Ben Bradlee gestorven, hoofdredacteur tijdens Watergate

De succesgroep ten tijde van Watergate, Katherine Graham, de eigenares van de krant, de jonge sterreporters Bernstein en Woodward, Howard Simons, de adjunct en Ben Bradlee, de hoofdredacteur © /
Rudi Rotthier

Ben Bradlee, de legendarische hoofdredacteur van The Washington Post die ondanks grote druk de jonge reporters Woordward en Bernstein onderzoek liet voeren naar het Watergateschandaal, is dinsdag overleden. Hij werd 93. De Watergateberichtgeving leidde ertoe dat president Nixon moest aftreden.

Benjamin C. Bradlee kwam in 1965 aan het hoofd van The Washington Post. Dat was toen een stadskrant, weliswaar in de hoofdstad, maar zonder veel aanzien.

Bradlee, toen 44, een charmante man met niet altijd charmant taalgebruik (hij was een begenadigd vloeker), wou meer puf en nieuws in de krant, hij wou een krant die nationaal en zelfs internationaal weerklank zou vinden, die invloed zou krijgen, en hij verzamelde een team van jonge, “hongerige” reporters om zich heen.

Het eerste belangrijke wapenfeit kwam er 1971 met de Pentagon Papers, een Pentagondossier over de geheime oorlog in Vietnam, als verschillend van de officiële, en over wat er in de oorlog zoal fout liep. Dat rapport werd gelekt naar de New York Times. De regering van president Richard Nixon deed er alles aan om publicatie tegen te houden, ze nam gerechtelijke stappen, maar Bradlee, samen met de eigenares van de Post, Katherine Graham, besloten de Times in deze te steunen en samen te publiceren. Het Hooggerechtshof gaf hiervoor uiteindelijk instemming.

Nixon

Kort na de Pentagon Papers kwam Watergate. Bradlee liet twee jonge, onervaren reporters, Bob Woodward en Carl Bernstein, niet behorend tot de politieke redactie, speurwerk verrichten naar de inbraak in het hoofdkwartier van de Democratische Partij in het Watergategebouw, tijdens de aanloop naar de presidentsverkiezingen van 1972.

Gaandeweg beklommen de journalisten de ladder van de macht tot ze uitvisten dat de opdracht tot die inbraak van de top was gekomen. Op dat moment voerde het Witte Huis de druk om niet te publiceren nog op – president Richard Nixon, die tijdens de campagne van 1972 herverkozen werd, voerde “nationale veiligheid” aan om de inbraak te justifiëren. Die nationale veiligheid vergde volgens hem ook geheimhouding. Uiteindelijk bleek het gewoon om een geval van politieke spionage te gaan, die nergens voor nodig was want de Democraten waren in 1972 kansloos.

Nixon zag zich genoodzaakt af te treden, als eerste en enige Amerikaanse president ooit.

Ben Bradlee, in november 2013, toen hij uit handen van de presidenten Obama en Clinton de Medal of Freedom ontving
Ben Bradlee, in november 2013, toen hij uit handen van de presidenten Obama en Clinton de Medal of Freedom ontving© Reuters

De Pentagons Papers en Watergate (Watergate gaf onder meer stof aan een verfilming “All the President’s Men”, gebaseerd op het gelijknamige boek van Woodward en Bernstein, met Jason Robards in de rol van Bradlee) waren de hoogtepunten van Bradlees carrière, ze gaven zijn krant “belang in de wereld”, maar volgens medewerkers was hij ook los daarvan de “beste hoofdredacteur van zijn generatie”. Hij werkte aan een net van internationale correspondenten. Hij stelde journalisten vrij om zaken te onderzoeken. Het leverde zijn krant 17 Pulitzerprijzen op.

Bob Woodward, die altijd voor de Washington Post is blijven werken, roemt in de krant de rol van de hoofdredacteur. Bradlee was zelden tevreden. “Hij was een twijfelaar, een scepticus. Hebben we het?” placht hij te vragen, “Hebben we het bewezen?” De meest gevreesde woorden, aldus Woodward, waren: “Je hebt het nog niet, jongen”. Hij was veeleisend, en gauw verveeld met een verhaal.

Bloeien

Zijn motto was: “Neem mensen in dienst die slimmer zijn dan jij, en maak dat ze tot bloei komen”.

Hij zette medewerkers uit de wind als machthebbers niet blij waren met verslaggeving. Niet dat hij per se een beeldenstormer was, maar hij hield er niet van belogen te worden, zei hij, en hij had de indruk dat politici vaker logen dan vroeger.

Het lukte hem niet altijd zelf leugen van werkelijkheid te onderscheiden. In de jaren 1980 nam hij iemand in dienst die haar cv verzonnen had en later ook artikels bleek te verzinnen. Ze won een Pulitzer voor zo’n grotendeels verzonnen serie. Toen het duidelijk werd hoe het zat stuurde Bradlee de prijs zo gauw het kon terug.

In 1991, net voor zijn zeventigste verjaardag, ging hij met pensioen.

Bradlee, afkomstig uit Boston, had al een bewogen leven gehad voor hij hoofdredacteur werd. Hij was geboren in een rijke familie, die haar fortuin was kwijtgeraakt tijdens de depressie. Hij werd getroffen door polio, een vriend stierf aan de ziekte, maar hij oefende tot hij weer normaal functioneerde. Tijdens de tweede wereldoorlog diende hij in de zeemacht.

Na de oorlog ging hij aan de slag als verslaggever, maar was onder meer ook correspondent in Europa en zelfs als diplomaat alvorens hij hoofdredacteur werd van de Post.

De laatste jaren ging het bergaf met de gezondheid van Bradlee. Hij leed onder meer aan Alzheimer.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content