De zwarte rook die opstijgt boven de Saudische olie-installatie in Abqaiq, een van de twee die zaterdag werd getroffen in een aanval, is even dik als het rookgordijn rond de vraag wie erachter zit.
Potentiële daders meldden zichzelf – ‘Dank God voor de drones’, schreef Houthi-rebellenleider Mohammed al Houthi op Twitter – of werden aangeduid: de Amerikaanse minister van Binnenlandse Zaken Mike Pompeo noemt Iran. ‘Maximale leugens’, reageerde Teheran, dat volgens waarnemers de Houthi-rebellen steunt in hun oorlog tegen de Saudi’s.
Wie ook de dader mag zijn, de aanval was effectief. De Saudische olieproductie halveerde meteen, de Amerikaanse president Donald Trump sloot uit dat hij de Iraanse leiders zal ontmoeten, en de olieprijs kende op maandag de sterkste prijsstijging sinds het begin van de termijnhandel in 1988.
Aan de pomp zal de aanval ten vroegste donderdag of vrijdag merkbaar zijn, zegt de federatie van brandstoffenhandelaars Brafco. Catastrofaal zal dat niet zijn, denkt algemeen directeur Johan Mattart.
