Ewald Pironet

Nieuwe zeepbellen en putten

De Amerikaanse centrale bank pompt nog eens 600 miljard dollar in de economie. Of dat goed nieuws is voor de VS is hoogst twijfelachtig. Voor Europa is het dat zeer zeker niet.

De Amerikaanse economie sputtert nog steeds en president Barack Obama zal wel weten dat hij mede daardoor zijn meerderheid in het Huis van Afgevaardigden is kwijtgeraakt. De Amerikaanse centrale bank, de Federal Reserve (Fed), pompte sinds het uitbreken van de kredietcrisis al 1700 miljard in de economie. Zo kon ze voorkomen dat de Grote Recessie uitdraaide op een Grote Depressie. Maar de werkloosheid bedraagt in de VS officieel nog steeds bijna 10 procent.

Van een echte economische opleving is in de VS dan ook nog geen sprake. Daarom besliste de Fed nu nog eens voor 600 miljard aan verse dollarbiljetten bij te drukken. Die massale geldinjectie moet de Amerikaanse economie op drie manieren een nieuwe impuls geven. Eén: met meer geld in omloop zal de rente dalen, leningen worden dus goedkoper en dat moet de consumptie, het kopen van huizen en investeringen stimuleren. Twee: het vele geld moet aanleiding geven tot hogere aandelenkoersen en dan is het hopen dat de beleggers wat meer gaan uitgeven. Drie: de dollar zal goedkoper worden en zo wordt de Amerikaanse uitvoer een handje geholpen.

Sommigen noemen de massale geldinjectie evenwel gewoon ‘pokeren’. Want of de Amerikaanse economie zo werkelijk gestimuleerd wordt, is hoogst onzeker. Zelfs als de nieuwe maatregelen de werkloosheid kunnen terugdringen, zal daar zeker heel wat tijd over gaan. Bovendien zou de grote toevloed van geld wel eens een nieuwe bubble kunnen ontstaanzt. En wat als die zeepbel uit elkaar spat?

Voor Europa is de massale Amerikaanse geldinjectie ongetwijfeld slecht nieuws. De dollar zal tegenover de euro goedkoper worden, of anders gezegd, de euro duurder. Met een duurdere euro worden de Europese producten minder interessant op de wereldmarkt. En dat is geen goed nieuws voor de bedrijven en hun werknemers die het moeten hebben van hun export buiten Europa. En met een duurdere euro dalen de prijzen van producten die van buiten Europa worden ingevoerd. Robert Mundell, Nobelprijswinnaar Economie, waarschuwt zelfs voor deflatie in Europa, dus voor een algemene prijsdaling. Een nachtmerrie voor veel economen, want met deflatie is de kans groot dat de economie stilvalt omdat iedereen voortdurend denkt dat hij morgen goedkoper zaken kan doen.

Ondertussen worstelt Europa ook nog steeds met een eurocrisis. Er wordt steeds meer getwijfeld of Griekenland wel aan zijn verplichtingen zal kunnen voldoen. En ook de ongerustheid over Ierland en Portugal neemt toe. Griekenland kan wel een beroep doen op het noodfonds waarin 110 miljard zit, en voor de andere eurolanden ligt er 440 miljard Europees geld klaar. Alle Europese landen hebben daartoe bijgedragen, maar tegelijkertijd moeten die nu zelf alle zeilen bijzetten om hun overheidsfinanciën in orde te brengen. De spanning binnen Europa over de euro neemt zo weer toe.

In de VS worden de gevolgen van de zeepbel opgevangen door een nieuwe zeepbel te creëren. In Europa worden de overheidsputten gevuld door er nieuwe te graven. Of dat voor de broodnodige gezonde economische groei kan zorgen, is de vraag. De vraag van 600 miljard dollar en 550 miljard euro.

Ewald Pironet

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content