Terug naar Odessa: ‘Door Poetin heb ik zes maanden lang met mijn schoonmoeder moeten samenleven’

© Getty
Jeroen Zuallaert

Na een ballingschap van tweehonderd dagen keert Guy De Smet (56) met zijn gezin terug naar Odessa. Voor Knack houdt hij opnieuw een dagboek bij vanuit zijn thuisstad in oorlog, waar het leven gewoon doorgaat.

Donderdag 15/09: geduld met de schoonmoeder

Het is genoeg geweest. Ik wil zo snel mogelijk terug naar Odessa.

Het is vandaag exact 199 dagen geleden dat ik met vrouw, kind en schoonmoeder Oekraïne verlaten heb. We hebben de afgelopen maanden in Roemenië gewoond. Na enkele weken Boekarest hebben we een appartement gehuurd in Mamaia, een stadje aan de Zwarte Zee, op een honderdtal kilometer van de Oekraïense grens. We hebben het hier gezellig kunnen maken, maar nu trekken we het niet meer. Mijn vrouw mist haar stad. Mijn dochtertje mist haar vriendjes en is het beu om online les te krijgen. En ik moet toegeven dat ik blij zal zijn als ik mijn schoonmoeder niet meer elke dag zie. Dat ik door de schuld van Poetin zes maanden lang met mijn schoonmoeder heb moeten samenleven, reken ik hem persoonlijk aan.

Het is ondertussen 55 dagen geleden dat de Russen Odessa nog hebben beschoten. Aanvankelijk had ik me voorgenomen om minstens 90 dagen zonder beschieting af te wachten, maar ons geduld is op. Steeds meer vrienden keren terug. Ze vertellen ons allemaal hoe opgelucht ze zijn om terug te keren.

Ik ben een beetje ongerust over wat we in ons appartement zullen aantreffen. We hebben vrienden in Odessa die geregeld eens gaan kijken, maar zij kunnen uiteraard niet binnen. Mijn vrouw wil in chatgroepen niets zeggen over waar we ons bevinden, uit angst om plunderaars op ideeën te brengen. In augustus kregen we telefoontjes over bestellingen die zogezegd bij ons thuis moesten worden afgeleverd. Dat is natuurlijk een truc om na te gaan of je thuis bent, en of er iets te stelen valt. Dat geeft een onaangenaam gevoel.

Vrijdag 16/09: rotte aardappels

We zijn bij ons vertrek blijkbaar vergeten om de aardappelen en uien weg te gooien. Na tweehonderd dagen geeft dat geen appetijtelijke aanblik, om van de stank nog te zwijgen. Gelukkig is het hier nog aangenaam qua temperatuur, en konden we onmiddellijk de ramen openzetten.

Voor de rest hebben we ons appartement op dezelfde manier aangetroffen als 200 dagen geleden. Het is enkel enorm stoffig, maar dat lossen we wel op met een fikse poetsbeurt.

De reis hierheen is redelijk voorspoedig verlopen. Een chauffeur uit Odessa is ons met een minibusje komen ophalen in Mamaia. We zijn ’s ochtends met de ferry de Donau overgestoken naar de Oekraïense stad Izmaïl, en zijn van daaruit naar Odessa gereden. Aan de grens in Orlivka hebben we de hele wagen moeten leeghalen voor een controle. Voor elk dorp of stadje heb je een checkpoint waar gewapende mannen je papieren controleren. Maar voor de rest is zowat alles hetzelfde. Tegen de avond waren we thuis.

Mijn dochter is de sterkste van ons allemaal. Ik ben enorm onder de indruk van hoe rustig alle Oekraïense kinderen hieronder blijven. Ze passen zich aan de omstandigheden aan en klagen niet. Ik heb het met haar gehad over hoe zij dacht over terugkeren. Ze is ondertussen acht, dus ze beseft maar al te goed wat er in Oekraïne gebeurt. ‘Het enige nadeel is dat er een bom op ons hoofd kan vallen’, zei ze me. Haar onverstoorbaarheid is bewonderenswaardig.

Zaterdag 17/09: fietspaden

Ik ben ongelofelijk opgelucht om terug te zijn. In Roemenië zat ik van ’s ochtends tot ’s avonds op Twitter en Telegram te kijken, in de hoop maar een beetje nieuws uit Odessa op te vangen. Je leest maar en leest maar, en uiteindelijk zie je door de bomen het bos niet meer. Nu ik terug ben, ben ik daar bijna helemaal mee gestopt. Eigenlijk is het absurd. Mykolajiv, nog geen 150 kilometer hiervandaan, wordt bijna dagelijks beschoten. En toch volg ik het conflict hier minder dan toen we in Roemenië zaten.

Er is de voorbije maanden stevig bijgebouwd in onze buurt. In onze afwezigheid zijn verschillende appartementsblokken afgewerkt. Ik liep vanochtend een buurman tegen het lijf die appartementen verkoopt in de buurt. Hij vertelde me dat de zaken goed draaiden. Je vraagt je af hoe het mogelijk is, maar de Odessieten kopen doodleuk nieuwe appartementen. Er zijn zelfs fietspaden aangelegd hier in de buurt. Ik denk dat ik nooit eerder een fietspad in Oekraïne heb gezien.

Zelensky heeft altijd gezegd dat Oekraïne niet louter oorlog kon voeren. Oekraïne moest blijven functioneren, ook wanneer het in zijn voortbestaan wordt bedreigd. Ik kan alleen maar vaststellen dat het hem gelukt is.

Zondag 18/09: avondklok

De sirenes in ons stadsdeel zijn uitgeschakeld. De Odessieten willen liever doorslapen. Iedereen heeft ondertussen een app op de smartphone, waarop je onmiddellijk een signaal krijgt als er een luchtalarm afgaat. Heel soms hoor ik eens een luchtalarm in de verte, maar eigenlijk lijkt niemand daar nog op te letten. Niemand gaat nog naar de schuilkelders. Het is toch bijna altijd loos alarm.

Odessa ziet er ongeveer hetzelfde uit als voorheen. Het enige verschil is dat er overal blauw-gele vlaggen worden opgehangen en geschilderd. De winkeltjes zijn open, de rekken in de supermarkten zijn gevuld. Soms vergeet ik dat er nog steeds een conflict gaande is. Toen ik gisterenavond de hond ging uitlaten, werd ik op 200 meter van mijn flat al tegengehouden door twee bewakers met zaklampen, die me het bevel gaven onmiddellijk naar huis te gaan. Ik was rats vergeten dat er een avondklok was, en dat je na 23 uur niet meer op straat mag.

Maandag 19/09: vriendelijke Russen

We houden onze dochter nog enkele dagen van de school weg. Ik wil eerst eens controleren of de school voldoende maatregelen heeft genomen voor als er een aanval gebeurt. Ze zeggen dat er een schuilkelder is, maar zolang ik die niet met mijn eigen ogen heb gezien, vertrouw ik het niet.

Ik ben vanochtend voor het eerst in zes maanden terug naar ons bureau gegaan. Het weerzien met mijn collega’s was zeer emotioneel, vooral met hen die ook waren gevlucht. Ik merk bij alle Oekraïners een rotsvast geloof dat het goedkomt, en dat niemand Odessa zal durven aan te vallen. Iedereen hier is ervan overtuigd dat Oekraïne de Donbas en de Krim zal heroveren. Ik denk zelf ook echt dat Oekraïne gaat winnen. Ik geloof niets van de beweringen dat Poetin nog niet echt begonnen is, en verder kan escaleren. Bovendien zie je dat de steun in Rusland aan het afbrokkelen is. Het is enorm bemoedigend dat een bekende Russische artieste als zangeres Alla Poegatsjova zich nadrukkelijk durft uit te spreken tegen de oorlog. Voor het eerst in lange tijd heb ik het gevoel dat deze oorlog niet lang meer zal duren.

De Russen met wie ik voor mijn werk communiceer, zijn de voorbije maanden wel héél beleefd. Elke vraag die ze stellen wordt begeleid met een rist ‘alsjebliefts’ en vriendelijke dankwoorden. Om ze een beetje te plagen, laat ik hun mails soms enkele dagen onbeantwoord, zodat ze nóg eens zo’n beleefde mail moeten sturen. Uiteindelijk help ik ze uiteraard altijd. Maar dat kleine verzetje moeten ze me toch gunnen.

Partner Content