Tweede dode bij protest in Turkije en 603 betogingen aan de gang

Ondanks excuses van de Turkse regering, gaan de rellen in Turkije door. Er zouden ondertussen al 2 doden en meer dan 2.300 gewonden gevallen zijn.

De Turkse regering heeft zich op de vijfde dag van het nationale protest voor het eerst ingespannen om de situatie enigszins te bedaren. Vicepremier Bülent Arinc verontschuldigde zich na een gesprek met president Abdullah Gül voor het politiegeweld tegen vreedzame demonstranten. Maandagnacht werd bij de protesten tegen het beleid van premier Recep Tayyip Erdogan en zijn islamitisch-conservatieve AKP-partij een tweede betoger gedood. Bij de

lijkschouwing werd vastgesteld dat hij een zware schedelbreuk had opgelopen. Dat berichtten de Turkse media op gezag van het Openbaar Ministerie in Antiochië (Antakya). Uit protest tegen de regering riep de vakbondsfederatie KESK een staking uit.

Een dag na de afreis van Erdogan voor een meerdaagse reis in Noord-Afrika gaf zijn plaatsvervanger Arinc toe dat de protesten tegen een omstreden bouwproject in Gezi-Park in Istanboel legitiem waren. De politie had daar vrijdag een betogerskamp met harde hand ontruimd en daarmee de demonstraties uitgelokt. Woensdag wil Arinc met vertegenwoordigers van de demonstranten samenkomen, aldus de zender CNN Türk. Inmiddels richten de demonstranten zich voornamelijk tegen de steeds meer als autoritair ervaren koers van Erdogan, die extremisten voor de demonstraties verantwoordelijk acht. Viceregeringsleider Arinc waarschuwde de betogers, zich niet met “illegale groepen” in te laten.

De excuses van Arinc, die ook zei dat de betogers ‘in het begin gerechtvaardigde eisen’ hadden, vinden maken echter weinig indruk. Op Radio 1 vielen Turken te horen die zeggen dat niet Arinc, maar wel Erdogan zelf zijn excuses moet aanbieden.

Opnieuw rellen, maar minder hevig

In Istanboel kwam het ook voor de vierde nacht op rij tot gewelddadige botsingen tussen de oproerpolitie en demonstranten. Op het Taksimplein verzamelen opnieuw duizenden manifestanten. Volgens activisten en de Turkse media trad de politie in de wijk Besiktas maandagavond laat opnieuw met traangas tegen de opponenten van Erdogan op. Daarbij vielen weer heel wat gewonden. De rellen waren echter niet meer zo hevig als de nacht voordien. Op het centrale Taksimplein in Istanboel bleven tegenstanders van de regering dinsdag opnieuw de baas.

Artsenfederatie spreekt over meer dan 2.300 gewonden

De in Antakya (Antiochië) gedode demonstrant was lid van de jeugdorganisatie van de oppositionele Republikeinse Volkspartij (CHP). Een CHP-politicus zei dat de man door een traangasgranaat aan het hoofd werd getroffen. Pas daags voordien werd bevestigd dat een demonstrant in Istanboel omkwam toen een taxichauffeur in een groep demonstranten reed. Sinds het begin van de protesten zijn volgens een artsenfederatie meer dan 2.300 mensen verwond.

Vakbond roept op tot protest tegen ‘fascisme van AKP’

Leden van de vakbondsfederatie KESK -de koepelorganisatie van de openbare diensten- legden vanaf ’s middags het werk neer. De leden moeten opkomen voor een democratisch Turkije en daarmee tegen het “fascisme” van de islamitisch-conservatieve regeringspartij AKP betogen, luidde het op een website van de KESK.Een andere vakbond wil zich bij het protest aansluiten.

Minister van Binnenlandse Zaken Muammer Güler had op de vijfde dag van de protesten een voorlopige schadebalans gepresenteerd. “We moeten zeker uitgaan van schade voor een omvang van meer dan 70 miljoen lira (ongeveer 30 miljoen euro)”, zei de minister tijdens een parlementair debat in Ankara. Dat meldde de Turkse nieuwszender NTV online.

Volgens zijn verklaringen kwam het in 77 van de 81 Turkse provincies tot 603 betogingen. Daarbij werden 280 winkels, 6 openbare gebouwen, 103 politievoertuigen, 207 personenwagens, een privé-woning, een politiekantoor en elf gebouwen van de regeringspartij AKP beschadigd.

Europees parlement: ‘Erdogan op bepaalde momenten niet bereid om democratische normen in acht te nemen’

De voorzitter van het Europees parlement, Martin Schulz (SPD), acht de omgang van de Turkse regering met de demonstranten onverenigbaar met een EU-lidmaatschap. “Om lid van de EU te worden, moet men democratische normen in acht nemen. En we zien dat hij (de Turkse premier Erdogan) daar op bepaalde momenten niet toe bereid is”, zei de SPD-poilicus in het “Morgenmagazin” van de ARD. Ook Europees parlementslid Alexander Graf Lambsdorff omschreef de houding van de Turkse regering als “niet verenigbaar met Europese maatstaven”. (Belga/SD)