Alles over rit 14 van de Giro: trekt Magnus Cort weer aan het langste eind?

Magnus Cort won al een etappe naar Viareggio. Doet hij dat zaterdag opnieuw? © Getty
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

De veertiende etappe van de Giro heeft een apart gelaat: één hoge col, een lange afdaling en daarna vlakke wegen, met een licht hellende finish. De rit is op het lijf van Magnus Cort geschreven, maar dan moet hij misschien voorbij Michael Matthews.

Na de zware rit met aankomst in Crans Montana blijft de Girokaravaan nog even pleisteren in Zwitserland. Het startschot wordt gegeven in Sierre, een uitvalsbasis voor alpinisten in het kanton Wallis. In België is Sierre helaas vooral bekend om de ramp met de touringcar vol Belgische schoolkinderen in maart 2012. In de nabijgelegen Sierretunnel vielen er toen 28 doden.

Na de start volgt eerst een vlakke aanloop van 35 kilometer. Daar kan een vluchtersgroep misschien al wegrijden. Mogelijk breekt die pas los wanneer vanaf Brig de weg 22 kilometer lang omhoog knikt, over de Simplonpas, de Passo del Sempione in het Italiaans. Die pas verbindt het Rhônedal met het Val d’Ossola in de Italiaanse provincie Verbano-Cusio-Ossola.

Een typisch Zwitserse col: heel breed en gelijkmatig, met een gemiddeld stijgingspercentage van goed zes procent. In de Giro werd hij voor het eerst beklommen in 1963, toen de Italiaan Vito Taccone er als snelste bovenkwam.

Ook in 1965, 1985 en 2006 lag de Passo del Sempione op het parcours van de Ronde van Italië. De laatste keer wel in de finale van de rit met aankomst in Domodossola. Die werd gewonnen door de onbekende Colombiaan Luis Felipe Laverde.

© National

Hoge snelheden

Na de top, op 2004 meter hoogte, steken de renners de Zwitsers-Italiaanse grens over in Iselle. Op de brede wegen kunnen snelheden tot ruim 100 kilometer per uur gehaald worden. Al zullen de renners het deze keer allicht voorzichtig aan doen, want er wordt voor zowel de klim als de afdaling regen voorspeld. Dat wordt weer bibberen op grote hoogte, tenzij ook deze klim geschrapt zou worden.

Ook in het dal zou het blijven regenen. Daar gaat het 90 kilometer veelal rechtdoor, over vlakke wegen, langs het Lago Maggiore. Een vluchtersgroep kan hier een makkelijke prooi worden als meerdere sprintersploegen zouden samenwerken. De vraag is of die, diep in de tweede week, daarvoor nog de manschappen hebben. Zeker nu eerdere ritwinnaars Mads Pedersen en Kaden Groves zijn uitgevallen, en de overgebleven renners van Trek-Segafredo en Alpecin-Deceuninck zich in het offensief zullen storten.

Andere etappewinnaars Jonathan Milan (Bahrain-Victorious) en Pascal Ackermann (UAE Emirates) zijn wel nog present, maar die hebben geen ploeg om een vluchtersgroep onder controle te houden. Mark Cavendish (Astana) en Fernando Gaviria (Movistar) hebben ook de bergrit naar Crans Montana overleefd, maar ook hun teams lijken niet sterk genoeg om een grote vluchtersgroep weer bij te halen.

Cassano Magnago zal hoe dan ook zijn eerste ritwinnaar in de Giro vieren. De gemeente van ruim 21.000 inwoners in de provincie Varese is vooral bekend als de geboorteplaats van tweevoudig Girowinnaar Ivan Basso (2006 en 2010). Hij is tegenwoordig teammanager van de kleine Italiaanse ploeg Eolo Kometa.

Basso is niet de enige bekende ex-renner uit de streek. Een hele rist voormalige Italiaanse profs zijn hier, in de buurt van het bekendere Varese, opgegroeid: Daniele Nardello, Stefano Garzelli, Luca Paolini, Andrea Noë, Stefano Zanini, Gabriele Colombo, Andrea Peron, Claudio Chiappucci…

De bekendste actieve renner is Filippo Ganna. Hij is thuis in Verbania, gelegen aan het Lago Maggiore. Zijn trainingswegen hadden hem misschien geïnspireerd om mee te glippen in de ontsnapping, maar hij moest helaas al uit de Giro stappen door een coronabesmetting.

Vluchters boven sprinters

Renners die wel een ticket voor de vluchtersgroep willen boeken zullen hoe dan ook redelijk goed moeten kunnen klimmen om de Simplonpas te overleven. Ze moeten echter ook op het vlakke en in de sprint hun mannetje staan om de rit te kunnen winnen.

Dat is exact het profiel van Magnus Cort, die al in Viareggio won. Kan hij een tweede keer toeslaan? Ook Vincenzo Albanese, die al vier keer top 10 reed in deze Giro, zal allicht zijn oog op deze etappe hebben laten vallen, net als Soudal Quick-Steprenner Davide Ballerini. En ook Simon Clarke, Toms Skuijns, Lorenzo Rota, Stefano Oldani en Alessandro De Marchi gaven al blijk van een goed vormpeil.

Die laatste kan het echter moeilijk afmaken. Misschien zal hij in de vlucht vergezeld worden door zijn Jayco-AlUlaploegmaat Michael Matthews, die in een sprint licht bergop de etappe won in Melfi. Ook deze finishlijn is hem op het lijf geschreven, want in een mogelijke sprint in Cassano Magnago zullen de vluchters, of wie weet toch de sprinters, een stukje omhoog moeten. De laatste kilometer stijgt namelijk zo’n drie procent gemiddeld, voor de laatste honderd meter afvlakken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content