Minister van Mobiliteit Georges Gilkinet (Ecolo) gaat aan de regering iets meer dan 3,4 miljard euro extra vragen voor investeringen bij het spoor, in het kader van de nieuwe beheersovereenkomsten voor de periode 2023-2032.
Minister van Mobiliteit Georges Gilkinet (Ecolo) gaat aan de regering iets meer dan 3,4 miljard euro extra vragen voor investeringen bij het spoor, in het kader van de nieuwe beheersovereenkomsten voor de periode 2023-2032. Dat heeft hij woensdag gezegd in de Kamercommissie Mobiliteit, waar het voorontwerp van de nieuwe beheersovereenkomsten met de NMBS en Infrabel werden toegelicht.
Bij de commissieleden heerste opluchting over het feit dat er eindelijk een akkoord is over de nieuwe beheersovereenkomsten – de vorige dateren van veertien jaar geleden. Maar er kwam ook kritiek over de financiële ‘flou’ van de plannen. Verschillende Kamerleden verweten de minister dat zijn ambities niet financieel onderbouwd zijn. N-VA-Kamerlid Tomas Roggeman had het over “een ongedekte cheque”.
Maar minister Glikniet verduidelijkte dat dit de normale gang van zaken is, want het gaat nog maar om berekende voorstellen, in samenspraak met de NMBS en Infrabel. Nu starten de onderhandelingen binnen de regering en daarbij hoopt de minister iets meer dan 3,4 miljard euro extra overheidsbudget uit de brand te slepen. “Ik hoop op een akkoord tegen de begrotingsgesprekken van 2023, ook al gaat het om een meerjarentraject”, zei Gilkinet, waarbij hij verwees naar de investeringsplannen bij Defensie.
Naast extra overheidsgeld, is het de bedoeling dat de doelstellingen uit de nieuwe beheersovereenkomsten ook gefinancierd worden met meer eigen middelen (bijvoorbeeld uit ticketverkoop) en uit efficiëntiewinsten, verduidelijkte Gilkinet.
De krijtlijnen van de nieuwe beheersovereenkomsten raakten eerder al bekend. Voor het reizigersverkeer wordt gemikt op 30 procent meer reizigers tegen 2032. Dit door meer treinen te laten rijden (minstens 4.220 op weekdagen versus 3.800 vandaag), een betere frequentie en meer vroege en late treinen. Daarnaast krijgt de spoorwegmaatschappij meer vrijheid over haar tarieven (bijvoorbeeld goedkopere tarieven tijdens daluren) en moet ze 181 stations beter toegankelijk maken. In het beheerscontract wordt ook gemikt op 40 procent meer fietsstallingen en 500 extra parkeerplaatsen voor wagens.
Tegen 2025 moet het volledig spoornetwerk uitgerust zijn met het veiligheidssysteem ECTS. Minsten 91 procent van de treinen moet de volgende jaren op tijd rijden.
Verschillende Kamerleden onder wie Joris Vandenbroucke (Vooruit) hadden liever wat meer ambitie gezien bij de minister, “want stiptheid is ergernis nummer één”. Maar minister Gilkinet wees erop dat de ambitie wel degelijk wordt opgetrokken. “In het vorige beheerscontract was er sprake van minstens 86 procent, mét neutralisering”.
De minister wil ook een meer waarheidsgetrouw beeld krijgen van de stiptheid en gaat daarvoor meten in 108 stations. “We willen ook de stiptheid kennen op 3 minuten in plaats van 6 minuten vertraging”, zei de minister, maar daarover is nog geen akkoord met de NMBS.