Russische veiligheidsdiensten blijven blunderen: ‘Incompetentie is geen probleem, zolang je maar loyaal bent’

Twee van de vier gearresteerde verdachten van de terroristische aanslag in Moskou 22/3/2024. © Getty
Jeroen Zuallaert

Hoewel Rusland de voorbije twee decennia een regelrechte politiestaat werd, blijft het verbazend kwetsbaar voor terroristische aanslagen.

Het werd op den duur een beetje zielig. Tot driemaal toe eiste de terreurbeweging IS-K de verantwoordelijkheid op voor de bloederige terreuraanval op de Crocus City Hall net buiten Moskou, waarbij vier schutters 137 burgers doodschoten. De terreurgroep verspreidde zelfs eigen beelden van de aanval. Toch bleven Russische autoriteiten en propagandakanalen halsstarrig naar Oekraïne wijzen.

Nochtans had ook IS-K, de afdeling van de Islamitische Staat in de Centraal-Aziatische regio Khorasan, meer dan genoeg redenen om aanslagen te plegen in Rusland. Sinds Poetin besloot om zich in 2015 te mengen in Syrië, geldt Rusland voor de IS als een existentiële bedreiging. IS-K, tegenwoordig de meest actieve aan IS gelieerde terreurbeweging, is al langer actief in Rusland. Begin maart berichtte de Federale Veiligheidsdienst (FSB) nog dat hij een terreuraanslag op de synagoge van Moskou had voorkomen. Ook vorig jaar doodde de FSB twee vermoedelijke IS-sympathisanten toen ze een chemiefabriek in Kaloega probeerden aan te vallen.

De jihadistische dreiging is niet nieuw in Rusland. De voorbije twintig jaar pleegden voornamelijk Tsjetsjeense groeperingen tientallen aanslagen. Er was de gijzeling in het Doebrovkatheater van 2002, de schoolgijzeling in Beslan van 2004, de aanslag op de Moskouse metro van 2010 en de aanslag op de Moskouse Domodjedovo-luchthaven van 2011. De voorbije jaren lijkt de bron van het geweld evenwel te shiften naar de Centraal-Aziatische staten. De vier terreurverdachten die gearresteerd werden, zijn allen afkomstig uit Tadzjikistan.

Rusland heeft zijn volledige staatsapparaat gericht op de oorlog in Oekraïne en op de repressie in eigen land.

Joris Van Bladel, Ruslandkenner bij het Egmontinstituut

Incompetentie

Dat in een politiestaat zoals Rusland een groep terroristen bijna twintig minuten lang onbedreigd haar gang kan gaan, mag opmerkelijk lijken. Toch is Joris Van Bladel, Ruslandkenner bij het Egmontinstituut, niet verbaasd. ‘De totale controle bestaat niet,’ aldus Van Bladel. ‘Rusland heeft zijn volledige staatsapparaat gericht op de oorlog in Oekraïne en op de repressie in eigen land. Dat vraagt een zodanig grote inspanning dat bepaalde elementen – zoals de islamistische dreiging – minder aandacht krijgen.’ Het is veelzeggend dat de aanslag plaatsvond op de dag waarop Rusland de LGBT-beweging toevoegde aan de lijst van terroristische organisaties.

Ondanks de ravage probeert het Kremlin de gebeurtenis toch voor te stellen als een geslaagde operatie van de veiligheidsdiensten. De FSB – de hedendaagse opvolger van de KGB – slaagde er binnen de veertien uur in de vier verdachten te arresteren. Tegelijk is het duidelijk dat de inlichtingendiensten faalden. Zowel de Amerikaanse als de Britse ambassade waarschuwde landgenoten de voorbije weken om drukke plekken – en specifiek concerthallen – in en rond Moskou te vermijden. Nauwelijks drie dagen voor de aanslag noemde Poetin die waarschuwingen nog ‘afpersing’ en ‘een poging om onze maatschappij te destabiliseren’. Hij droeg de FSB-leiding bovendien op om haar aandacht volledig op de zogenaamde ‘speciale militaire operatie’ te richten.

Ook deze keer zullen er bij de veiligheidsdiensten geen koppen rollen, vermoedt Van Bladel. ‘De Russische inlichtingendiensten blunderen voortdurend. Ook het Russisch leger heeft, vooral in het begin van de Oekraïense oorlog, enorme fouten gemaakt. Toch volgen daar in Rusland eigenlijk nooit repercussies op. Incompetentie is geen probleem, zolang je maar loyaal bent aan het regime. Dat is de essentie van Poetins systeem.’

‘De aanslag in Moskou effent het pad voor een nieuwe fase in de oorlog met Oekraïne’

Openlijke brutalisering

Ook de manier waarop de terreurverdachten bijna openlijk worden gefolterd, is ongezien. Een van de verdachten verloor tijdens de ‘ondervraging’ van de inlichtingendiensten een oog, een andere werd zodanig toegetakeld dat hij in een rolstoel werd voorgeleid. Op Russische sociale media circuleert een filmpje van hoe FSB-agenten tijdens een ondervraging het oor van een van de verdachten afsnijden. De aanpak wordt toegejuicht op de overheidsgezinde media. ‘De doodstraf is te licht’, schreef Margarita Simonjan, hoofd van propagandazender RT op Telegram. ‘Wanneer ik hen afgetuigd in de rechtszaal zie verschijnen, voel ik uitsluitend tevredenheid.’

Dat de FSB weinig zachtzinnig optreedt bij het ‘vergaren van informatie’, is natuurlijk niets nieuws. Maar waar ze die brute aanpak voorheen nog probeerden de verdoezelen, pakken de veiligheidsdiensten er nu mee uit. Het is in de eerste plaats een manier om de volkswoede te kanaliseren, maar het is tegelijk een boodschap aan de hele bevolking: elke vorm van verzet zal genadeloos neergeslagen worden. ‘Rusland is door de oorlog aan het transformeren,’ besluit Van Bladel. ‘De repressie is harder, de brutalisering van de samenleving is openlijker. De gruwel van het slagveld heeft diepe effecten op de Russische samenleving.’

Partner Content