Bart Verelst
‘Ontharden is één ding, klimaatadaptief bouwen is nog een ander paar mouwen’
‘Terwijl onze zo kostbare bodem vaak zelf de oplossing biedt voor tal van problemen, geven we (nog) steeds de voorkeur aan alternatieven met een prijskaartje’, schrijft Bart Verelst over twijfelachtige ‘oplossingen’ die’ burgers die milieubewuster willen gaan leven, soms krijgen aangereikt.
De trend om milieubewuster te gaan leven die ingezet werd begin jaren ’90 bereikt steeds nieuwe hoogtepunten. Klimaatbewustzijn, biodiversiteit en ecologie zijn inmiddels in ieder Vlaams gezin binnengeslopen. En terecht. Het had vroeger gemogen, maar het is goed dat het tij gekeerd is en we allen bewuster met onze leefomgeving zijn beginnen omgaan.
De boodschap is echter niet altijd even duidelijk over gekomen. Een goed voorbeeld is de trend tot ontharden. Eigenlijk is het eenvoudig: leg minder bestrating in de tuin, geef planten meer kansen én zorg dat het hemelwater op een natuurlijke wijze kan infiltreren in de bodem. Een ideale gelegenheid om te consuminderen, dus: géén klinkers of tegels, géén steenpuin- en stabilisatiepakket, géén betonnen afboordingen. Gewoon, de ondergrond an sich, al dan niet beplant. Als er al een courant belopen traject in de tuin is, dan wordt dat vanzelf omgetoverd tot Wim Sonneveld’s ‘tuinpad van mijn vader’. Met andere woorden: een strook aangestampte aarde waar niets groeit omdat er zo vaak over gewandeld wordt.
Dat is echter buiten de ambitieuze producenten van tuinmaterialen gerekend. Die laten zich immers niet uit het lood slaan door ‘de eenvoud der dingen’. Integendeel: om water te capteren en te laten infiltreren volstaat de ‘pur sang’ Vlaamse bodem volgens hen niet. Waar geen noodzaak is, wordt ze gecreëerd: peperdure infiltratiekratten, vermeend waterdoorlatende klinkers en anti-worteldoeken worden als onmisbaar aangeprezen bij elk nieuwbouw- of renovatieproject. De averechtse reactie van de tuintoeleveranciers op de actuele milieutrends is: laat ons kunststof in de grond steken en duurdere bestratingsmaterialen opdringen in plaats van het bodemleven te stimuleren.
De overheid is zeker niet de beste leermeester als het over ontharden gaat. Naast een paar mooie tegelwip-projectjes, zijn er nog geen indrukwekkende acties ondernomen. Dorpskernen waar de maximumsnelheid teruggedrongen is tot 30 km per uur en waar geen zwaar verkeer meer mag passeren, zijn nog steeds geplaveide en gebetonneerde oppervlakten waar gemakkelijk een vliegtuig kan landen. Overkill. Bestratingspakketten van 60 cm dik en dat van gevel tot gevel, hele kerkpleinen, parkings…: alles is verhard. En dat om auto’s van gemiddeld amper 1300 kg tegen 30 km over te laten rijden?
Ontharden is één ding, klimaatadaptief bouwen is nog een ander paar mouwen.
Het wordt ieder jaar een beetje warmer, dat hoeft geen betoog. Stenen, tegels, betonnen constructies: ze slaan warmte op en geven ze later weer af. Heel concreet: het idee dat je ’s avonds na een bloedhete dag, na zonsondergang, kan genieten van een koel terras, is een mythe. Zowel de terrastegels als de muren van gebouwen zijn in de loop van de dag dermate opgewarmd dat ze een hele nacht warmte uitstralen. Met andere woorden: waterdoorlatende of waterpasserende klinkers zijn hier geen oplossing. Ook de moderne donkere gevelstenen dragen zeker niet bij aan een koele omgeving.
Voor alles is er echter een oplossing. Er bestaan peperdure modulaire gevelbegroeiingssystemen waardoor de gevel beschermd wordt tegen de hete zonnestralen. Naar binnen toe worden muren extra geïsoleerd en aangezien dat vaak niet volstaat, worden de meeste woningen voorzien van een airco-toestel. Het kost iets, maar de problemen zijn van de baan.
Het lijkt alsof het oog voor budget plaats heeft gemaakt voor peperdure oplossingen die onbestaande problemen moeten oplossen. Kies een neutrale gevelsteen, maak het terras kleiner zodat er meer blote grond is en kies voor grondgebonden gevelbegroeiing om de muren koel te houden. Verdien geld door terug te vallen op eenvoudige oplossingen.
Het lijkt wel alsof we bang zijn van het zogenaamde consuminderen. Hoe ver is het gekomen dat we liever wél geld uitgeven dan te kiezen voor goedkope, duurzame oplossingen. We denken enkel aan de typische westerse oplossing: meer spenderen. Terwijl onze zo kostbare bodem vaak zelf de oplossing biedt voor tal van problemen, geven we (nog) steeds de voorkeur aan alternatieven met een prijskaartje. Wie eenvoud een kans geeft, komt zelden bedrogen uit.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier