‘Er is een overdreven pessimisme over de verrechtsing van de samenleving’, vindt CD&V-voorzitter Jo Vandeurzen. Zowel de politiek als het sociale middenveld moeten op die onvrede een antwoord formuleren.

CD&V-voorzitter Jo Vandeurzen haalt de schouders op. ‘Ik ken alle clichés over mij intussen van buiten: van grijs en saai, tot lakei van het Martelaarsplein. Ze doen maar. Voorgangers hebben hetzelfde meegemaakt en toch heel veel bereikt.’

Sinds 29 oktober is Vandeurzen in elk geval geen backbencher meer. Binnen CD&V behoorde hij al tot de top, als politiek secretaris en rechterhand van Yves Leterme, maar dat viel minder op. Vandeurzen bereidde mee de weg van Leterme naar het Vlaamse minister-presidentschap voor en meteen na de voorzittersverkiezing vroeg die hem een CD&V-blauwdruk over de toekomst van de welvaartsstaat te maken.

‘De kerntaken van de overheid moeten beter omschreven en efficiënt worden uitgevoerd. Omdat de belastingbetaler daar recht op heeft en om de economische attractiviteit van Vlaanderen te behouden’, zegt Vandeurzen. ‘We moeten ook investeren in de weerbaarheid van mensen door onderwijs, gezondheidszorg, enzovoorts. Er moet een goed sociaal vangnet zijn, maar nog beter is het dat zo weinig mogelijk mensen dat vangnet nodig hebben. Ten slotte – en dat behoort tot de kern van de christen-democratie – doen we een beroep op het maatschappelijk middenveld en op alle mensen voor meer samenhang in de samenleving. Dat sociaal kapitaal verdient waardering. De overheid kan het niet alleen.’

Om dat verhaal te doen aanslaan, zult u concreter moeten zijn.

JO VANDEURZEN: Akkoord, en toch moeten we verder durven kijken. Neem de ziekteverzekering. Natuurlijk moet de gezondheidszorg betaalbaar blijven, maar het is ook een keuzedebat. Welk type van zorg is nodig in een samenleving die vergrijst? Hoe houden we oudere mensen gezond? Het stoort me dat dit niet aan bod komt.

Volgens de nieuwe politiek secretaris van CD&V, Etienne Schouppe, bent u ‘niet zo sterk op economisch, financieel en budgettair vlak’. Is dat geen serieuze handicap?

VANDEURZEN: Een partijvoorzitter moet uiteraard ook competent zijn op sociaal-economisch vlak. Ik word onder meer geholpen door mijn ervaring als jurist inzake arbeidsrecht en als voorzitter van een groot ziekenhuis in Genk. Maar je moet dit ook relativeren. Toen ik in 1993 in de Kamer kwam, stuurde de partij me naar de commissie voor Justitie omdat ik me daar rustig zou kunnen inwerken. Drie jaar later brak de affaire-Dutroux los en nu is een toegankelijke, goed beheerde justitie nog altijd een politieke topprioriteit.

Een partijvoorzitter informeert zich, probeert een all-rounder te zijn en tracht vooral een synthese te maken tussen de idealen van de partij en wat voor de mensen van tel is.

Wat vinden de mensen belangrijk?

VANDEURZEN: Werk. Jobs creëren is ook de enige manier om de sociale zekerheid overeind te houden. Dat kan niet zonder een stevig economisch draagvlak. Daar staat de overheid mee voor in. CD&V heeft niet voor niets zo hard op die nagel geklopt tijdens de Vlaamse regeringsonderhandelingen.

U draagt een ACW-stempel. Moet u iets terugdoen voor de steun die u van veel ACW’ers binnen CD&V bij de voorzittersverkiezingen hebt gekregen?

VANDEURZEN: Ik heb met het ACW niet vóór en niet ná 29 oktober gesproken over het CD&V-voorzitterschap. Maar ik schaam me er niet voor dat ik de ACW-idealen van sociale rechtvaardigheid en solidariteit deel. Als partijvoorzitter doe en zeg ik echter niet elke dag dingen die alleen het ACW goed uitkomen. Ik ben verantwoordelijk voor de CD&V-strategie. Dat is niet de optelsom van wat het ACW en andere sociale organisaties willen. Hun relatie met de partij is enorm veranderd. Politiek en middenveld hebben een eigen opdracht en ze respecteren elkaar.

Leterme en minister Inge Vervotte zijn eveneens ACW’ers, terwijl minister Kris Peeters van Unizo komt en Leterme met de bevoegdheid voor Landbouw ook de banden met de Boerenbond kan aanhalen. Is de ‘ontstanding’ bij CD&V voorbij?

VANDEURZEN: Ik erger me aan dat toontje over een ‘herstanding’ van een CD&V die terugkeert naar donkere tijden. Dat is niet de realiteit. Die partij wens ik ook niet.

Over de keuze van onze Vlaamse ministers is veel te doen geweest. Nochtans was die logisch na een campagne die in het teken stond van deugdelijk bestuur en meer ondernemerschap in Vlaanderen. In 2003 waren we volgens velen een vogel voor de kat. Toch won Leterme in juni de verkiezingen en dus werd hij minister-president. Vervotte deed het uitstekend als lijsttrekster in Antwerpen en Peeters is vertrouwd met het ondernemingsleven. Ze zullen het niet onder de markt hebben om beter te besturen met minder middelen, economie en ecologie te verzoenen, landbouw en milieu samen te brengen. Maar dat moet mogelijk zijn.

‘De chemie van Paars is op’, roept CD&V-fractieleider Pieter De Crem om de haverklap in de Kamer. Hoe moeilijk is het dan om met socialisten en liberalen te regeren in Vlaanderen?

VANDEURZEN: In Vlaanderen zit CD&V niet in een coalitie met Paars. Ik verwacht wel dat SP.A en VLD het Vlaamse regeerakkoord loyaal uitvoeren. Ik merk trouwens dat we ook over federale dossiers op dezelfde golflengte zitten. Ik denk aan onze inburgeringsvisie die niet te rijmen valt met de snel-Belgwet, of aan een eigen invulling van het jeugdsanctierecht. Dat stemt me tevreden, maar het is ook frustrerend omdat we de Vlaamse eensgezindheid federaal heel moeilijk hard weten te maken.

Is een gebrekkige cohesie tussen rood en blauw niet handig voor CD&V? De ene keer kunt u zaken doen met de SP.A en de andere keer met de VLD.

VANDEURZEN: Ook de drie koningen hebben samen de kerststal bereikt, hoewel onderweg al eens een van hen terug naar huis wilde, maar dan toch met de twee anderen voorttrok. CD&V moet vanuit de Vlaamse regering niet proberen om Paars een voetje te lichten en vanuit de federale regering moet men evenmin CD&V in de Vlaamse coalitie de duivel aandoen.

Zowel aan Vlaamse als aan Franstalige kant moeten we leren omgaan met de asymmetrie. Binnen alle partijen moet men aanvaarden dat er mandatarissen op verschillende niveaus actief zijn en dat die mekaars bevoegdheden dienen te respecteren. Anders zijn botsingen onvermijdelijk. De beslissing van de federale regering om sociale bijdragen op het vakantiegeld van de ambtenaren van de gewesten en gemeenschappen te innen, heeft dat bewezen. Die stap kwam er nadat de Vlaamse regering zich in alle bochten had gewrongen om de eigen begroting rond te krijgen. Dat kan dus niet.

Volgens Leterme heeft de Brusselse regering in het DHL-dossier boter op het hoofd, remmen de Franstaligen vele oplossingen af en kreunt de Vlaamse begroting onder ‘de facturen van de groenen’. Blijkbaar zijn het altijd anderen geweest als het moeilijk gaat.

VANDEURZEN: Had u dan verwacht dat hij die problemen, na vijf jaar in de oppositie, aan zichzelf of aan CD&V zou wijten? Kijk naar wat er in het Vlaamse regeerakkoord staat. Vervotte wil de wachtlijsten voor de gehandicapten wegwerken, maar ze voert eerst de beloftes van haar voorgangsters uit. Dat is betrouwbaar besturen. Ander voorbeeld: door een groter overschot te realiseren dan strikt noodzakelijk bouwt de regering-Leterme de overheidsschuld mee af. Het zou veel gemakkelijker voor haar zijn om geen onpopulaire beslissingen te nemen door te verwijzen naar Wallonië dat niet bijdraagt aan de schuldafbouw.

ACW-voorzitter Jan Renders is het budgettaire refrein van ‘we willen wel maar we kunnen nu niet’ al bijna beu.

VANDEURZEN: Dan wil ik hem herinneren aan het begin van de Vlaamse onderhandelingen. Leterme heeft toen geëist dat er klare wijn geschonken werd over de financiële situatie van de Vlaamse overheid. De uitkomst was een budgettair traject zonder valse beloften. In 2004 en 2005 moeten we zuinig zijn. In 2006 kan worden gedacht aan enkele nieuwe initiatieven. Pas vanaf 2007 is er een marge om meer te doen. Toch heeft CD&V al onmiddellijk keuzes gemaakt voor de gehandicaptenzorg en voor het vrijwaren van het gemeentefonds omdat de lokale besturen het meest geschikt zijn om het samenleven van mensen te ondersteunen.

Leterme en zijn regering hebben grote communautaire ambities, met voorop de ‘onverwijlde’ splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde. Maar uw partij is intussen meegezogen in fora en interministeriële conferenties. Hoe geloofwaardig is dat nog?

VANDEURZEN: Wat in het Vlaamse regeerakkoord staat over Brussel-Halle-Vilvoorde, is voor CD&V, SP.A, VLD, Spirit en N-VA een engagement én een risico. Ik begrijp dat communautaire twistpunten overleg vereisen. Voor CD&V is het risico dat men onze geloofwaardigheid in twijfel trekt omdat het langer duurt. Maar ook voor VLD, SP.A en Spirit is er een groot risico: ze hebben op Vlaams niveau hun woord gegeven en ze moeten dat op federaal vlak nakomen.

Zal de geloofwaardigheid van CD&V ook niet getoetst worden aan de ‘prijs’ die de Vlamingen zullen betalen voor de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde?

VANDEURZEN: Die vraag moet u niet aan mij stellen. VLD, SP.A en Spirit hebben voor de verkiezingen van juni beloofd dat de splitsing voor 31 december van dit jaar een feit zou zijn. Of wisten zij toen niet wat ze nu wel weten over de communautaire context? Voor CD&V is die datum geen struikelblok. We willen dat de goede trouw in het Vlaamse regeerakkoord wordt gerespecteerd. De afspraak is helder en die moet worden nageleefd.

Een maand geleden pleitten de Vlaamse ziekenhuizen voor een splitsing van de gezondheidszorg. Ze kregen de steun van Leterme en Vervotte, maar de opwinding hierover is alweer weg.

VANDEURZEN: Leterme en Vervotte waren perfect gedekt door het Vlaamse regeerakkoord en door de resoluties van het Vlaams parlement uit maart 1999. U hoeft ook niet te twijfelen. Als het communautaire Forum op kruissnelheid komt, zal dat dossier door ons worden aangekaart. In Vlaanderen moeten we zelf kunnen kiezen welke toegankelijke en betaalbare zorg we over tien jaar willen. Maar splitsen mag geen slogan zijn. Een dergelijke operatie moet in stappen gebeuren en de solidariteit tussen de gemeenschappen mag niet verdwijnen.

Voorzitter Marc Justaert van de christelijke mutualiteit (CM) gelooft niet dat een splitsing de kwaliteit en de betaalbaarheid van de gezondheidszorg zal verhogen.

VANDEURZEN: CD&V en CM hebben elk een eigen verantwoordelijkheid. Justaert betwist niet dat de middelen van de ziekteverzekering efficiënt besteed moeten worden en dat er in dat verband een communautair probleem is door de zeer verschillende zorgcultuur in Vlaanderen, Wallonië en Brussel.

CD&V kan volgens u niet wegblijven uit de discussie over migratie en integratie. Lijdt dat debat niet stilaan onder een obsessie voor de islam?

VANDEURZEN: De mensen weten zeer weinig over de godsdienstbeleving van moslims. Hoe zien ze de islam? Wat is voor hen fundamentalisme en wat niet? Goede woordvoerders van hun gemeenschap die op het juiste moment spreken, kunnen mee het antwoord geven. Maar die zijn er nu helaas niet of niet genoeg.

Voor christen-democraten is zingeving heel belangrijk. De overheid moet daarvoor ruimte scheppen. Anderzijds vragen we dat moslims opkomen voor een islam die zich niet afsluit maar openstaat voor onze samenleving. Daarom is het positief dat verenigingen van moslims en moskeeën voorstellen om preken in het Nederlands te vertalen en imams naar een inburgeringscursus te sturen. Eindelijk, zou ik zeggen.

Moeten allochtonen integreren of zich assimileren? De Crem verdedigt de tweede optie.

VANDEURZEN: Allochtonen moeten zich aanpassen om hier te kunnen wonen, werken en leven. Maar dat betekent niet dat ze hun identiteit en godsdienstbeleving moeten opgeven.

VLD-voorzitter Bart Somers wil weg van een minderhedenbeleid voor doelgroepen met hun aparte organisaties.

VANDEURZEN: Individuele rechten en plichten vormen een rode draad in het Vlaamse regeerakkoord. Maar mensen moeten zich ook verbonden weten in gemeenschappen en daarbij hebben verenigingen een rol. CD&V volgt de VLD niet als die het sociale middenveld overslaat en enkel een een-op-eenrelatie ziet tussen overheid en burger. Dat is niet goed. Voor het nieuwe Vlaamse inburgeringsbeleid bijvoorbeeld wordt van allochtone en andere organisaties niet langer verwacht dat ze nieuwkomers naar cursussen leiden. Het aantal deelnemers is daardoor met de helft verminderd.

Er is een overdreven pessimisme in de politiek over de verrechtsing van de samenleving. Politici moeten bescheiden zijn, maar ze mogen wel wat meer enthousiasme tonen. Er is immers veel sociaal engagement en de politiek kan ook een deel van het antwoord op de onvrede geven.

Bij de verkiezingen van 2006 wilt u met CD&V ‘de steden heroveren’. Hoe gaat u dat doen?

VANDEURZEN: Op het lokale niveau heeft CD&V een goede reputatie met burgemeesters en schepenen die dicht bij de mensen staan. Bovendien hebben we in juni bewezen dat een partij nieuwe kiezers kan aanspreken als ze opkomt voor goed bestuur en een hart toont voor zaken waarover mensen oprecht verontwaardigd zijn.

In 2006 zullen we een aparte campagne in de grote steden voeren. CD&V moet dan een merk met een meerwaarde zijn. Dat kunnen we ook al in de aanloop naar 2006 tonen door op federaal en Vlaams vlak bezig te zijn met thema’s die lokaal van belang zijn.

Ook na de ‘vervelling’ van het Vlaams Blok werkt CD&V niet samen met het Vlaams Belang. Maar kunt u dat opleggen aan alle lokale partijmensen in 2006?

VANDEURZEN: Over onze houding tegenover het Vlaams Belang kan geen misverstand bestaan. Maar we zullen daarover zeker met onze lokale mensen moeten spreken en hen uitleggen waarom we geen bestuurscoalities met die partij willen sluiten.

Deze discussie dreigt geen splijtzwam te worden, zoals bij de VLD?

VANDEURZEN: Binnen CD&V is men op alle niveaus bezorgd over het succes van het Vlaams Belang. En als Gerolf Annemans op een congres van zijn partij roept dat hij de rechters die het Vlaams Blok hebben gedwarsboomd wel zal krijgen, dan huiveren alle democraten bij CD&V. Dat kan ik u verzekeren.

Door Patrick Martens

‘Politici moeten bescheiden zijn, maar ze mogen wel wat meer enthousiasme betonen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content