Als het moeilijk gaat, komen er meer meisjes

De balans tussen zaadcellen met een X- en met een Y-chromosoom kan worden aangepast in functie van de omstandigheden.

In tijden van grote moeilijkheden, zoals hongersnood, worden er iets meer meisjes geboren dan jongens. Ook in arme omstandigheden worden er verhoudingsgewijs iets meer meisjes geboren, bij rijke families daarentegen iets meer jongens. Beide fenomenen worden gezien als evolutionair verantwoorde aanpassingen.

Als een populatie onder druk komt, is een focus op meer vrouwen nuttig, want die zijn de beperkende factor in de aangroei. In arme omstandigheden zijn meisjes ook beter om tot voortplanting van de genen naar de volgende generatie te komen, want zij planten zich gemakkelijker voort dan arme mannen, terwijl hoe rijker een man is, hoe groter zíjn voortplantingsmogelijkheden.

Het wetenschappelijke vakblad Nature Communications heeft aan de hand van een studie van een kleine dierentuinpopulatie van het met uitsterven bedreigde dwergnijlpaard meer zicht op deze situatie gebracht. In die populatie is amper 42 procent van de borelingen een mannetje.

Dat is blijkbaar niet uitsluitend een gevolg van selectie door welke zaadcel een eitje zich laat bevruchten, maar ook van een afwijkende verhouding tussen zaadcellen met een mannelijk Y- en met een vrouwelijk X-chromosoom. Het resultaat werd behaald door kleurtechnieken toe te passen, waarmee een zaadcel met een Y er anders ging uitzien dan een met een X.

Hoe de nijlpaarden weten waarom ze meer dochters moeten maken, is een raadsel, net als de manier waarop ze de geslachtsverhouding van hun zaadcellen wijzigen. (DD)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content