Ann Peuteman

Omdat tv-optredens steeds belangrijker worden dan dienstbetoon, is de politieke toekomst volgens Etienne Vermeersch veeleer aan politici zoals Freya Van den Bossche dan aan oude rotten als Herman De Croo.

‘De overtuigingen van mensen laten zich niet binden door de grenzen van provinciale kieskringen’, zegt professor emeritus Etienne Vermeersch. Hij gelooft dan ook niet in typisch Oost-Vlaamse verkiezingsthema’s.

Het was in de provinciehoofdstad Gent dat in 1994, toen toenmalig SP.A-voorzitter Louis Tobback nog walgde van paars, al een bestuursploeg van socialisten en liberalen (en een eenzame VU’er) werd samengesteld. Dat college liep vlot, en langzamerhand begon de weerstand tegen paars weg te smelten. Toen zo’n regering er in 1999 kwam, was het een Gentenaar die het kabinet mocht leiden: Guy Verhofstadt.

En dat terwijl Gent traditioneel het centrum was van de arbeidersstrijd, met niet alleen de socialistische arbeidersbeweging rond Edward Anseele, maar ook de christelijke evenknie die in het ACW zou uitmonden.

Etienne Vermeersch: ‘Daarnaast was er in deze stad echter tot ver in de twintigste eeuw ook een Franstalige, liberale bourgeoisie. Gent was een francofoon centrum met een Franstalige pers, cultuurleven en universiteit.’

Ondertussen is die Franstalige bourgeoisie bijna volledig verdampt en is Gent een Vlaamse stad geworden.

VERMEERSCH: Dat proces ging in haast heel Oost-Vlaanderen gepaard met de achteruitgang van de liberalen. Alleen in het zuiden van de provincie, de streek van kamervoorzitter en burgemeester van Brakel Herman De Croo, hield het liberalisme beter stand. Blijkbaar werd het daar minder met de bourgeoisie geassocieerd. Natuurlijk is er in Gent later weer een stevige blauwe basis gelegd met de opkomst van Willy De Clercq.

Maar de belangrijkste evolutie na de Tweede Wereldoorlog was de industrialisering van Gent. Daardoor is een nieuwe soort, welgestelde arbeiders ontstaan die haast in niets meer lijken op het proletariaat uit de tijd van de weefnijverheid.

Voelt die moderne arbeidersklasse zich nog aangesproken door de socialisten?

VERMEERSCH: Het valt moeilijk te voorspellen voor welke partij die zullen stemmen. Net zoals de VLD niet meer louter een partij voor de middenstand is, komt de SP.A niet langer uitsluitend voor arbeiders op. Zoals overal in Vlaanderen hebben de socialisten hier in de jaren negentig kloppen gekregen door de Agusta-affaire. Bovendien kreeg Luc Van den Bossche, lange tijd dé figuur van de Gentse socialisten, als minister meestal heel technische bevoegdheden die niet meteen tot de verbeelding spraken. Als minister van Justitie zou hij in de ogen van de buitenwereld bijvoorbeeld veel meer impact hebben gehad dan als minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de Openbare Besturen. Bovendien blonk hij niet altijd uit in communicatie, en dat in een tijd waarin de personalisering van de politiek enorm groot is. Zijn dochter Freya is daar veel beter in. Ik vermoed dat zij bijzonder goed zal scoren.

Terwijl Freya Van den Bossche in talkshows optreedt, wordt Herman De Croo vooral door zijn plaatselijke achterban gedragen. Is de politieke klok blijven stilstaan in de Vlaamse Ardennen?

VERMEERSCH: Wel als De Croo zelf die klok is. Onder meer door zijn volgehouden dienstbetoon heeft hij zijn greep op die streek alsmaar weten uit te breiden zonder voeling te verliezen met zijn wortels. Hij heeft er ook altijd goed voor opgelet niets te doen waar mensen echt aanstoot aan nemen.

Door de invoering van de provinciale kieskringen zal zijn typische manier om aan politiek te doen, verdwijnen. Het volstaat niet meer dat een politicus in zijn eigen thuisbasis populair is, hij moet het nu in de hele provincie waarmaken. Voor De Croo is dat niet zo’n probleem, omdat hij als kamervoorzitter geen gebrek heeft aan nationale aandacht en ook aan allerlei televisieprogramma’s deelneemt. Maar zelfs binnen zijn eigen partij moet hij het nu opnemen tegen concurrenten uit de hele provincie. In Gent is dat bijvoorbeeld niet alleen de premier, maar ook Fientje Moerman, een heel bekwame dame die het zeker zal maken.

De VLD hoopt zeker in Oost-Vlaanderen op een kanseliersbonus. Herinneren de Oost-Vlamingen zich nog die andere premier uit de provincie: Wilfried Martens (CD&V)?

VERMEERSCH: Martens doet nog maar weinig harten sneller bonzen. Hij heeft zichzelf een beetje versleten door te lang premier te blijven, dan naar Europa te gaan en vervolgens publiekelijk met Miet Smet te kibbelen over het lijsttrekkerschap voor de Europese verkiezingen. Hij was toen niet wars van enig zelfbeklag, en daar houden de mensen niet van.

Ook ex-VU’er Paul Van Grembergen gaat al een hele tijd mee. Is zijn tweede plaats op de kartellijst van SP.A en Spirit een goede zet?

VERMEERSCH: Ik heb veel respect voor Van Grembergen, maar het is een vergissing om hem nu nog naar voren te schuiven. Een vernieuwingsbeweging als Spirit kan best een oude, wijze man gebruiken, maar op de achtergrond. Misschien zullen sommige oude Vlaams-nationalisten wel op Van Grembergen stemmen in plaats van op de N-VA, maar hoe groot is die groep nog?

Als het succes van het Vlaams Blok in de provincie een aanwijzing mag zijn: behoorlijk groot.

VERMEERSCH: De meeste mensen stemmen op het Vlaams Blok op basis van de standpunten over veiligheid en migranten. De meesten weten niet eens dat de top van de partij een knettergek extreem Vlaams-nationalistisch standpunt inneemt. Zij willen niet alleen een onafhankelijk Vlaanderen, ze willen ook nog Brussel inlijven. Stel u voor!

Vooral in Gent zitten we met heel extreme Blokkers opgescheept. Organisaties zoals het Nationalistisch Jongstudentenverbond (NJSV) en de Nationalistische Studentenvereniging (NSV), waar sommige topmannen van het Blok uit komen, baseerden zich in de jaren tachtig nog op de neo-nazi-ideologie. Maar de meeste Vlaams Blokkiezers kennen die groeperingen en vergelijkbare kweekvijvers als Voorpost niet eens.

In Oost-Vlaanderen is het imago van het Vlaams Blok met extreme figuren als Francis Van den Eynde en Roeland Raes veel minder opgepoetst dan in de rest van Vlaanderen.

VERMEERSCH: Wie komt er in die partij naar buiten? Afgeborstelde salon-Vlaams Blokkers zoals Filip Dewinter, Gerolf Annemans en Frank Vanhecke. Dat zijn de gezichten die de kiezers kennen, en verder doet het er niet zo toe wie bovenaan een plaatselijke lijst staat. In die zin is het Vlaams Blok misschien wel de enige partij die niet mee hoeft te spelen in de personalisering van de politiek. Als deze streek volgende week door een inbrakengolf wordt overspoeld, zullen ze goed scoren. Zó werkt dat.

Ann Peuteman

‘Door de invoering van de provinciale kieskringen zal de typische stijl van Herman De Croo verdwijnen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content