In Nigeria, Kameroen, Tsjaad en Niger zijn meer dan 1,4 miljoen kinderen op de vlucht voor het geweld van de terreurgroep Boko Haram.
Meer dan 1,4 miljoen kinderen in Afrika zijn volgens de Verenigde Naties (VN) op de vlucht voor het geweld van terreurgroep Boko Haram. Door de sterke toename van het aantal aanvallen van de islamistische extremisten zijn alleen al in de voorbije vijf maanden 500.000 kinderen verdreven, aldus VN-kinderrechtenorganisatie Unicef.
Goed 1,2 miljoen kinderen zijn op de vlucht in het noordoosten van Nigeria, de andere 265.000 in buurlanden Kameroen, Tsjaad en Niger.
De soennitische fundamentalisten willen in het noordoosten van Nigeria en de aangrenzende gebieden van de buurlanden een eigen staat oprichten. Sinds 2009 kwamen bij aanvallen en aanslagen van de groep minstens 14.000 mensen om het leven. In Kameroen zijn volgens Amnesty International sinds begin 2014 bijna 400 mensen het slachtoffer geworden van de terroristen.
Soldaten reageerden niet
Deze week nog kwamen acht mensen in het noorden van Kameroen om het leven tijdens een aanval op het dorp Aisaharde in het grensgebied met Nigeria. Ook ontvoerden de extremisten een onbekend aantal dorpelingen en staken ze verschillende woningen in brand, aldus een lokale regeringsgezant. Rond de 2.500 speciaal voor de strijd tegen Boko Haram opgeleide soldaten, die in een nabijgelegen kazerne waren gelegerd, reageerden niet op de overval.
Ongeveer 30 Boko Haram-terroristen hadden in het dorp een lijst met namen voorgelezen, zei een ooggetuige. ‘Wie genoemd werd, werd wegens collaboratie met het leger aangeklaagd en onmiddellijk gedood of werd meegenomen’, zei de man, die uit schrik voor vervolging niet bij naam wilde genoemd worden. (Belga/AVE)
