Ilse Van Dienderen

‘Antwerpse bouwdossiers? Geen verandering in beleid, ondanks Vooruit in het bestuur’

Ilse Van Dienderen Bestuurslid Oikos en gemeenteraadslid voor Groen in Antwerpen

‘De Antwerpse immocratie gaat gewoon door’, schrijft Groen-gemeenteraadslid Ilse Van Dienderen. Ze pleit voor een lobbyregister.

De vervlechting tussen lokale besturen en bouwpromotoren kwam op 7 september ruim aan bod in Pano. Uiteraard mag in het rijtje onderzochte steden Antwerpen niet ontbreken, want hier loopt wel wat mis. Twee kwalijke dossiers passeren de revue: de Copernicussite achter het centraal station en de Katwilgweg op Linkeroever. In beide zit Ghelamco achter de ontwikkelingen.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."


Groen pleit voor een stadsontwikkeling niet op maat van de projectontwikkelaar maar wel op maat van de Antwerpenaar en wat nodig is voor de stad.

Waarom zijn die twee dossiers ‘kwalijk’?

Voor de Copernicussite plant Ghelamco een kantoorontwikkeling. Niet eens zo gek op die A-locatie achter het station. Maar nu is er een ontwikkeling mogelijk van 16.000m2 bruto-vloeroppervlakte en Ghelamco wil dit opgetrokken zien naar 22.900 m2. Het college antwoordt welwillend. De buurt heeft nood aan ruimte, groen, mogelijkheden voor sport en cultuur. Maar in die welwillendheid is daarvan niets te bespeuren.


Op linkeroever heeft Ghelamco gronden aangekocht die nu bestemd zijn voor KMO én een groene verbinding. Linkeroever herbergt enkele belangrijke natuurgebieden en de Katwilgsite moet voor een ecologische verbinding zorgen. Ghelamco heeft voor deze site echter ook kantoorontwikkeling voor ogen. Niet mogelijk op dit moment. Maar niet getreurd, ook hier toont het stadsbestuur zich welwillend en wil wel een ruimtelijk uitvoeringsplan uitwerken dat de droom van Ghelamco mogelijk maakt. Op dit moment is er nog een ontwikkeling mogelijk van 120.000 m2, dat wordt in het RUP opgetrokken tot 160.000 + 32.000 m2. En nog meer: de stad sluit een overeenkomst om de opmaak van dit RUP te financieren. Bijna 200.000 euro is betaald door Ghelamco om die ‘droom’ te kunnen realiseren.

Dit is een van de 12 RUPs hier in de stad die op zo’n manier tot stand komt. Een ander voorbeeld is de Pelikaansite waar eigenaar/projectontwikkelaar twee hoogbouwtorens met vierlagige ondergrondse parking wil en het plan om dit realiseren heeft betaald. Wie betaalt, bepaalt. 

Roekeloos

Dit twee illustratieve dossiers van hoe het ruimtelijk beleid in de stad helemaal fout loopt: een ontwikkelaar vraagt, het stadsbestuur gaat mee in de vraag en faciliteert. Dat moet anders. Dit stadsbestuur is hierbij bijzonder roekeloos: het stapelt juridische risico’s op waardoor net het tegenovergestelde van wat het bestuur beoogt, gebeurt: de investeringszekerheid is hierdoor zoek.

Doorlopende dossiers

Vooruit was tijdens de campagne in 2018 snoeihard voor de fratsen van Rob “Envelop” Van de Velde. Met termen als ‘paaitaks’ hekelde huidige schepen Tom Meeuws het ruimtelijk beleid van de vorige legislatuur. Groen kan niet anders dan vaststellen dat er niks veranderd is deze legislatuur. De Ghelamco-dossiers dateren van vorig jaar – en lopen nu nog door. Het voorontwerp van het RUP-tegen-betaling van de Katwilgweg komt eraan in oktober. Ook dat RUP van de Pelikaansite zag deze legislatuur definitief het licht.

Dat moet anders. Groen wil deze gang van zaken drastisch bijsturen.

Ten eerste stellen we vast dat hier in Antwerpen géén sturing uit gaat van het beleid; dat hier vraaggestuurd gewerkt wordt: projectontwikkelaar vraagt, stad draait. We hebben nood aan een nieuw strategisch beleidsplan ruimte. Het ruimtelijk beleid moet vanuit een visie gevoerd worden, om van onze stad een klimaatrobuuste stad te maken, waar bewoners graag wonen, waar er plaats is voor groen, water, sport, recreatie, en ook duurzame bedrijvigheid en diensten. De stad moet de spelregels uitzetten van wat waar kan en nodig is. En zo schuwt Groen absoluut niet de samenwerking met ‘de privé’; maar het is wel aan het beleid om de regels te bepalen en die regels vloeien voort uit: wat heeft deze stad nodig? Ons ruimtelijk beleid moet visie-gestuurd zijn, niet project-gestuurd. Jammer genoeg lijkt het er sterk op dat het strategisch beleidsplan ruimte opnieuw een plan zal zijn dat dode letter blijft in haar uitvoering.

Ten tweede moet bij grote bouwprojecten de eerste zorg van het stadsbestuur zijn om na te gaan welke de noden van de buurt zijn: is er te weinig ruimte voor groen, voor sport, voor cultuur? Een bouwproject moet de hefboom zijn om een stadsdeel beter te maken. Participatie met de buurt moet een gouden regel zijn: betrek buurten bij de projecten en neem de noden en de bekommernissen vanuit de buurt mee. 

Ten derde vragen we dringend een lobbyregister, en de invoering van het zesogenprincipe.

Onder ‘lobbyactiviteiten met registratieplicht’ vallen dan alle ontmoetingen met Burgemeester, Schepenen, kabinetsmedewerkers en andere beleidsvoerende ambtenaren die tot doel hebben huidig of toekomstig beleid te beïnvloeden of te veranderen, besluiten van de Gemeenteraad of het College te beïnvloeden of te veranderen, subsidies of andere vormen van gemeentelijke steun te bekomen en/of aanbestedingen en contracten te verkrijgen. Het gaat dan om die ontmoetingen die die uitgaan van een organisatie of onderneming. Individuen die hun eigen economische en ondernemingsbelangen, of de belangen van een organisatie, wensen te bevorderen door een ontmoeting met één van voorgaande doelen, vallen ook onder deze regeling.

Het stadsbestuur moet vooreerst bepalen wanneer contacten met privépartijen kunnen. Als die contacten gebeuren, moeten ze transparant in een lobbyregister vastgelegd worden. Dat lobbyregister kan geraadpleegd worden door gemeenteraadsleden en valt onder de wetgeving van openbaarheid van bestuur. Bij die contacten met privépartijen die ‘iets’ willen van de stad, moet het zesogenprincipe toegepast worden; nooit kunnen afspraken onder vier ogen vastgelegd worden. Schepen Annick De Ridder gaat er prat op veel contacten te hebben met bouwpromotoren. Haar bewering dat alles transparant verloopt, durf ik wel te logenstraffen.


Voor Groen zijn dat drie heel belangrijke principes van een duurzaam ruimtelijk beleid, goed voor de stad, goed voor de Antwerpenaar, en goed voor de planeet.

Ilse van Dienderen is gemeenteraadslid voor Groen en bio-ingenieur ruimtelijke ordening.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content