij per e-mail aan, ‘en ook een kwestie van wetenschappelijke integriteit.’

Partner Content