Na Somali?, Rwanda en Angola kunnen de VN het zich niet permitteren nog eens door een stel krijgsheren uit een land te worden geschopt. Maar dat is precies wat er in Sierra Leone weer lijkt te zullen gebeuren.

Wat moeten de Verenigde Naties nog in Sierra Leone? Het West-Afrikaanse land dat ‘beschermd’ werd door een vredesmacht van VN-blauwhelmen, was weer helemaal ten prooi aan interne chaos. De VN en hun vredesmacht werden er niet alleen belachelijk gemaakt en op de vlucht gejaagd door een haveloos jungleleger, een stelletje ongeregeld met strohoeden op zeg maar, ze raakten er ook nog eens een troep van vijfhonderd soldaten kwijt, met wapens en pantserwagens en al. Vijfhonderd man die sindsdien ergens gegijzeld gehouden worden door een guerrillagroep die de reputatie heeft een der gemeenste slagersbendes van het Afrikaanse continent te zijn. Dat is het RUF (Revolutionair Verenigd Front) van {ITA}warlord{ita} Foday Sankoh, een man die door gematigde bronnen als ‘brutaal en onbetrouwbaar’ afgeschilderd wordt. Sindsdien hoort men van VN-pantsercolonnes die door RUF-rebellen bereden worden, en heeft het offici?le Sierra Leoonse leger _ in feite ??n leger tussen de andere _ al het vuur geopend op VN-blauwhelmen omdat het dacht met als VN verklede rebellen te maken te hebben.

Als men er een filmische lijn in wil trekken: midden vorige week viel het allemaal samen, of toch ongeveer: de betoging van 8 mei naar het huis van Foday Sankoh in de hoofdstad Freetown, die een paar duizend mensen voor zijn {ITA}compound{ita} bracht, die zich door de blauwhelmen niet lieten tegenhouden en met stenen de poort bekogelden, waarop wellicht door RUF-leden op de massa geschoten werd en er 19 doden vielen. De verdwijning van Sankoh na de schietpartij, de opmars van de RUF-rebellen naar Freetown, de paniek in de hoofdstad en in New York bij de VN, het opschorten van alle akkoorden in Sierra Leone, Britse parachutisten die de Europeanen uit het zeer gevaarlijke land kwamen evacueren, VN-secretaris-generaal Kofi Annan die vijfhonderd man kwijt was en niet bij machte bleek een snelle interventiemacht bij elkaar te brengen van goed getrainde, westerse troepen. Dit terwijl in Sierra Leone overal gevochten werd, en een andere putschist, majoor Johnny-Paul Koroma, de kant van de regering en president Ahmed Tejan Kabbah koos en mee Freetown tegen de RUF-rebellen ging verdedigen. Verwarring, angst en walging alom.

VERBEESTELIJKING

Walging aan verschillende kanten om verschillende redenen. Kofi Annan die zijn snelle interventiemacht niet kreeg van de VS en van de Britten terwijl hij _ voormalig hoofd UN-{ITA}Peacekeeping{ita} _ zich meer dan wie ook bewust was van de inzet van dit conflict en de nakende catastrofe voor de VN. Na Somali?, Rwanda en Angola _ en met Congo dat op ontploffen staat _ kunnen de VN het zich niet meer permitteren nog eens door een stel krijgsheren uit een land te worden geschopt zonder, in de woorden van een Verenigde Naties-veteraan, ‘irrelevant’ te worden. Successen als Mozambique tellen dan niet meer mee.

Naarmate de toestand in Afrika slechter wordt, komen er steeds meer ‘ge?mplodeerde’ landen bij, die verscheurd zijn door jarenlang aanslepende burgeroorlogen met kindsoldaten, verloren generaties en veralgemeende verbeestelijking (de laatste keer dat de RUF-strijders Freetown wisten te bezetten, in januari 1999, slachtten ze zesduizend mensen af voor ze uiteindelijk verjaagd werden, ze zijn ervoor berucht dat ze in het wilde weg handen en voeten afhakken van vermeende ’tegenstanders’ _ en de {ITA}West Side Jungle Boys{ita} van majoor Koroma zouden ‘bijna even brutaal’ zijn).

Dus als Kofi Annan echt wil ingrijpen heeft hij goed gewapende en getrainde, gedisciplineerde soldaten nodig. Die zal hij meestal in het Westen moeten zoeken. Het Westen, dat steeds vaker weigert soldaten te leveren voor projecten waar die levensgevaar zouden kunnen lopen. De blauwhelmen die in Sierra Leone gegijzeld werden, zijn in hoofdzaak Zambianen _ volgens het (westerse) principe dat VN-interventies in Afrika maar door Afrikanen moeten worden uitgevoerd. Dat klinkt goed maar het is verkeerd: Afrikaanse legers missen meestal de training en de bewapening die ze voor zo’n missie nodig hebben. ‘De landen die ons hun soldaten leenden, werden geacht die volledig uit te rusten en ze goed op te leiden,’ zegt Kofi Annan in een interview ({ITA}’Le Monde'{ita},13.5.2000), ‘maar dat is niet echt het geval. Sommige soldaten zijn zelfs zonder uniform gekomen.’

Die soldaten, zegt men, zijn gaan lopen toen ze ontdekten dat dat haveloze jungleleger dat ze moesten tegenhouden en ontwapenen, veel beter bewapend was dan zijzelf. De verklaring daarvoor is de diamant in Sierra Leone. Zeker in de oostelijke rivieren van Sierra Leone wordt veel diamant gevonden _ volgens sommigen de mooiste van de wereld _ die illegaal het land uit gebracht wordt, naar Burkina Faso en Liberia, twee buurlanden. Burkina Faso koopt wapens in voormalige Oostbloklanden _ voornamelijk Oekra?ne _ zogenaamd voor zijn eigen leger, voert die verder uit naar de RUF-basissen, en wordt daarvoor betaald in diamanten die het dan zelf verder verkoopt. Een ander deel diamanten gaat via Liberia, dat volgens de {ITA}Financial Times{ita} momenteel ongeveer zestig keer zoveel diamant uitvoert als het zelf zou kunnen leveren. Het complot zit aan de top: protagonisten zijn Foday Sankoh, Blaise Compaore, president van Burkina Faso, en Charles Taylor, president van Liberia. Die kennen elkaar nog uit een vorige burgeroorlog, de Liberiaanse. Via die handel is de haveloze bende van het RUF aan geavanceerd wapentuig, voertuigen en communicatieapparatuur geraakt. Al dat materiaal moet dienen om de controle van Foday Sankoh over diezelfde diamantvelden veilig te stellen.

HUURLINGEN

In 1996 kwam korporaal Sankoh voor het eerst uit de jungle onderhandelen met president Kabbah. Zijn voornaamste eis was toen dat de Zuid-Afrikaanse huurlingen van de ‘security-firma’ {ITA}Executive Outcome{ita} weg moesten. Die bewaakten de diamantvelden die de regering pas weer onder controle had gekregen. De huurlingen verdwenen, het gesloten vredesakkoord ook. In 1999 ondertekende Foday Sankoh een tweede vredesakkoord. Daardoor moest een ‘Commissie mijnbouw en wederopbouw’ opgericht worden, waarvan hij de voorzitter zou zijn. Eigenlijk was hij door de Nigerianen gevangen genomen en in Sierra Leone ter dood veroordeeld, maar het verdrag van Lom? (dat er kwam door Amerikaanse druk) maakte hem vice-president en schonk amnestie voor al zijn voorbije misdaden. In ruil daarvoor moest hij zijn mannen ontwapenen, wat hij uiteraard niet deed _ zeker niet in de diamantstreken in het oosten die hem rond de zestig miljoen dollar per jaar opbrengen. Toen de Nigerianen zich terugtrokken en de blauwhelmen eind april in hun plaats kwamen en de toegang van het RUF tot de diamant begonnen te hinderen, startte de opmars naar Freetown.

Die opmars zou nu gestopt zijn, wellicht grotendeels door de inzet van de Britse parachutisten die de Europeanen kwamen evacueren. Omdat Sierra Leone een voormalige Britse kolonie is, ?n omdat in West-Afrika het laatste conflict tussen anglofonen en francofonen niet lang geleden is, heeft Londen het blijkbaar goed geoordeeld het mandaat van die 700 parachutisten uit te breiden _ met 600 mariniers onder andere, die samen met 13 Harrier gevechtsvliegtuigen op het vliegdekschip {ITA}Illustrious{ita} naar Freetown komen.

De parachutisten houden onder andere de luchthaven onder controle, zodat de soldaten van het Sierra Leoonse leger zich aan andere taken kunnen wijden. Die hebben, zoals gezegd, hulp gekregen van de militie van majoor Koroma. Intussen is het wachten op contingenten uit Jordani?, India en Bangladesh, die de vredesmacht op haar door de Veiligheidsraad vastgestelde sterkte van 11.000 man moeten brengen. Financi?le en logistieke hulp uit de VS en Canada moet helpen al deze troepen bij elkaar te krijgen. Terwijl de Britten hun ‘mandaat’ duidelijk breed interpreteren.

Op die manier zou de crisis voor Sierra Leone en ook voor de VN, weer eens bezworen moeten zijn. Maar de ziekte zelf is natuurlijk niet aangepakt. Van de 32 operaties die de VN in de voorbije tien jaar hebben ondernomen, waren er dertien in Afrika. Niet alleen lijkt men daar niet veel uit geleerd te hebben, het loopt met het continent steeds verder uit de hand: reist speciaal gezant Richard Holbrooke hals over kop naar Congo voor president Clinton, tegen dat hij terug is gaat het al niet meer over de voormalige Belgische kolonie maar over Ethiopi?. En dan over Sierra Leone. En dan over… Een speciaal gezant kan ook niet heksen, vroeg of laat zal het toch Congo wel weer zijn, of Rwanda, of Oeganda als het Soedan niet is. En dan zal Kofi Annan weer geen westerse troepen hebben om de brand daar te gaan blussen met hun dure wapens en hun discipline.

Het dilemma is dat de westerse landen die de VN overheersen (en vooral dan de VS) geen oren hebben naar een vorm van VN-leger dat als snelle interventiemacht onmiddellijk inzetbaar zou zijn, maar dat ze ook de troepen niet willen leveren die bij gebrek daaraan nodig zijn. Dadelijk aan nieuwe huurlingenlegers denken (de Zwitsers misschien?) is wellicht wat voorbarig. De Indi?rs en de Pakistanen moeten dat maar doen. Kolonialisme mag men dat al een tijd niet meer noemen (‘{ITA}the white man’s burden?{ita}’), maar gebrek aan verantwoordelijkheidszin misschien wel.

Sus van Elzen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content